"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Akkoord uitzend CAO tussen ABU, NBBU en LBV. FNV, CNV ‘verbolgen’ dat ze gepasseerd zijn.

Akkoord over gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden. Implementatie complex en kost tijd. Daarom zijn NBBU en ABU blijk dat er nu al akkoord ligt. Vakbonden CNV en FNV boos dat ABU, NBBU kiezen voor akkoord met alleen kleine bond LBV.

De NBBU, de ABU en vakbond LBV hebben een onderhandelaarsakkoord bereikt over een nieuwe CAO voor Uitzendkrachten. De cao moet een looptijd krijgen van drie jaar: van 1 januari 2026 tot en met 31 december 2028.

De onderhandelaars zeggen met dit akkoord uitvoering te geven aan het SER-MLT-advies uit 2021 en willen de branche voorbereiden op de verwachte invoering van de Wet meer zekerheid flexwerkers die naar verwachting begin volgend jaar van kracht gaan. Deze nieuwe cao betekent volgens de onderhandelaars een verbetering van de arbeidsvoorwaarden voor uitzendkrachten door de invoering van gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden.

Het akkoord is – zodra de CAO algemeen verbindend verklaard wordt = ook relevant voor detacheerders en andere dienstverleners die personeel ter beschikking stellen.

Lees het volledige onderhandelingsakkoord hier

Vakbonden boos

Vakbond CNV en FNV reageren verbolgen over het feit dat de werkgeversorganisaties ABU en NBBU het akkoord hebben afgesloten met alleen de kleinere bond LBV. Hiermee is gekozen voor “een makkelijke deal”, vindt CNV-onderhandelaar Marten Jukema. ‘Dat was expliciet niet de afspraak. De LBV heeft geen achterban van betekenis, stelt geen harde eisen en handelt volgens ons niet onafhankelijk. Toch wordt met hen een cao gesloten.” stelt FNV-bestuurder Karin Heynsdijk.

Belangrijkste veranderingen per 2026

Uitzendkrachten krijgen vanaf 1 januari recht op gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden. Dat betekent dat de totale waarde van hun arbeidsvoorwaarden minimaal gelijkwaardig moet zijn aan die van medewerkers in dienst van de opdrachtgever in eenzelfde of vergelijkbare functie.  “Gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden passen bij modern werkgeverschap. Met deze cao komt er meer ruimte voor maatwerk en behoeften van uitzendkrachten.” aldus Jurriën Koops, directeur ABU.

Daarnaast gaat op 1 januari ook de eerder afgesproken en verbeterde pensioenregeling in. Verder wordt op het moment dat de Wet meer zekerheid flexwerkers in werking treedt ook Fase B/3 verkort naar 2 jaar.

Met het akkoord wordt de allerlaatste stap gezet naar volledig gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden voor uitzendkrachten aldus ABU en NBBU. Om deze stap per 1 januari 2026 te kunnen zetten was tijdig duidelijkheid nodig, omdat de invoering complex is.

FNV vindt dat van een doorbraak geen sprake is met dit akkoord. ‘Sinds uitspraken van het Europees Hof van Justitie en de Hoge Raad (Dosign arrest, red) staat het zwart op wit: gelijke arbeid, gelijke beloning – tenzij aantoonbaar gecompenseerd,’ aldus Heynsdijk van het FNV

Tijd nodig voor implementatie

“We zijn blij dat we met de LBV tijdig een cao-akkoord hebben kunnen sluiten. De implementatie van de nieuwe cao is complex en nu er een akkoord ligt, hebben we de noodzakelijke tijd gecreëerd voor onze leden om dit zo goed mogelijk te laten verlopen,” aldus NBBU-directeur Marco Bastian. Hij wijst er op dat de  implementatie van gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden een grote operatie is. Honderden cao’s en arbeidsvoorwaarden van inleners moeten in kaart worden gebracht en vervolgens in lijn worden gebracht met gelijkwaardige arbeidsvoorwaarden. Uitzendbureaus krijgen dus te maken met vernieuwde processen, complexe administratie en benodigde aanpassingen in software.

Proces

Eind vorig jaar liepen onderhandelingen over een nieuwe CAO vast. Om die onderhandelingen vlot te trekken hebben de NBBU en de ABU alle vakbonden in de uitzendsector – te weten FNV, CNV, De Unie en LBV – eind maart een ultieme oproep gedaan om zonder voorwaarden vooraf aan tafel te komen. FNV, CNV en De Unie gingen niet op de uitnodiging in. Vakbond LBV deed dat  wel en met hen is het akkoord tot stand gekomen, aldus de ABU en NBBU in een verklaring.
Dat akkoord moet nog worden voorgelegd aan de achterban van de betrokken partijen.
De ZiPredactie plaatst hier interviews en eigen artikelen. Daarnaast persberichten, aankondigingen of (met toestemming) overgenomen artikelen. (contact: info[AT]zipconomy.nl) Bekijk alle berichten van ZiPredactie

Eén reactie op dit bericht

  1. Snap het best vanuit de ABU en NBBU je moet wat en je kan niet stil blijven zitten en het is al heel snel 1 januari 2026. Voor de leden van de ABU en NBBU maakt het niet zoveel uit LBV of de anderen. Alleen is het jammer dat de CAO nooit AVV kan worden omdat er niet voldoende vertegenwoordiging is van de leden want je zal met de LBV geen hoog percentage krijgen die de werknemers vertegenwoordigen. De reactie van de grote vakbonden is exact zoals zou kunnen verwachten. Door wederom te verwijzen naar de uitspraak van de Hoge Raad maak je het ook niet beter. Als de grote vakbonden zo zeker zijn waarom wordt er geen toelichting gevraagd aan de Hoge Raad immers de FNV was partij in de uitspraak en als deze uitspraak niet duidelijk is voor de TBA sector is het van belang dit toch echt te doen of stel deze vraag aan de Minister van SZW. Zolang deze stap niet openlijk wordt gemaakt plaatsen de grote vakbonden zich buitenspel en dat zou in deze tijden van wanorde niet zo moeten zijn.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *