ZiPredactie 28 november 2023 0 reacties Print ZiPtalk: ‘De drie rechtse partijen denken elk anders over de arbeidsmarkt. Dat gaat onderhandelen heel moeilijk maken.’Wat betekent de verkiezingsuitslag voor de arbeidsmarkt? Op welke punten komen de kandidaat-regeringspartijen overeen? En wat staat de vier wetsvoorstellen op de arbeidsmarkt te wachten? In deze aflevering van ZiPtalk beschouwen Hugo-Jan Ruts, hoofdredacteur van ZiPconomy en Stef Witteveen, partner bij adviesbureau W&RK, de uitkomst van de Tweede Kamerverkiezingen van vorige week. Is deze verkiezingsuitslag goed of slecht nieuws voor de arbeidsmarkt? Stef Witteveen: “Je had het antwoord kunnen zien aankomen: het is maar net hoe je het bekijkt.” Volgens Witteveen is het van belang om te kijken hoe verschillende partijen tegenover de arbeidsmarkt staan, zonder daarbij de gebruikelijke kaders van rechts en links toe te passen. “Rechtse partijen zijn in de volksmond conservatief, maar zijn met betrekking tot de arbeidsmarkt soms heel progressief.” Witteveen beroept zich op een historische benadering: de basis van de arbeidsmarkt zijn wetten uit 1907 en 1917. “Deze wetten hebben veel goed gedaan, maar de laatste decennia is de realiteit weggedreven van deze wetten.” Witteveen stelt dat de maatschappelijke realiteit om andere zaken vroeg dan wat de wetten stelden: “Ga je dan die maatschappelijke praktijk terugtrekken naar die wetten van 1907 en 1917, of ga je die wetten naar de maatschappelijke praktijk bewegen? Op basis daarvan moeten we kijken welke partijen progressief en conservatief zijn: de wet moet de praktijk volgen om progressief te zijn.” Namen en rugnummers Welke partijen zijn dan conservatief en welke niet, als het om de arbeidsmarkt gaat? “Enkele winnaars van de verkiezingen zijn op dit speelveld conservatief over de arbeidsmarkt. Ik zou graag de nieuwe kroonleden van de SER willen uitnodigen om met dit uitgangspunt goed te kijken naar de arbeidsmarkt.” Betekent dit dat BBB, NSC en PVV in de conservatieve hoek zitten qua arbeidsmarktbeleid? “Zo simpel ligt het niet,” zegt Witteveen: “de meest progressieve partijen op dit onderwerp zijn VVD, D66 en Volt.” Daartegenover staan onder andere het CDA en NSC, volgens Witteveen. “Dat iedereen weer een vast contract moet krijgen, is de enige uitspraak die NSC vooralsnog doet over de arbeidsmarkt. Maar de meest conservatieve partij in dit krachtenveld is uiteindelijk de vakbond FNV.” Hugo-Jan Ruts nuanceert Witteveen op dit punt: “Er is nog een andere as in deze discussie: wordt er gedacht vanuit het collectief of vanuit het individu? Dan denken liberale partijen als de VVD en D66 vanuit het individu: geef die de ruimte om zelf keuzes te maken. NSC in mijn optiek ook heel veranderingsgezind, zeker aan de kant van het aantrekkelijker maken van werkgeverschap. De PVV zit daarentegen heel erg aan de kant van GL-PvdA: niets veranderen en zoveel mogelijk binnen het collectief houden.” Lees hier de analyse van ZiPconomy of VVD, NSC en de PVV elkaar kunnen vinden in het arbeidsmarktbeleid! NSC heeft aangegeven de adviezen van de commissie Borstlap integraal te willen overnemen. Die adviezen zijn wat betreft het zzp-dossier niet erg vernieuwend, maar op alle andere punten behoorlijk radicaal, vindt Ruts. “Het vaste contract is het beste voor mensen, stelt Borstlap, maar je moet ook het werkgeverschap aantrekkelijker maken. Denk aan de doorbetaling bij ziekte verkorten en het ontslagrecht versoepelen. En aan een basisstelsel sociale voorzieningen dat gelijk is voor alle werkenden. Rutte IV heeft dat niet aangedurfd. Het is wel wat NSC wil. “ “Dan zit je wel gelijk in de allergie van de vakbonden en de PvdA, maar ook van de PVV. Die waren destijds radicaal tegen dit soort adviezen van Borstlap. De VVD, en waarschijnlijk ook de BBB, zitten meer op de liberale en ondernemerslijn. Veranderingsgezind en een meer liberale, individuele benadering. NSC is ook veranderingsgezind, maar dan veel meer vanuit het collectief, passend bij Christendemocratische traditie. En PVV is behoudend. In de vier kwadranten, heb je drie rechtse partijen die in een ander kwadrant zitten. Dat gaat onderhandelen heel moeilijk maken.” De vier wetten In de podcast worden vier wetten besproken die van grote invloed zijn op de arbeidsmarkt en die nog niet aangenomen zijn, maar klaar liggen voor de Tweede Kamer. Wat staat er op het spel en wat gaat ermee gebeuren? Nummer 1: Wet VBAR De wet VBAR behoeft geen verdere introductie. Na de recente internetconsultatie, ligt de omstreden conceptwet VBAR van minister Van Gennip onder vuur. De VVD heeft al afstand van de wet genomen en wil dat er vooral naar de ondernemer zelf wordt gekeken in plaats van de voorwaarden binnen de opdracht, zoals de VBAR doet. NSC wil wel naar die voorwaarden kijken, maar dan op een andere manier dan Van Gennip voor ogen staat. De positie van PVV en BBB is dan weer onduidelijk. Het voorstel is nog niet ingediend bij de Tweede Kamer. Ruts en Witteveen achten het denkbaar dat dat wel gaat gebeuren, maar de wet in deze vorm zal volgens hen het niet gaan halen. Daarvoor is de weerstand in politiek en polder te groot.Witteveen: “Ik denk dat deze wet flink kan worden gecorrigeerd, maar dat er wel een aanpak voor schijnzelfstandigheid gaat komen in een volgend kabinet.” Het huidige voorstel is volgens Witteveen een complexere versie dan de Wet DBA: “Het wordt complexer in de uitvoering, in de handhaving en het spreekt zzp’ers niet meer aan. Daar worden mensen niet warm van. We moeten de wetgeving dichter bij de praktijk brengen, niet andersom. Vanuit principes geredeneerd is dat niet zo eenvoudig, maar in de werkbaarheid en de uitvoerbaarheid, zal er naar die maatschappelijke praktijk toe bewogen worden.” Relevant is ook dat, nieuwe wet of niet, er nog steeds intensivering van de handhaving gepland staat per 1 januari 2025. Nummer 2: Wet gelijke kansen bij werving en selectie Deze wet, die discriminatie op de arbeidsmarkt moet aanpakken, ligt al klaar voor behandeling Eerste Kamer. Niet voor elke partij die gewonnen heeft bij de verkiezingen is dit een belangrijk thema. “Ik verwacht wel dat deze wet doorgaat”, stelt Hugo-Jan Ruts, daarbij verwijzend naar de uitspraken van Geert Wilders: “Als deze wet nu geblokkeerd wordt, dan ben je niet een partij ‘voor alle Nederlanders’.” Deze wet zal geen grote impact hebben op de markt, maar bedrijven moeten wel hun zaken goed op orde hebben. “Zowel werkgevers als opdrachtgevers moeten hiervoor aan de slag. Ook bureaus hebben in deze wet de plicht om een discriminerend verzoek te melden. Dat gaat niet alleen om etniciteit, maar ook om leeftijd of gender.” Witteveen: “Ik geloof dat iedereen doorheeft dat zoveel stemmers op de PVV ook niet willen dat er gemakkelijker gediscrimineerd kan worden in Nederland. Ik denk niet dat het een struikelblok kan worden.” Nummer 3: Wet meer zekerheid flexwerkers Deze wet ligt momenteel bij de Tweede Kamer en is niet controversieel verklaard. Hij bevindt zich volgens Ruts in een ‘twilight zone’ tussen het oude en het nieuwe kabinet. Met deze wet zou het nulurencontract afgeschaft worden en zouden mensen een basiscontract ervoor terug krijgen. De reikwijdte van de inlenersbeloning wordt vergroot. Ook wordt de eerste fase van uitzenden (fase A) ingekort van 78 weken naar 52 weken. Ruts: “Deze wet geldt niet alleen voor flexwerkers, maar ook bijvoorbeeld voor detacheerders. Ik zie hierin nog wel één obstakel. De uitzendduur van 52 staat al vastgelegd in de cao, maar NSC heeft in haar verkiezingsprogramma gezegd dat zij dat te lang vindt.” Daarin volgt het NSC weer het rapport van de commissie Borstlap. Er bestaat dus een reële mogelijkheid dat de NSC hier alsnog 26 weken van wil maken. “Het wordt nog spannend voor deze wet, aangezien deze wet waarschijnlijk eerder behandeld zal worden door de Tweede Kamer dan dat er een nieuw kabinet gevormd is. Het is dan een ‘vrije kwestie’ en dan is het maar net hoe het sentiment in de kamer ligt”, aldus Ruts. Witteveen: “Globaal kun je zeggen dat flexibele werknemers een betere rechtspositie krijgen. En ik denk dat in feite iedereen in de polder dat wilde. Met deze wet wilde men de flexwerker aan een betere positie helpen. Het draagvlak is er.” Nummer 4: Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten Deze wet dient om malafide praktijken in de uitzendbranche aan te pakken. Aanvankelijk was er sprake van een certificeringsplicht, maar dat wordt een ‘toelatingsstelsel’. Dit kan grote gevolgen hebben voor de sector. Niet zo zeer voor uitzenders die hun certificeringen al op orde hebben, maar vooral bureaus, bijvoorbeeld detacheerders en kleinere uitzenders, voor wie dat niet geldt. Ruts: “Hiermee moeten zo’n 15.000 tot 19.000 bedrijven in Nederland zich afvragen of zij onder deze wet vallen.” De wet ligt al bij de Tweede Kamer en wordt gesteund vanuit de polder. “Dit betekent dus dat je al goed voorbereid moet zijn, denk bijvoorbeeld aan een SNA-keurmerk. Voor veel grote uitzenders zal dit een fluitje van een cent zijn, maar detacheerders en zzp-bemiddelaars vallen ook onder deze wet. Zij zullen zo snel mogelijk aan het werk moeten om dit op orde te krijgen”, adviseert Ruts. Witteveen: “Er zijn wel nog een aantal vragen op te helderen. Ten eerste is het nog steeds niet precies duidelijk voor wie deze wet wel of niet opgaat. Valt een directeur-grootaandeelhouder die zichzelf aanbiedt op de markt ook onder deze wet? En zijn zzp-bemiddelaars ook uitzendbureaus? Geldt de wet ook als Deloitte een accountant bij een klant plaatst om de boeken door te nemen?” “Ten tweede is die wet er om de wantoestanden op de arbeidsmarkt aan te pakken. De overheid moet dan ook kijken naar de handhaving van de wet. Dat is tot nu toe niet veel gedaan. Een van de kritiekpunten van de Raad van State op de vorige wet was: zorg dat je niet alles over de schutting gooit en dat je zelf ook je verantwoordelijkheid pakt. Dat is tot nu toe alleen maar lippendienst.” Ruts: “Deze plicht geldt met deze wet ook voor de opdrachtgevers, zij moeten controleren of het uitzendbureau de juiste papieren heeft. Aan beide kanten is er dus veel te doen.” Beluister deze aflevering van ZiPtalk of bekijk de video Stemgedrag In stemgedrag bij moties en amendementen op wetten zijn partijen soms wat meer uitgesproken dan in hun verkiezingsprogramma. Daarom een overzicht van de vier meest voor de hand liggende kabinetspartijen op een rij. Het zijn moties en amendementen van de afgelopen twee jaar (klik op plaatje voor grotere afbeelding). Verkiezingen 2023, Wet VBAR, ZiPTalk Print Over de auteur Over ZiPredactie De ZiPredactie plaatst hier interviews en eigen artikelen. Daarnaast persberichten, aankondigingen of (met toestemming) overgenomen artikelen. (contact: info[AT]zipconomy.nl) Bekijk alle berichten van ZiPredactie