Claartje Vogel 26 mei 2025 2 reacties Print Zelfstandigenwet in internetconsultatie. ‘Je moet voldoen aan alle criteria’VVD, D66, SGP en CDA publiceren hun aangepaste Zelfstandigenwet. Het voorstel moet duidelijkheid geven aan zelfstandigen, zowel qua ruimte om te ondernemen als qua verplichtingen. “Vrijheid en verantwoordelijkheid gaan hand in hand.”VVD, D66, SGP en CDA komen met een nieuwe wet om te bepalen wanneer iemand als zzp’er mag werken voor een zakelijke opdrachtgever. Zij bieden de conceptwettekst van deze Zelfstandigenwet vandaag aan voor internetconsultatie. De komende vier weken mag iedereen erop reageren. Initiatiefnemer Thierry Aartsen (VVD) heeft hoge verwachtingen. “Met deze wet geven wij zelfstandigen duidelijkheid en vrijheid om als zelfstandige te werken. Daar staat wel wat tegenover: je moet aan vaste criteria voldoen en je moet iets regelen voor arbeidsongeschiktheid en pensioen. Vrijheid en verantwoordelijkheid gaan hand in hand.” Mede-indiener Inge van Dijk (CDA): “Voor het CDA blijft werken in dienst de norm. Tegelijkertijd zien wij een groep die werk wil kunnen combineren met bijvoorbeeld vrijwilligerswerk of zorg voor kinderen en mantelzorgtaken en daarvoor naar zelfstandig werk kijkt. Om dat op een fatsoenlijke manier te doen, moet duidelijk zijn wanneer werken zelfstandig werken is.” Alternatief voor Wet VBAR Met de Zelfstandigenwet introduceren de partijen een nieuwe manier om te bepalen wanneer iemand als zzp’er mag werken voor een zakelijke opdrachtgever. Die bestaat uit drie toetsen: een zelfstandigentoets, een werkrelatietoets en een sectorale toets. Begin april presenteerden VVD, D66, SGP en CDA voor het eerst hun idee voor deze nieuwe wet. Het is een alternatief voor een deel van het wetsvoorstel Verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden (VBAR) van het kabinet. De VBAR bestaat uit twee delen: een toetsingskader voor de beoordeling van arbeidsrelaties en een rechtsvermoeden van werknemerschap onder een bepaald uurtarief. De vier partijen zijn voorstander van het rechtsvermoeden, maar hebben weinig vertrouwen in het toetsingskaders van het kabinet. Hun Zelfstandigenwet is daar een alternatief voor. Lees ook : De tekst van de initiatiefwet is hier te vinden. De tekst van de memorie van toelichting – met een uitgebreide motivatie en uitwerking – vindt u hier. De internetconsultatie – waar iedereen aan mee mag doen – is hier te vinden. Voldoen aan alle criteria VVD, D66, SGP en CDA en vele anderen vinden het toetsingskader van VBAR te vaag. Tijdens een eerder overleg in de Tweede Kamer benadrukte Hans Vijlbrief (D66) de verschillen tussen VBAR en de Zelfstandigenwet. “We hebben geprobeerd om een keer niet op de gebaande paden te blijven en om het op een andere manier te proberen, namelijk door te kijken of we het begrip “zelfstandige” anders kunnen definiëren. Wat is nou kenmerkend voor een zelfstandige? Daar beginnen we mee. […] Ik denk dat wij daarom vooruitgang boeken.” Aartsen (VVD) benadrukt dat dit wetsvoorstel de positie van de zelfstandige versterkt en verduidelijkt, zonder die van de werknemer te verzwakken. “Met een duidelijke definitie van wie als zelfstandige mag werken beperken we bovendien alle vormen van schijnzelfstandigheid.” De afgelopen weken hebben de initiatiefnemers veel gepraat met belanghebbenden en experts, zoals zzp-organisaties, werknemersverenigingen en juristen. Op basis daarvan hebben ze wat zaken verduidelijkt, vertelt Aartsen. “Ten eerste benadrukken we dat je aan alle criteria moet voldoen om met een zelfstandige of als zelfstandige te mogen werken”, zegt hij. “Als je aan alle eisen voldoet, heb je zekerheid dat je met of als zzp’er kunt werken. Verder hebben we een aantal eisen verduidelijkt.” Drie toetsen Er zijn drie toetsen om te bepalen of een opdracht door een zelfstandige uitgevoerd mag worden: 1. Zelfstandigentoets De eerste toets gaat over de persoon die het werk verricht: is iemand echt een zelfstandige? Hiermee wordt de positie van een zelfstandige wettelijk erkend, afgebakend en verankerd, benadrukken de initiatiefnemers. Bij deze toets bepaal je of iemand: Werkt deze persoon voor eigen rekening en risico? Voert iemand een deugdelijke administratie? Gedraagt de persoon zich in het economisch verkeer als zelfstandig ondernemer? Heeft de persoon een ‘adequate voorziening’ getroffen tegen het risico op arbeidsongeschiktheid? Dat hoeft niet per se een arbeidsongeschiktheidsverzekering te zijn, ook ‘substantieel’ eigen vermogen of beleggingen zijn toegestaan. Voorziet iemand in een ‘proportionele bijdrage voor een voorziening tegen inkomensverlies en/of armoedeval bij pensionering’? Anders gezegd: spaart iemand voldoende voor zijn pensioen? Vrijheid en verantwoordelijkheid Aartsen: “Je moet iets geregeld hebben voor pensioen en aov, maar je mag zelf bepalen hoe je dat doet. Het zijn open normen, er is geen minimum spaarbedrag. Zulke vrijheid past bij zelfstandig ondernemerschap. We vertrouwen erop dat de markt dit zelf goed organiseert.” Het is aan de zelfstandige zelf om te onderbouwen waarom hij voldoet aan de criteria in de zelfstandigentoets. “Hij kan dat doen met een derdeverklaring”, vertelt Aartsen. “Een zelfstandige kan zo’n verklaring halen bij een financieel adviseur. Hiermee kan hij opdrachtgevers en de Belastingdienst zekerheid geven dat hij voldoet aan de zelfstandigentoets.” 2. Werkrelatietoets De tweede toets gaat over de werkrelatie tussen de zelfstandige en de opdrachtgever. Er mag geen sprake zijn van een gezagsrelatie. De vier criteria zijn: De vrijheid van organisatie van de werktijd. Heeft de zelfstandige een grote mate van vrijheid om werktijden en verlof te bepalen? De vrijheid van organisatie van het werk. Heeft de zelfstandige een grote mate van vrijheid om zelf te bepalen hoe hij zijn werk uitvoert of organiseert? De afwezigheid van hiërarchische controle. De opdrachtgever mag geen directe hiërarchische controle over de zelfstandige uitoefenen. De wil van de partijen. Is het de bedoeling van partijen om te werken met en als zelfstandige? Zaken die voortvloeien uit de aard van een organisatie “Ook in dit geval moet de werkrelatie aan alle voorwaarden voldoen”, zegt Aartsen. “Soms heeft een organisatie vaste werktijden door praktische redenen, zoals openingstijden of geplande evenementen. Bij zulke zaken die voortvloeien uit de aard van een organisatie is het logisch dat de zelfstandige zich aan de planning moet houden.” Hetzelfde geldt voor werkzaamheden, legt hij uit. “In een pannenkoekenrestaurant kun je niet ineens pizza’s gaan bakken.” 3. Sectoraal rechtsvermoeden Sommigen sectoren hebben een hoger risico op schijnzelfstandigheid. Voor deze branches zijn er extra regels die wijzen op de aanwezigheid van een arbeidsovereenkomst. Eigen verantwoordelijkheid en hulp Opdrachtgevers en zelfstandigen zijn zelf verantwoordelijk voor de uitvoering, onderbouwing en bewijslast van de drie toetsen. Er komt geen nieuwe instantie om de toetsen af te nemen. De initiatiefnemers willen nadrukkelijk regeldruk voorkomen. Wie vragen of twijfels heeft, kan straks terecht bij de Commissie Beoordeling Toetsingskader Zelfstandigenwet. Deze nieuwe, onafhankelijke commissie helpt opdrachtgevers en opdrachtnemers om het toetsingskader te beoordelen en de juiste contractvorm te kiezen. Doorbraak in politieke impasse “Met deze wet willen we uit een decennialange politieke impasse komen”, zegt Aartsen. “Ons doel is niet meer of minder zzp’ers, maar meer duidelijkheid. Ons voorstel sluit aan op Europese jurisprudentie en is gebaseerd op de criteria die in België gebruikt worden. Je kan veel over België zeggen, maar qua arbeidsrecht is dat geen ontwikkelingsland.” Zorgen van vakbonden Vakbonden hadden in eerste instantie veel kritiek op het nieuwe wetsvoorstel. Zo vindt het CNV dat de wet ‘schijnzelfstandigheid legaliseert, het arbeidsrecht aantast en collectieve regelingen onder druk zet’. CDA Kamerlid Inge van Dijk hoopt dat de nieuwe wettekst die zorgen wegneemt. “We tasten nadrukkelijk het werken in de arbeidsovereenkomst niet aan”, zegt zij. “CAO’s en andere collectieve regelingen zijn belangrijke verworvenheden. Het CDA hecht daar grote waarde aan.” Aartsen heeft veel vertrouwen in het wetsvoorstel. “Er is veel bereidheid om samen te werken. Het is gelukt om als vier partijen samen tot een voorstel te komen, terwijl we eerder soms tegenover elkaar stonden.” CDA is vooral enthousiast over het voorstel omdat het zorgt voor meer duidelijkheid over de positie van zzp’ers op de arbeidsmarkt en leidt tot betere bescherming van zelfstandigen tegen arbeidsongeschiktheid en bij pensionering. Internetconsultatie De komende vier weken mag iedereen online reageren op de conceptwet tijdens de internetconsultatie. Een internetconsultatie is een gebruikelijke stap in een wetgevingsproces. “We hopen op inhoudelijke reacties en suggesties, die hebben we nodig om tot een zo goed mogelijk voorstel te komen”, zegt Aartsen. “Laten weten of je het er wel of niet mee eens bent. Wat je graag anders of beter zou zien. Het is belangrijk dat zzp’ers hun mening laten horen.” Na eventuele aanpassingen sturen de partijen het wetsvoorstel naar de Raad van State voor advies. Daarna gaat het voorstel inclusief het advies naar de Tweede Kamer. Europees geld Aartsen denkt dat het snel kan gaan. “Dit wetsvoorstel versterkt de positie van zelfstandigen, verbetert hun sociale bescherming en helpt schijnzelfstandigheid tegengaan, terwijl het ook voorkomt dat Nederland een financiële korting krijgt op het Europese Herstel- en Veerkrachtplan (HVP). We kunnen dit wetsvoorstel namelijk sneller invoeren dan een aparte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers.” In het HVP staat dat Nederland vóór 1 januari 2026 met maatregelen moet komen tegen schijnzelfstandigheid om aanspraak te maken op 600 miljoen euro subsidie. Complexe politieke situatie Uiteindelijk moet de politiek kiezen: VBAR of de Zelfstandigenwet? De vier indieners van de Zelfstandigenwet hebben samen maar 41 zetels in de Tweede Kamer en moeten dus flink aan de bak om een meerderheid te krijgen. BBB en DENK lijken een voorkeur te hebben voor de Zelfstandigenwet, maar de linkse partijen zijn op voorhand niet enthousiast. NSC-Minister Eddy van Hijum (SZW) houdt voorlopig vast aan zijn eigen VbAR. Als zijn partij het voorstel van zijn eigen minister blijft steunen, komt de Zelfstandigenwet alleen door de Tweede Kamer met steun van PVV. In de Eerste Kamer heeft de Zelfstandigenwet meer kans van slagen. Daar hebben de vier initiatiefnemers plus de BBB een meerderheid. zelfstandigenwet Print Over de auteur Over Claartje Vogel Claartje Vogel is redacteur bij ZiPconomy Bekijk alle berichten van Claartje Vogel
De zelfstandigenwet lijkt eigenlijk heel erg op VBAR. De nuance zitten ‘m in een net iets concreter toetskader. Die concretisering kan men met gemak opnemen in het voorstel VBAR. Het wordt nu langzamerhand wel duidelijk waar we op uitkomen. Het sectorale arbeidsvermoeden lijkt mij wel iets dat lastig in een wet te gieten valt. Want ook binnen een sector heb je veel verschillende situaties om zelfstandigen in te zetten. Beantwoorden
Vraag: er staat: “Ook in dit geval moet de werkrelatie aan alle voorwaarden voldoen”, Begrijp ik dat dit vier knock-out criteria zijn? Beantwoorden
nieuws - Minister van SZW Van Hijum wil NSC-leider worden, VVD Kamerlid Aartsen vertrekt naar kabinet
onderzoek - Internetconsultatie en de Zelfstandigenwet, een tussenstand: schipperen tussen duidelijkheid en vrij...