"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Met deze maatregelen wil het kabinet de externe inhuur in de publieke sector in de hand houden

Om de inhuur van externen in de publieke sector te beperken, wil minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW) Karien van Gennip onder andere regionale flexpools. Dat blijkt uit een brief die zij stuurde aan de Tweede Kamer.

Het groeiend aantal zzp’ers in de publieke sector baart de politiek zorgen. De Tweede Kamer heeft zich eerder uitgesproken voor het terugdringen van de inhuur van externen bij de Rijksoverheid en het aanpakken van schijnzelfstandigheid in de zorg. In een brief aan de Kamer zet minister van Gennip (SZW) een aantal mogelijke maatregelen daarvoor op een rij: goed werkgeverschap, onderling uitwisselen van personeel en een regionaal arbeidscontract.

Drijfveren voor zzp-schap

Medewerkers in de publieke sector willen meer regie hebben om hun eigen werktijden te bepalen. Dat is voor hen de belangrijkste reden om de overstap naar het zzp’erschap maken, zo blijkt uit onderzoek van het ministerie. Ook willen zij een betere werk-privébalans. Deze redenen zijn anders dan de beweegredenen van mensen die gaan ondernemen, zo onderstreept de minister in haar brief, zoals persoonlijke ontwikkeling of netto meer verdienen.

Bron: Zelfstandigen Enquête Arbeid 2023, met eigen bewerkingen SZW. Dit overzicht bevat alleen zelfstandigen die zelf niet ook in loondienst werken en die geen personeel in dienst hebben. Het geven van meerdere antwoorden is mogelijk.

 

Goed werkgeverschap

Met andere woorden: deze medewerkers stromen uit om zzp’er te worden omdat zij behoefte hebben aan flexibiliteit en autonomie in hun werk. Daarom wil het ministerie zich hard inzetten om beter werkgeverschap mogelijk te maken voor werknemers in deze sectoren.

Zo stimuleert het ministerie gesprekken tussen werkgevers om de best practices voor goed werkgeverschap te delen. Een voorbeeld dat de minister noemt, is een zorgorganisatie die  werknemers in loondienst voorrang geeft bij de roostering. Dit is een reactie op de situatie waarbij extern ingehuurd personeel de voorrang kreeg op het rooster en de medewerkers de overgebleven diensten moesten vullen. Daarnaast kijkt het ministerie ook naar pilots onder teams in de kinderopvang die zelf hun eigen roosters samenstellen.

In het onderwijs hoopt het ministerie door middel van de ‘Lerarenstrategie’ samen met onderwijsorganisaties medewerkers beter te behouden. Dit willen zij doen door onder andere de werkdruk te verlagen, meer ruimte te maken voor professionalisering en meer ondersteuning in de klas te bieden. Ook onderzoekt het ministerie hoe cao-afspraken individuele beloningen (bijvoorbeeld voor hun flexibiliteit in de werkroosters) in de weg zitten en wat hieraan gedaan kan worden.

Personeel uitwisselen

Om de werkdruk in deze sectoren te kunnen verlagen, onderzoekt het ministerie ook wat de mogelijkheden zijn voor regionaal werkgeverschap. Daarbij kunnen bijvoorbeeld zorgorganisaties in dezelfde regio personeel uitwisselen tijdens piekmomenten in de ene zorginstelling en rustige periodes in het andere. Dat biedt het personeel ook kansen om afwisselend werk te doen en hun kennis en werkervaring te vergroten.

De minister noemt twee verschillende mogelijke vormen van regionaal werkgeverschap. Ten eerste is het een optie om regionale flexpools op te richten. Een voorbeeld hiervan is Workflow in de regio Rotterdam-Rijnmond, waarbij personeel in ziekenhuizen voor minimaal 50% van het jaar bij één ziekenhuis werkt en 25% van het jaar bij andere ziekenhuizen. De medewerker behoudt zelf de regie om te beslissen waar en welke dienst zij draaien.

De tweede optie is om tussen onderlinge instellingen collega’s uit te wisselen. Een voorbeeld hiervan is De Werkgeverij, een samenwerking tussen organisaties in de kinderopvang, zorg, welzijn en jeugdzorg in de regio Gelderland en Noord-Brabant. Hierbij kunnen medewerkers zichzelf opgeven voor opdrachten van andere deelnemende organisaties.

Een regionaal arbeidscontract?

Daarin zit een knelpunt, meldt de minister. Binnen de huidige regelgeving is de inzet van personeel bij een andere werkgever vanwege btw-verplichtingen vaak duurder. Ook vormen de anti-kartelvormingsregels van de Europese Unie een belemmering wanneer organisaties onderling afspraken maken over de uitwisseling van personeel.

Door deze knelpunten is het idee ontstaan voor een regionaal arbeidscontract. Met een regionaal arbeidscontract kunnen meerdere afzonderlijke werkgevers gezamenlijk met een werknemer een arbeidsovereenkomst afsluiten. Zo zou het werken in loondienst aantrekkelijker gemaakt worden voor werkenden en zouden werkgevers meer flexibiliteit zonder belemmeringen krijgen.

Download de brief  Voortgang werkprogramma PNIL januari 2024

De ZiPredactie plaatst hier interviews en eigen artikelen. Daarnaast persberichten, aankondigingen of (met toestemming) overgenomen artikelen. (contact: info[AT]zipconomy.nl) Bekijk alle berichten van ZiPredactie

5 reacties op dit bericht

  1. Total Workforce Management ! Roepen we al jaren. In het verleden heette het “Job-rotation”.
    Is nooit van de grond gekomen omdat mensen en met name management, daar geen zin in hadden. Meer met eigen baantje bezig dan met echt duurzaam personeelsbeleid.
    De wrange vruchten zie je hier terug.
    Verandering gaat niet binnen een jaar lukken, omdat een aantal zaken wezenlijk moeten veranderen in de publieke sectoren. En het woord “veranderen” is daar als vloeken in de kerk. Mevr. van Gennip: sterkte ! Weer een onhaalbaar voorstel voor onderin de lade.
    Beter omarmen toenemende behoefte om een (meer zelf bepalende) werkvorm toe te laten. Noemen we nu schijnzelfstandigheid eh zorgt voor onduidelijkheid.
    Andere insteek: ZDV-er (Zelfstandige DienstVerlener) met aansluiting in een Sociaal stelsel middels een Sociaal Statuut (-bijdrage voor deze werkvorm), beperkte toegang tot “aftrekposten en subsidies” en de regie aan de vrije markt laten.
    Is eenvoudiger in realisatie, sluit volledig aan op wensen/eisen volgende generaties en doet “Duurzaamheid” goed in vergelijk tot forceren en stress-verhogende oplossingen.

  2. De allerbeste oplossing:

    Laat beleid voor de komende 30 jaar bepalen door ZZPers in plaats van vastgeroeste beleidsmedewerkers van bepaalde leeftijd. De daarna resterende 45 jaar van de 22e eeuw kan een combinatie van vast-flex beleid bepalen voor de 23 eeuw..

  3. Hahahaha Personeel uitwisselen tijdens rustige periodes…..welke idioot heeft dat weer bedacht…..er zijn geen rustige periodes in de zorg……we komen ruim 150.000 zorgverleners tekort…..Personeel uitwisselen……ambtelijk geneuzel, zonder enige kennis van wat er in de maatschappij gaande is……