Maandelijkse archieven: augustus 2018

Gemeenten krijgen (nog) geen verplichte ‘Roemernorm’ voor inhuur externen

Of gemeenten voor een bepaald project externen willen inhuren? Dat is hun eigen autonome keuze. En of ze dat al dan niet te veel doen, ‘dat is niet aan mij om te beoordelen’. Dat schrijft minister van Binnenlandse Zaken Kajsa Ollongren in antwoord op vragen van SP-Kamerlid Ronald van Raak.

Van Raak had eind juli gevraagd aan de minister of ze overwoog de zogeheten ‘Roemernorm’ ook aan gemeenten op te leggen. Die norm verplicht de ministeries om niet meer dan 10 procent van de loonsom te besteden aan de inhuur van externen. Het SP-Kamerlid stelt dat die norm ‘disciplinerend’ heeft gewerkt en ‘het aannemen en opleiden van eigen en vast personeel heeft bevorderd.’

Geen reden om in te grijpen

Bij de gemeentes (en de provincies) is echter iets anders aan de hand. Daar neemt de inhuur van externen juist behoorlijk toe. Bij grote gemeentes (met meer dan 100.000 inwoners) wordt zo’n 20 procent van de loonsom besteed aan inhuur. Bij provincies zelfs meer dan 21 procent, zo blijkt.

‘Externe inhuur kan in bepaalde situaties nodig zijn om gestelde doelen te realiseren’

Een doorn in het oog van Van Raak, maar desalniettemin voor de minister nog geen reden om in te grijpen, zo antwoordt ze hem. Bij gemeentes zijn er gemeenteraden die de boel kunnen controleren, zo stelt ze. En gemeentes zijn bovendien zelf verantwoordelijk voor hun bedrijfsvoering en hoe ze hun middelen besteden. Bovendien, stelt ze: ‘Externe inhuur kan in bepaalde situaties nodig zijn om gestelde doelen te realiseren. Zo komt het voor dat voor sommige projecten tijdelijke externe expertise en dus externe inhuur noodzakelijk is. Dit is afhankelijk van de situatie.’

Eigen ambtenaren flexibeler inzetten

Daar komt nog eens bij dat de meeste gemeentes zelf ook al aangeven dat ze actief proberen de externe inhuur terug te dringen. Dit doen ze onder andere door eigen ambtenaren flexibeler in te zetten. Ook stimuleren ze interne mobiliteit. Reden genoeg, aldus de minister, om het pleidooi om de Roemernorm ook voor gemeenten in te voeren ‘niet over te nemen’.

De meeste gemeentes geven zelf ook al aan dat ze actief proberen de externe inhuur terug te dringen

Of Van Raak nu nieuwe acties gaat ondernemen, is op moment van schrijven onbekend. Hij was gisteren helaas niet bereikbaar. Wel zei hij eerder tegen ZiPconomy met een mogelijk initiatief te komen om de Kamer te vragen tóch zo’n norm ook voor lagere overheden in te voeren. Maar of dat gebeurt, is nu dus nog even afwachten.

Van Raak vroeg in 2016 overigens ook al aan de minister of de Roemernorm ook voor gemeentes mocht gelden. Ook toenmalig minister Plasterk meldde hem destijds daar niet erg toe genegen te zijn. Plasterk verwees daarbij onder meer naar de extra kosten die gemeentes maakten in het kader van de decentralisatie van overheidstaken. Daarbij zou min of meer vanzelfsprekend meer gebruik zijn gemaakt van externe inhuur.

Foto boven: Emile Roemer, naamgever van de ‘Roemernorm’, door: Wouter Engler, via Wikimedia

Geplaatst in ZP en Politiek | Tags | 2s Reacties

Investeringsmaatschappij Beryllium nieuwe eigenaar HeadFirst Source Group. Value8 verkoopt belang.

De Nederlandse acquisitieholding Beryllium heeft circa 95% van de aandelen in inhuurspecialist HeadFirst Source Group verworven. De grootaandeelhouders, waaronder meerderheidsaandeelhouder Value8, de beursgenoteerde investeringsmaatschappij van Peter Paul de Vries, hebben aan HeadFirst Source Group de verkoop van hun belang aan Beryllium bevestigd. Value8 kwam eerder dit jaar weer in het nieuws omdat de Rabobank de geldkraan dicht draaide. De overname moet voor het eind van het jaar zijn afgerond. Voor de aandelen betaalt Berryllium €3 per aandeel, waarmee Headfirst Source Group op ruim €37 miljoen wordt gewaardeerd.

Beryllium zegt in een persbericht dat het de strategie van de HeadFirst Source Group ten volle onderschrijft, het management team steunt en zich erop verheugt samen met dit team de onderneming verder te laten groeien. De nieuwe investeerder zegt te beogen om in tweede instantie alle aandelen van de operationele vennootschap te verwerven, maar meldt daar tegelijkertijd bij dat het niet de intentie heeft om meerderheidsaandeelhouder in de beursgenoteerde vennootschap te blijven.

HeadFirst/Source stelt dat door de overname door Beryllium de acquisitie strategie verder voortgezet kan worden. “Beryllium heeft aangegeven aanzienlijke funding ter beschikking te hebben om volgende acquisities te financieren.” Onlangs nam HeadFirst nog Myler over.

CEO Gert-Jan Schellingerhout: “Wij zijn zeer verheugd over deze stap. De ambitie van Beryllium past uitstekend bij de plannen die wij met de organisatie hebben. Een internationale investeerder als Beryllium biedt HeadFirst Source Group de mogelijkheid onze groeistrategie in zowel Nederland als daarbuiten voort te zetten en verdere invulling te geven aan onze ambitie om een toonaangevende speler in de flexmarkt te worden.”

Geplaatst in ZP en Ondernemen | Tags | Laat een reactie achter

NBBU, Zelfstandigen Bouw en Bouwend Nederland : andere aanpak vervanging Wet DBA

Ga niet morrelen aan het arbeidsrecht, beoordeel de relatie opdrachtgever/opdrachtnemer aan de hand van nieuwe criteria voor zelfstandig ondernemerschap en ontwikkel die criteria via pilots op sector niveau. Dat stellen de Nederlandse Bond van Bemiddelings- en Uitzendondernemingen (NBBU),  Zelfstandigen Bouw en Bouwend Nederland in een brief waarmee ze steun willen krijgen van andere ‘veldpartijen’.

“De maatregelen ter vervanging van de VAR zijn tot dusverre mislukt, omdat ze niet eerst in de praktijk zijn getoetst”, zo schrijven de organisaties in het stuk. De twee partijen noemen dit in een stuk naar aanleiding van het overleg Werken als Zelfstandige, dat aanstaande maandag plaatsvindt tussen de veldpartijen en minister Koolmees en de staatssecretarissen van Economische Zaken en Financiën. Zelfstandigen Bouw, Bouwend Nederland en de NBBU proberen de andere veldpartijen achter hun voorstel te krijgen.

De NBBU heeft het stuk rondgestuurd onder alle deelnemende partijen aan het overleg van maandag, met de vraag of ze zich hier achter willen scharen. Piet Meij van de NBBU zegt inmiddels veel reacties te hebben gehad van verschillende organisaties die in het toetsen aan de praktijk wel een oplossingsrichting zien.

Zekerheid vooraf, ruimte voor ondernemerschap

“Het is in het belang van het functioneren van de arbeidsmarkt en van het ondernemerschap, dat de ontwikkeling van een nieuwe oplossing op zorgvuldige wijze de ruimte wordt geboden”, zo schrijven de organisaties. Ze willen dat binnen sectoren onderling afspraken gemaakt gaan worden. Binnen een sector wordt dan minimaal een vertegenwoordigende partij aan de opdrachtgeverskant en een aan de opdrachtnemerskant aangewezen. Een begeleidingscommissie vanuit het ministerie ziet toe op het proces, zo is het idee.

Uit de pilots hopen de partijen ‘praktijk lering’ te trekken en die dan om te zetten in regelgeving. Zo denken ze te komen tot een ‘werkbare en gedragen oplossing voor deze weerbarstige problematiek’.

Ruimte geven aan – bewust en zelfgekozen – ondernemerschap en onzekerheid wegnemen bij de opdrachtgevers en opdrachtnemers staat centraal in het idee van de twee partijen. Daarmee nemen ze ook afstand van het standpunt van het Kabinet, waarvan onder andere juist wel aanpassing van het arbeidsrecht onderdeel is. Minister Koolmees wil nu ook niet verder gaan dan een ‘ondernemersverklaring’ of iets dergelijks ‘te onderzoeken’. Dat volgt mogelijk na de voorgestelde vervanging van de Wet DBA. Binnen de coalitie voelt met name het CDA weinig zo’n verklaring.

In een aparte brief zegt ook ZZP Nederland weinig te zien in de richting van het kabinet. ZZP Nederland herhaalt haar standpunt de oplossing te zien in in de wet vastgelegde ondernemersverklaring.

Geplaatst in ZP en Politiek | Tags , , | Laat een reactie achter

De Amerikaanse criteria rond zelfstandigheid: voer voor inspiratie?

Ook in de VS gaat het in de discussie over de term ‘regulier werk’ en over het nut om (tijdelijk) een aparte fiscale en arbeidsrechtelijke beoordeling te hebben. Dat maakt de Amerikaanse praktijk ook voor de Nederlandse discussie relevant.

Criteria op een rij

MBO partners, een bedrijf dat organisaties ondersteunt bij de organisatie van inhuur van freelancers, zette onlangs de gehanteerde criteria overzichtelijk op een rij. De IRS (zeg maar: de Belastingdienst) hanteert een andere set dan het Departement of Labor (wat bij ons zo ongeveer het Ministerie van SZW is). Daarnaast kunnen er op het niveau van de staten weer aanvullende criteria zijn. Zo buigt de Californische politiek zich momenteel over nieuwe criteria die de inzet van ‘gig-workers‘ flink lastiger maakt. De extra criteria die sommige staten hanteren, richten zich vooral op het voorkomen van concurrentie tussen werknemers en freelancers.

ClassificationTests_MBO partners

In de zoektocht naar de vervanging van de Wet DBA kijken we in Nederland momenteel vooral hoe het arbeidsrecht vereenvoudigd kan worden. Ook wordt gezocht naar een verduidelijking van de term ‘gezag’. Daarbij moet er een webmodule komen, waarin via een vragenlijst de relatie tussen een opdrachtgever en -nemer te beoordelen is.

In dat kader is het wel aardig om dit overzicht eens nader te bekijken.

Criteria praktisch en concreet omschreven

Belangrijk is te realiseren dat de genoemde Amerikaanse criteria geen ‘knock-out’ punten zijn. Het is dus niet zo als er aan één criterium niet voldaan wordt, iemand meteen geen zelfstandige is. Dat maakt ook bij deze benadering dat er altijd ruimte voor interpretatie is. Dat is nu net waar een aantal Nederlandse ‘veldpartijen’ vanaf wil, door bijvoorbeeld het zelfstandig ondernemerschap een stevige, aparte wettelijke basis te geven. Daarbij zouden er dus veel hardere garanties vooraf zijn.

Geen vage term als ‘gezag’, maar een praktische invulling wat wel en niet de bedoeling is

Inhoudelijk staan er niet direct zaken in die erg afwijken van de Nederlandse regelgeving of criteria die rechters hanteren. Ook hier staat centraal of iemand zelfstandig besluiten neemt, zowel in de opdracht als rond het eigen ondernemerschap. De criteria zijn vooral een stuk concreter. Geen vage term als ‘gezag’, maar een praktische invulling wat wel en niet de bedoeling is. Een stap in de richting die het kabinet wil in de aanpassing van arbeidsrecht.

Regulier werk als criterium

Opvallend is wel dat zowel de IRS, het DoL als sommige staten het hebben over het punt dat freelancers geen werkzaamheden mogen verrichten die een ‘integraal onderdeel uitmaken van het productieproces of dienstverlening van de opdrachtgever’. Geen ‘reguliere werkzaamheden’ dus, de term die we zien terugkomen in de plannen van minister Koolmees. Ook hier geen knock-out criterium dus, al wordt er in Californië over gedacht om het wel als knock-out criterium te gebruiken, met alle gevolgen van dien.

Komt term ‘reguliere werkzaamheden’ terug in criteria in webmodule?

De term ‘reguliere werkzaamheden’ komt ook bij de plannen van het kabinet terug. Dat gebeurt zowel in opdrachten onder het minimumtarief (korte inhuur onder minimumtarief kan wel als het geen regulier werk is) als in het opt-out tarief (opdracht langer dan één jaar kan wel als het geen regulier werk is). Wat daarbij nog niet duidelijk is wat nu de criteria worden om te bepalen of iets nu wel of geen ‘regulier werk’ is. Ook de Amerikaanse omschrijving geeft de nodige ruimte voor interpretatie.

Belangrijk punt is ook in hoeverre deze term straks terugkomt in de webmodule voor alle opdrachten in het grote gebied tussen het minimumtarief en het opt-out tarief. En wat de waarde daarvan dan wordt: wel of geen knock-out? Gezien de mogelijke grote impact die dat heeft, en gezien het draagvlak voor de webmodule, zouden de bewindslieden er goed aan doen hierover meer duidelijkheid te geven tijdens het overleg met het werkveld van aanstaande maandag.

IRS en DOJ elk met eigen criteria

Wat ook duidelijk wordt uit het overzicht is dat de IRS en het DoL dus eigen criteria hebben. Ze overlappen elkaar beperkt. Ze hebben ook alle twee hun eigen handhavingsbeleid en eigen prioriteiten.

Zo was de situatie in Nederland feitelijk ook. Maar sinds het ‘Gouden Kooi’-arrest van de Hoge Raad (2011) is dat veranderd. Sindsdien kijken rechters ‘holistisch’ naar zaken over (schijn)zelfstandigheid. Alle factoren, zowel de fiscale als arbeidsrechtelijke criteria, worden daarbij meegenomen.

Dat juist de arbeidsrechtelijke criteria aan modernisering toe zijn, daarover zijn de meeste experts het wel eens. Het kabinet is dat dan ook van plan.

Herstel  – tijdelijk – de ‘knip’ tussen de fiscale en de arbeidsrechtelijke beoordeling

Professor Boot heeft daarbij wel de kritische noot gezet dat het zinniger is om die discussie over het arbeidsrecht niet overhaast te doen. Hij pleit ervoor om dat niet alleen te doen van uit het perspectief van de positie van de zelfstandigen. Hij wil dit ook in samenhang doen met discussies rond de arbeidsrechtelijke bescherming van werknemers.

Omdat die aanpassingen langer gaan duren, stelt hij voor om – tijdelijk, zo benadrukte hij in een gesprek met ZiPconomy –  de ‘knip’ tussen de fiscale en de arbeidsrechtelijke beoordeling weer te herstellen. Dan kan er op korte termijn duidelijkheid verschaft worden voor zelfstandigen en opdrachtgevers over hun fiscale relatie, zonder dat overhaast het arbeidsrecht aangepast hoeft te worden.

Lees ook:

Geplaatst in ZP en Politiek | Tags , , , | 3s Reacties

Waarom straks 2 op de 3 mensen werkt als zzp’er of met een flexcontract (en dat niet erg is)

Het zal heus nog wel even duren. En door de huidige economische opbloei is zelfs het vaste contract weer een beetje in opmars. Maar daaronder ligt een trend van flexibilisering die echt niet te stuiten is, zegt Ben Rogmans in het net verschenen boek Geen paniek, maar ook jouw baan gaat eraan. Door specialisatie, ‘ontbundeling’ van werkzaamheden, en mondiale concurrentie hebben werkgevers nog steeds veel behoefte aan flexibiliteit.

En dus zal het aandeel flex in de totale beroepsbevolking nog wel even doorstijgen, aldus de directeur van arbeidsmarktkansen.nl en voormalig hoofdredacteur van Intermediair, BN/De Stem en Dagblad De Pers. Uiteindelijk verwacht hij, ‘gezien de structuur van de Nederlandse economie en arbeidsmarkt’ dat twee derde van de mensen binnen afzienbare tijd met een flexcontract of als zzp’er zal werken.

Is dat erg?

De hamvraag: is dat erg? En waarom dan? Sommige politici zullen ervan gruwen, en ook veel werknemers zullen er misschien zenuwachtig van worden, van zoveel onzekerheid. Maar paniek is absoluut overbodig, stelt Rogmans. Want ja, er zullen de komende jaren heel veel banen verdwijnen. Door de opkomst van automatisering, robotisering en kunstmatige intelligentie zullen we met z’n allen over een jaar of 10 heel ander werk doen dan we nu doen. Maar, zo is de belangrijkste premisse uit zijn boek: het zal niet mínder werk zijn. Eerder het tegendeel.

‘Nieuwe technologie heeft altijd banen vernietigd. Maar daar kwamen altijd meer en betere banen voor terug’

En dan mag dat werk misschien wel flexibeler georganiseerd zijn, kom bij Rogmans niet aan met doemverhalen over massawerkloosheid door robotisering. Nieuwe technologie heeft in het verleden altijd gezorgd voor vernietiging van bestaande banen. Maar daar zijn tot nu toe altijd nieuwe banen voor teruggekomen. En nog meer ook. En meestal ook: betere banen. Waarom zou dat dit keer anders zijn, zo vraagt hij zich retorisch af.

Vroeger was alles flex

Lang geleden, zo stelt Rogmans, was ‘vrijwel al het werk flex. Pas in de jaren 50 en 60 van de vorige eeuw is de vaste baan de norm geworden.’ Tegelijkertijd merkt hij op dat het met de huidige flexibilisering allemaal nog wel meevalt. Zo hard gaat het niet, zegt hij. ‘De groei van de afgelopen 10 jaar wordt ook veroorzaakt door een definitieverandering. Eerst hoorde je bij de Nederlandse beroepsbevolking als je 12 uur of meer per week betaald werk deed of wilde doen. Vanaf 2016 hoor je er al bij als je 1 uur of meer wilt werken. Dus zitten nu ook alle jongeren met een bijbaantje in de data.’

Ook haalt hij het idee onderuit dat flexibilisering zou leiden tot steeds lagere tarieven. ‘In een land als Denemarken, met ongeveer nul ontslagbescherming en maximale flexibiliteit, krijgen werknemers een van de hoogste uurlonen van Europa. En ze zijn de afgelopen jaren ook nog eens sneller gestegen!’

‘Wetgeving werkt niet’

Wetgeving die probeert om ‘mondiale ontwikkelingen tegen te houden’, en flexibilisering te stoppen? Rogmans gelooft er niets van. ‘Dat werkt niet. Beter is het om nieuwe modellen uit te proberen, waarin de toenemende flexibilisering samengaat met meer zekerheid voor flexwerkers.’

‘Wetgeving die mondiale ontwikkelingen wil tegenhouden werkt niet’

Een verplichting voor alle werknemers om op een minimaal niveau iets op te bouwen voor werkloosheid, arbeidsongeschiktheid, ziekte en pensioen hoort daar volgens hem bij, net als een verplichting voor werkgevers om daaraan bij te dragen. Oók voor zzp’ers en flexwerkers. En dat gecombineerd met een behoorlijke individuele vrijheid om (fiscaal vriendelijk) die bescherming naar eigen keuze uit te breiden.

Wat wel? Meer eigen ontwikkeling en een transparantere arbeidsmarkt

Hoe dat er precies moet uit komen te zien, werkt hij niet volledig uit. Wel voert hij een vurig pleidooi dat mensen veel meer dan nu voortdurend moeten investeren in hun eigen ontwikkeling, en dat de arbeidsmarkt veel transparanter moet worden dan hij nu is, zowel voor vaste banen als voor meer flexibele opdrachten.

Gelukkig helpt daar de platformisering een handje mee, zegt hij. Daardoor kunnen vraag naar en aanbod van arbeid makkelijker bij elkaar gebracht worden. Ook als dat veel meer arbeid is dan ooit tevoren… Want, zo voorspelt Rogmans: ‘Voor de komende 35 jaar is er maar één trend. Er komt méér werk, veel meer werk.’

geen paniek ben rogmansGeen paniek, maar ook jouw baan gaat eraan, is geschreven door Ben Rogmans, directeur van arbeidsmarktkansen.nl en voormalig hoofdredacteur van Intermediair, BN/De Stem en Dagblad De Pers. Rogmans was in 2003 ook medeoprichter van arbeidsmarktonderzoeker Intelligence Group.

 

Geplaatst in Toekomst van Werk | Tags , | Laat een reactie achter

Planet Interim en Uniforce gaan samenwerken: ‘klik vanaf de eerste koffie’

Niels van Berkel (Planet Interim) en Stef Witteveen (Uniforce) lanceren een gezamenlijk aanbod voor zelfstandig professionals. Zipconomy ging daarover met hen in gesprek.

> Een matchingsplatform voor professionals en een aanbieder van een werkvorm voor zelfstandig professionals. Hoe kunnen die elkaar versterken?

Stef: “Wij ondersteunen onze Uniforce Professionals op juridisch, fiscaal en administratief terrein. Voor een deel doen we dat zelf en voor een deel doen we dat met partnerorganisaties die we selecteren op kwaliteit. Denk daarbij aan accountants en notarissen, maar ook aan een verzekeraar. Nu willen we onze professionals ook gaan helpen bij het zichtbaar en vindbaar zijn op de opdrachtenmarkt. Planet Interim is daarin voor onze doelgroep één van de besten en daarom bieden wij alle Uniforce Professionals een premium lidmaatschap van Planet Interim aan.”

Niels: “Planet Interim wil zich onderscheiden door zoveel mogelijk goede professionals en opdrachten samen te brengen op een eenvoudige en voordelige manier. Bij Uniforce zitten alleen professionals die hun vak op een goed niveau uitoefenen. De Uniforce Professionals vormen dus een verrijking voor ons kandidatenbestand en daarin zijn opdrachtgevers en intermediairs altijd geïnteresseerd. Met deze samenwerking geven wij Uniforce tevens de gelegenheid om hun concept op onze site te presenteren.”

> Jullie zijn beide al lang actief op de arbeidsmarkt, hoe kijken jullie naar de toekomst?

Niels: “De arbeidsmarkt verandert razendsnel en zal voorlopig blijven veranderen. Als dienstverleners moeten wij hierop anticiperen door voortdurend mee te bewegen. Ook voor Planet Interim is stilstaan geen optie en wij ontwikkelen voortdurend door. Ik vind het inspirerend als vernieuwers elkaar weten te vinden en elkaar versterken. Die klik had ik met Uniforce vanaf de eerste kop koffie.”

Stef: “Het draait de komende tijd inderdaad om vernieuwing en in deze tijd van digitalisering investeren wij veel in online dienstverlening. Door een rechtstreekse verbinding tussen onze klantenportal en Planet Interim, kan de Uniforce Professional nu binnen enkele kliks geregistreerd worden als premium lid. Die online aanwezigheid en vindbaarheid van je profiel zal voor elke professional alleen maar belangrijker worden.”

> Kunnen jullie een tip van de sluier oplichten over toekomstige ontwikkelingen van jullie bedrijven?

Niels: “Planet Interim is geleidelijk aan het internationaliseren. We doen dat stap voor stap en zullen daar over een tijdje meer over kunnen zeggen. Daarnaast zullen we de toegankelijkheid en gebruikersvriendelijkheid voor opdrachtgevers en intermediairs verder verbeteren. Dit doen we met behulp van IT-middelen maar ook door ons aanbod steeds beter en slimmer te segmenteren. Veel meer wil ik daar nu nog niet over zeggen maar er staat meer dan voldoende op stapel.”

Stef: “We zullen onze dienstverlening aan de Uniforce Professionals verder verdiepen. We willen hen van nog meer gemak voorzien zodat ze zich kunnen richten op hun werk en zich minder met alle bijzaken hoeven bezig te houden. Daarnaast willen we naast het huidige Uniforce-concept ook andere werkvormen gaan aanbieden zodat we een grotere groep professionals kunnen helpen. Want in alles wat we doen staat de professional centraal en zorgen we dat alles juridisch en fiscaal 100% in orde is.”

Lees ook:

Geplaatst in ZP en Ondernemen | Tags , , , , | Laat een reactie achter