SLUIT MENU

De knopen rond vervanging Wet DBA zijn helder. Aan Koolmees om ze door te hakken.

Overleg tussen bewindslieden en veldpartijen levert geen doorbraak op. Wel wordt duidelijk welke politieke keuzes te maken zijn.

Het overleg over de vervanging van de Wet DBA tussen de branche- en belangenorganisaties en de verantwoordelijke bewindslieden heeft geen doorbraak opgeleverd. Een bont gezelschap van zo’n vijftig verschillende organisaties kon in dit voortslepende dossier de minister niet op één spoor zetten.

Het enthousiasme voor het totaalpakket aan maatregelen die de Wet DBA moet gaan vervangen blijft – op zijn zachtst gezegd – beperkt. Bezwaren lopen uiteen van principieel tot praktisch. Oftewel: ze passen niet in de maatschappijvisie van de aanwezigen, of ze zijn in hun ogen onuitvoerbaar.

Samenhangend pakket

Het kabinet is van plan om een samenhangend pakket door te voeren van een minimumtarief, een opt-

Minister Koolmees (SZW) en Staatssecretaris Keijzer (EZK) over de vervanging van de Wet DBA.

out tarief en een webmodule, waarin duidelijk moet worden wie nu wel of geen zelfstandige is. Elk van de onderdelen kent zijn eigen complexiteit. Het totale voorstel heeft ook alles in zich van een stevig uitonderhandeld politiek compromis. Voor de liberalen is er een opt-out voor de bovenkant van de markt, en om het sociaal-conservatiever smaldeel binnen de coalitie te plezieren komen er beperkingen als een minimumtarief en maximumduur van de opdrachten.

Onderdelen uit het pakket halen of naar voren trekken is daarom politiek lastig. Toch is dat nu net wat het pragmatische deel van de aanwezigen wil. Anderen zien al helemaal niets in de kabinetsplannen en zien dus ook niets in het finetunen ervan.

Waar is men het wél over eens?

Over een ding is iedereen het eens: er moet een meer fundamenteel debat komen over het sociaal, fiscaal en arbeidsrechtelijk stelsel en de positie van de zelfstandigen daarbinnen. Dat wil het kabinet ook. Daarom gaat er ook een commissie mee aan de slag. “Die discussie is hard nodig, maar de uitkomsten daarvan omzetten naar nieuwe wet- en regelgeving gaat jaren duren. Daar kunnen en willen we niet op wachten. Vandaar onze voorstellen om voor nu de komende jaren duidelijkheid te geven”, aldus minister Koolmees.

Het veel geopperde alternatief van een opdrachtnemersverklaring vraagt volgens de bewindslieden juist die fundamentele aanpassing van het arbeidsrecht en discussie over het sociaal zekerheidstelsel. Daarom kan dat volgens hen geen oplossing voor de korte termijn zijn.

Aanpassing van het arbeidsrecht ziet overigens bijna niemand zitten. Maar wel met heel andere – en vaak zelfs tegengestelde – argumenten. Toch is het volgens de bewindslieden onvermijdelijk om de genoemde onderdelen uit de aanpassingen een wettelijke basis te geven. Daarnaast ligt er een politieke druk uit de Kamer om voor het eind van dit jaar aan te geven hoe de term ‘gezag’ verduidelijkt kan worden.

Hoofdlijnenbrief binnen 2 maanden

En nu? Met de vraag gingen de meeste genodigden huiswaarts. Wel zei minister Koolmees eind oktober met zijn ‘hoofdlijnenbrief’ te komen. Daarin zal klip en klaar moeten staan hoe het kabinet verder wil met de vervanging van de Wet DBA. Wat de bijeenkomst van gisteren om zijn minst duidelijk heeft gemaakt is welke knopen hij met zijn collega’s daarvoor nog moet doorhakken.

Knoop 1: doorgaan of stopzetten

“We proeven draagvlak voor de wensen van het kabinet (bescherming onderkant, vrijheid bovenkant, zekerheid vooraf), maar horen ook twijfels over de instrumenten hoe dat voor elkaar te krijgen”, stelde Martin Flier, directeur Arbeidsverhoudingen van het ministerie van SZW aan het begin van de bijeenkomst nog optimistisch.

Maar de weerstand tegen een deel van die instrumenten is wel wat steviger dat Flier suggereert. Er liggen soms dan ook heel fundamentele keuzes onder. De roep om toch eerst een debat over een toekomstig stelsel te voeren is groot. Ondertussen lijkt de grootste ongewenste pijn van het Wet DBA, die voormalig staatssecretaris Wiebes ertoe bracht om de wet de facto in de ijskast te zetten, verdwenen. Dat zzp’ers nauwelijks meer aan opdrachten konden komen, lijkt min of meer verleden tijd, zo bevestigden althans diverse vertegenwoordigers van brancheorganisaties van zzp’ers.

Staatssecretaris Snel tijdens overleg met werkveld.

Ondertussen wordt het op de departementen duidelijker dat wat aan de coalitietafel bedacht is, nog niet zo eenvoudig in de praktijk is om te zetten. “Hoe meer denkkracht we organiseren hoe complexer het wordt”, bekend staatssecretaris Snel. Specialisten op het arbeidsrecht buitelen over elkaar met tegenstrijdige adviezen over wat kan en niet. De relatie met Europese wetgeving lijkt onderschat. “Criteria voor de webmodule vaststellen is ingewikkeld, maar ik ben nog niet zo ver om te concluderen dat het niet mogelijk is”, zo probeerde staatssecretaris Snel nog. Maar het is wel duidelijk dat het lastig is, inclusief de angst voor – na de BGL en Wet DBA – een derde zeperd.

Het gebrek aan draagvlak kan Koolmees vertalen naar een bericht richting de Kamer dat er – bij nader inzien – toch een andere aanpak nodig is. De uitwerking wordt dan voor een volgend kabinet. “We gaan voor een nieuwe Wet DBA voor 1-1-2020. Maar stap voor stap, eerst de hooflijnenbrief”, zo stelde Koolmees. Wat toch net iets minder stellig klinkt dan: ‘Er komt een nieuwe wet’. Uitstel lijkt lastig voorstelbaar, al werd er bij de borrel wel uitgebreid op gespeculeerd.

Knoop 2: Niet integraal, maar stap voor stap

Onderkant, bovenkant, middengroep. Met aparte accenten op tarief, duur en wel/niet reguliere arbeid. Met noodzakelijke aanpassing van arbeidsrecht. Een samenhangend pakket, ook in relatie met andere wetgeving als de Wet Arbeidsmarkt in Balans en bijvoorbeeld de aanscherping van de payrollwetgeving. Dat is het mantra van Koolmees.

Begin met dat deel van de markt waar de pijn het grootst in: de onderkant van de markt. Voer een minimumtarief in. En neem tijd voor de rest, stellen veel werkveldpartijen daartegenover. Van uitstel komt afstel, hoopt een deel daarvan er stilzwijgend bij.

Het draagvlak voor dat minimumtarief in de polder is vrij breed, zeker als het tarief wat omhoog gaat. Ook de oppositiepartijen in de Kamer zijn daar wel voor. En dat is niet onbelangrijk, als de coalitie mogelijk straks een minderheid in de Eerste Kamer kent. Dat maakt dit scenario misschien aanlokkelijk. Al is mogelijk bijvoorbeeld het CDA hierbij te bang dat ze dan nooit meer grip krijgen op de zzp-markt boven het minimumtarief.

Knoop 3: Wel of niet overnemen van kleine aanpassingen

Maximale duur van een opdracht op twee jaar zetten. Het minimumtarief wat hoger. Het opt-out tarief wat lager. De opt-out ook voor korte opdrachten. Loslaten van het onderscheid tussen regulier en niet-regulier werk.

Het zijn zomaar een paar ingebrachte voorstellen die volgens de inbrengers de basis van de kabinetsplannen niet aantasten. Ze verhogen volgens hen wel de uitvoerbaarheid van de plannen, ze maken het complexe tussengebied (= de webmodule) kleiner en geven meer duidelijkheid vooraf.

Is er politieke bereidheid om dit soort zaken uit het regeerakkoord aan te passen? Kunnen er mikado stokjes weggehaald worden, zodanig dat de rest in tact blijft, zo werd gevraagd?  Ja, was het duidelijke antwoord van de bewindslieden. En niet onlogisch. Als het kabinet niet kiest voor intrekking van de plannen of een fasegewijze invoer, dan zal het toch wel ergens iets moeten doen met alle opmerkingen en weerstand van de veldpartijen.

Nog twee maanden geduld

Nog twee maanden geduld. Dan weten we meer. Dan weten we welke knopen Koolmees wel en niet heeft doorgehakt. Het dossier helemaal parkeren, stap voor stap invoeren of aanpassen op onderdelen. Of toch alles onverkort doorvoeren zoals in het regeerakkoord staat. Zelfstandigen, hun opdrachtgevers en bemiddelaars wacht in spanning af.

Hugo-Jan Ruts is 'editor-in-chief' en uitgever van ZiPconomy. Bekijk alle berichten van Hugo-Jan Ruts

10 reacties op dit bericht

  1. Ook bij Mikado geldt weleens dat op een gegeven ogenblik partijen niet foutloos verder kunnen worden. Dan zeg je allebei in goed overleg: we doen het opnieuw of we accepteren een “foutje”, want we willen het wel afmaken.
    En dat gaat niet lukken met dat eeuwige “Ja, maar” en angsthazerij voor politieke afgang. Veel wijsheden zijn gebaseerd op: doe je niets, dan gebeurt er ook niets.
    Dhr. Koolmees moet laten zien dat hij durft. Als er een moment bestaat om een footprint te zetten die kan (en belangrijker ZAL) bijdragen aan werkend Nederland, dan is het NU. En niet wachten op de volgende crisis en dan door- en afschuiven.
    Want dan verandert het stokje in het stokje waarmee flink geslagen gaat worden.

  2. Het is heel makkelijk gezegd “maximaal 2 jaar op een opdracht”, en het lijkt heel logisch.
    Maar bij IT opdrachten bij grote bedrijven duurt het vaak een jaar voor je ingewerkt bent. En ook zij hebben de extra mensen (de ZZP-ers) nu heel hard nodig.
    Dit is voor die grote bedrijven niet handig. Lijkt me gewoon een andere achterbakse manier om het zelfstandigen moeilijk te maken.
    Of je in loondienst wilt of ZZP-er wilt worden is een beslissing. En de persoon maakt die beslissing, met alle consequenties van dien. En dat zou genoeg moeten zijn.
    Ja, je moet dan zelf zorgen dat je geld hebt als je ziek wordt en voor je pensioen. En ja, je hebt minder zekerheid, en ja je verdient meer per maand, en ja je bent vrijer.
    Allemaal voors en tegens, waar je zelf bewust voor kiest.
    Wie is iemand anders om dan te zeggen dat je geen ZZP-er bent?
    Dit lijkt te simpel, maar feitelijk zou het niet ingewikkelder moeten zijn of worden.

    • @Bas, een politieke meerderheid wil het zzp-schap, met de fiscale voordelen van dien en het feit dat ze niet meedoen met het collectief zekerheidsstelsel, reserveren voor hen die ingehuurd worden voor een specifieke expertise die tijdelijk nodig is. Niet voor situaties waarin iemand een jaar de tijd nodig heeft om ingewerkt te worden en/of jarenlang ergens een opdracht doet vanuit een ‘capaciteitsvraag’ (bijv het gaat om een reguliere functie die lastig in te vullen is ivm krapte op de arbeidsmarkt). Daar zijn (volgens hen) de tijdelijke contracten of bijv detacheringsvormen voor.

      • Het onderscheid tussen ‘specifieke expertise’ en ‘een reguliere functie invullen wegens krapte in de markt’ is natuurlijk juridisch al snel voer voor discussie. Huur ik een softwareontwikkelaar voor 2 jaar in omdat ik te weinig capaciteit heb, of omdat hij juist die expert is in een specifiek stuk ontwikkeling? Bewijs maar eens het een, of het ander. Voorbeeld uit mijn eigen vakgebied, maar vrijwel overal toe te passen, ook bijv in de (thuis)zorg. Of gaan we mensen dwingen om in loondienst te gaan?

        • @Angelo, ‘doet iemand die in loondienst werkt hetzelfde werk’ is een benadering die deels uitkomst zal bieden. Maar ben het met je eens dat dat onderscheid erg lastig kan zijn, fraude gevoelig is en voor interpretatie vatbaar, ook achteraf. En dan heb je nog geen zekerheid vooraf. Vandaar de adviezen uit het werkveld dan ook om dat onderscheid te laten vallen. Met de duur zal dat naar mijn verwachting niet gebeuren (mss langer).
          Als ik mijn oor te luister leg in Den Haag, dat is de teneur daar niet dat mensen gedwongen worden om weer in loondienst te gaan. Maar wel een zeker dwang richting mensen om een duidelijker keuze te maken. Of ondernemen, met tijdelijke opdrachten van beperkte duur en meerdere opdrachtgevers. Of loondienst (dan wel detachering etc.)

          • “Of ondernemen, met tijdelijke opdrachten van beperkte duur en meerdere opdrachtgevers.”
            10 tijdelijke opdrachten van 3 maanden achter elkaar zijn ook 2,5 jaar, ook al heb je meerdere klanten. Dat dit door een weldenkend mens niet wordt gezien als 1 opdracht, daar heeft de belastingdienst en UWV natuurlijk weer andere gedachten over. En dan begint het hele circus weer opnieuw.

      • Wat betreft dit punt “en politieke meerderheid wil het zzp-schap, met de fiscale voordelen van dien en het feit dat ze niet meedoen met het collectief zekerheidsstelsel, reserveren voor hen die ingehuurd worden voor een specifieke expertise die tijdelijk nodig is.”
        1. Het is jammer dat men zo denkt; waarom zou het “beter” zijn als je kort wordt ingehuurd.
        2. Ze zouden ook de koppeling van zelfstandigheid met die fiscale voordelen en dat collectieve zekerheidsstelsel kunnen loslaten. Ik heb nooit begrepen waarom ik als medewerker van mijn eigen BV niet kan worden gezien als een gewone medewerker met alle fiscale- en collectiviteitseffecten van dien.

        • @Marco,
          Wanneer we het hebben over de ‘visie’ van Den Haag, dan moet je deze twee punten ook zeer zeker in samenhang ziet. Wanneer punt 2 verdwijnt (dus minder fiscale voordelen zzp met eenmanszaak, wel mee doen met een vorm van collectiviteit) van vervalt al een stuk sneller de druk om de lengte van opdrachten te limiteren.

  3. Het gaat om grensproblematiek. Waar ligt de grens tussen Opt/force-out en de lift-time-job? Het probleem en dus ook de oplossing ligt niet slechts aan 1 kant. Misschien moet er ook iets veranderen aan de ouderwetse levenslange baanbescherming, dan is force-out misschien helemaal niet meer nodig.