Maandelijkse archieven: mei 2023

Werkgevers zetten onvoldoende in op behoud van personeel

Werknemers in loondienst veranderen nu bijna twee keer zo snel van werkgever (externe mobiliteit) als in 2015. Terwijl een vergelijkbaar aantal mensen een andere functie krijgt bij hun bestaande werkgever (interne mobiliteit) als in 2015. Dit ondanks dat interne doorstroom bewezen voordelen heeft als hogere medewerkerstevredenheid en productiviteit en lagere kosten voor werving en onboarding. Dit blijkt uit de nieuwste Talent Monitor van arbeidsmarktdata specialist Intelligence Group en HR-techdienstverlener HeadFirst Group.

De externe mobiliteit is momenteel zelfs bijna twee keer zo groot als de interne mobiliteit. In eerste kwartaal van 2023 was dit verhoudingsgetal bijna 2:1, wat betekent: als drie mensen van baan veranderen, is dat twee van de drie keer bij een andere werkgever. Daaruit blijkt dat werkgevers onvoldoende inzetten op interne carrières en doorgroeimogelijkheden en zich vooral concentreren op de werving van nieuw personeel.

Behoud is het nieuwe werven

De doorloopsnelheid van personeel neemt snel toe, wat te zien is in alle leeftijdsgroepen. Jongeren tot 25 jaar spannen de kroon, daar ligt de gemiddelde doorlooptijd op 2,7 jaar. 36,5% vond afgelopen jaar een nieuwe werkgever. Dit gemiddelde stijgt naarmate de leeftijd stijgt, met een piek van zeventien jaar bij 60-plussers. Het grootste gedeelte van de huidige mobiliteit op de arbeidsmarkt wordt verklaard door de groep tot 35 jaar.
Geert-Jan Waasdorp, directeur en oprichter van Intelligence Group: “Het principe van ‘behoud is het nieuwe werven’ is nog nauwelijks doorgedrongen bij werkgevers. Zij blijven pushen op externe werving, terwijl interne doorstroom juist nog onvoldoende op de agenda staat. Ondanks dat de voordelen van interne mobiliteit groot zijn. 2023 moet het jaar van de omslag worden op dit vlak.”

Lage arbeidsmarktactiviteit vraagt om andere wervingsaanpak

Als we kijken naar de flexibele arbeidsmarkt – meer specifiek naar zelfstandig professionals en gedetacheerden in hoogopgeleide rollen – duurden opdrachten in 2022 gemiddeld een jaar (363 dagen). In 2020 was dit nog 395 dagen. Dit laat een kleine daling zien, maar lang niet zo groot als de daling in de duur van dienstverbanden van vast personeel.

We kunnen stellen dat de duur van de gemiddelde opdracht van een jaar steeds dichter bij het dalende gemiddelde komt te liggen van de duur dat een jongere in loondienst is bij een werkgever, dat nu ruim onder de drie jaar ligt. Marion van Happen: “In welke mate is vast nog vast en flex nog flex? De flexibiliteit groeit onder mensen met een vaste baan. Tel daarbij op dat uit recente cijfers van Intelligence Group blijkt dat slechts 10% van de zzp’ers overweegt terug in loondienst te gaan, waar dat in 2015 nog 18% was. Dit zijn onomkeerbare trends. Ik vraag de beleidsmakers en politici in Den Haag deze ontwikkelingen niet met wetgeving te stuiten, maar het juist te omarmen en de zaken daaromheen vooral goed te regelen.”

De volledige Talent Monitor ‘Vast wordt steeds mobieler en flex steeds duurzamer’ lees je hier.

Geplaatst in Professioneel inhuren | Tags , | Laat een reactie achter

Opt-out bij aov voor zelfstandigen is voor VVD ‘essentieel’

Tweede Kamerleden zijn verdeeld over het belang van een opt-out bij de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (aov) voor zelfstandigen. Partijen als VVD, PVV, Forum voor Democratie (FVD) en CDA vinden zo’n mogelijkheid voor zelfstandigen om een alternatief te regelen belangrijk, maar GroenLinks en PvdA zijn er juist tegen.

Voor bijvoorbeeld de VVD is ‘keuzevrijheid in de vorm van een opt-out noodzakelijk’. Dat zei Tweede Kamerlid Bart Smals dinsdagavond tijdens het plenaire debat Pakket maatregelen voor hervorming arbeidsmarkt.

Opt-out als voorwaarde

Volgens Smals is het een voorwaarde voor draagvlak onder zelfstandigen. Hij verwijst daarbij naar een onderzoek van de Vereniging Zelfstandigen Nederland (VZN) en de petitie van De Werkvereniging. Hij wil weten of de minister bezig is met de voorbereidingen van zo’n opt-out. “Kan de minister toezeggen dat de opt-out zo wordt ingericht dat bijvoorbeeld de huidige broodfondsen zich kunnen ontwikkelen in die richting, zodat deze als volwaardig alternatief kunnen gelden voor de aov van het UWV?”

Verder heeft hij kritiek op het feit dat ‘ook de bakker op de hoek’ – met personeel – straks onder de verplichte aov valt, terwijl dit niet in het regeerakkoord stond.

Het huidige aov-plan

Minister Karien van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) presenteerde in april haar plan voor de verplichte aov voor zelfstandigen. Deze aov is een afspraak uit het pensioenakkoord en onderdeel van het regeerakkoord met meerdere doelen. Zo wil het kabinet zorgen dat minder zelfstandigen in de bijstand terechtkomen als ze arbeidsongeschikt raken. Volgens de minister is dat zowel goed voor de zelfstandig ondernemers, als de maatschappij als geheel. Iedereen betaalt tenslotte mee aan de bijstand. Ook hoopt ze met de verplichte aov de verschillen te verkleinen tussen zelfstandigen en werknemers.

Het kabinet onderzoekt nog of een ‘opt-out’ mogelijk is. Dat betekent dat zelfstandigen kunnen kiezen om in plaats van deze verzekering een private verzekering af te sluiten. Het alternatief moet minstens dezelfde dekking en premie hebben als de publieke verzekering, schrijft Van Gennip. Daarnaast wil ze dat zelfstandigen met zo’n private verzekering een zogenaamde ‘stabiliteitsbijdrage’ betalen aan het collectief.

GroenLinks, PvdA en D66 zijn tegen de opt-out

Romke de Jong (D66) ziet zo’n opt-outregeling niet zitten. Hij is bang dat de regeling te duur wordt als er te veel uitzonderingen zijn.

Tom van der Lee (GroenLinks) benadrukt dat GroenLinks, PvdA en D66 juist tegen de opt-out zijn. Volgens Van der Lee stond zo’n uitzondering niet omschreven in het regeerakkoord. Hij leest voor uit het regeerakkoord: “‘Er komt een arbeidsongeschiktheidsverzekering voor alle zelfstandigen, die zo wordt vormgegeven dat oneerlijke concurrentie en te grote inkomensrisico’s voor individuen worden voorkomen.’ Hoe kan er een opt-out zijn binnen deze afspraak?”

Zijn collega Senna Maatoug zegt in een podcast met ZiPconomy dat een aparte regeling voor zelfstandigen nu een tussenstap moet zijn richting een stelsel voor iedereen.

Barbara Kathmann (PvdA) wil weten waarom de opt-out zo belangrijk is voor de VVD. Is dat omdat zzp’ers vrezen dat de verzekering van de overheid te duur is? Volgens Smals draait het om keuzevrijheid, niet om kosten: “De VVD is een partij van liberalen. Daarom is die opt-out belangrijk, zodat mensen een eigen keuze kunnen maken.”

‘Heel lastig’ zonder verzekeraar

Léon de Jong van de PVV sluit zich aan bij de VVD. “Er moet minimaal een opt-out zijn voor alle zelfstandigen die het op een andere manier geregeld hebben”, zegt hij. “Dat mag geen wassen neus blijken. Hij mag niet zo zijn dichtgetimmerd dat zzp’ers worden gedwongen zich te verzekeren volgens de plannen van het kabinet.”

Smals (VVD) is dat met hem eens. Hij benadrukt wel dat een alternatieve verzekering ‘minimaal gelijkwaardig’ moet zijn aan wat er aangeboden wordt door het UWV. Pepijn van Houwelingen (FVD) vraagt nog of een broodfonds dat kan zijn. Smals hoopt van wel, maar denkt ook dat het ‘heel lastig wordt om er geen verzekeraar bij te betrekken’.

CDA wil meer weten

Hilde Palland van het CDA is in principe voor een opt-out, maar wil wel meer onderzoek naar de gevolgen. “Hoe werkt het precies? Hoe zit het met de gedragseffecten daarbij? Hou je voldoende massa over om het betaalbaar en toegankelijk te houden?”

Zij kan zich een opt-outregeling ‘heel goed voorstellen’ voor zelfstandigen die meer willen betalen voor een betere dekking. Zij wil ook nog onderzoeken of er een mogelijkheid is voor een uitzondering van de agrarische sector. Die stond in een eerder plan van de Stichting van de Arbeid. Minister Van Gennip heeft deze uitzondering juist uit het huidige voorstel gehaald omdat “de uitvoering van de verzekering compliceert”. Smals wil liever een opt-out ‘op basis van het product dat aangeboden wordt’, in plaats van per sector.

Vervolg

Morgen praat de Tweede Kamer verder over het pakket maatregelen voor de hervorming van de arbeidsmarkt. Minister Van Gennip (Sociale Zaken) geeft dan antwoorden op de vragen van Kamerleden.

Verder is er volgende week woensdag een speciaal commissiedebat over de plannen rondom zzp’ers. Volg ZiPconomy voor het laatste nieuws en verslag van de belangrijkste ontwikkelingen.

Geplaatst in ZP en Politiek | Tags , , | Laat een reactie achter

Verslag lunchbijeenkomst: wat gaat er veranderen voor zzp’ers in de zorg?

Er liggen nieuwe arbeidsmarktplannen van het kabinet klaar. De Hoge Raad oordeelde in maart dat Deliveroo-koeriers geen zzp’ers, maar werknemers waren. Gaan deze ontwikkelingen iets veranderen voor de inzet van zorg-zzp’ers in andere sectoren?

Naar aanleiding van deze ontwikkelingen organiseerde Hero – bemiddelaar van interim professionals en MSP-dienstverlener – een lunchmiddag voor zorgprofessionals. Doel van de middag was om de uitdagingen te bespreken en kennis te delen.

Wat vinden de zorgprofessionals zelf van de plannen voor arbeidsmarkthervormingen? Gaan de plannen de krapte oplossen of juist verergeren? Kortom: waar staan we nu, wat kunnen we de komende tijd verwachten en hoe spelen we daar slim op in? Een verslag van een zeer vruchtbare bijeenkomst.

Meer regie als zzp’er

‘’We zitten nu in een standstill op het gebied van wet- en regelgeving, maar er gaat wat veranderen”, zegt Joop der Weduwen, jurist en een van de gastsprekers. “Iedere vier jaar komen er weer nieuwe plannen van de regering over zzp’ers. Negen van de tien keer gaan die over het inperken van flex.”

Vorig jaar schreven 125.000 nieuwe zzp’ers zich in bij de KvK. Het leeuwendeel van die groei komt van het aantal zzp’ers in zorg- en welzijnsberoepen. Want, als zorg-zzp’er kun je meer verdienen. Maar belangrijker nog: je hebt meer regie over waar en wanneer je werkt. Ondertussen wordt er al jaren gediscussieerd over de vraag wat de grens is tussen een werknemer en een zelfstandig ondernemer.

Bezorgt Deliveroo de zorg zorgen?

In maart dit jaar was er een nieuwe ontwikkeling in die discussie. De Hoge Raad oordeelde dat de fietskoeriers van Deliveroo geen zelfstandigen waren, maar dat er sprake was van een arbeidsovereenkomst. De kans is groot dat deze uitspraak gevolgen heeft voor andere sectoren. Der Weduwen: “Uit de Deliveroo-uitspraak is lering te trekken. Je kunt de zaak naast je eigen organisatie leggen en conclusies trekken.”

Minister Karien van Gennip van Sociale Zaken werkt op dit moment namelijk aan nieuwe wetgeving die duidelijkheid moet scheppen over wie nu eigenlijk een zzp’er is en wie een werknemer. In een brief aan de Tweede Kamer heeft ze laten weten dat ze daarbij ook naar eerdere rechterlijke uitspraken kijkt.

Lost ontmoediging zzp-schap problemen op?

Nu lijken de gevolgen voor het fiscale- en sociale zekerheidsrecht niet groot. Er is nog steeds het moratorium op handhaving – de Belastingdienst kan enkel boetes opleggen als er sprake is van opzettelijke overtredingen.

De vraag is of de ontmoediging van het zzp-schap arbeidsmarktproblemen in de zorg ook echt oplost. Lie San Tan, corporate recruiter in onder andere de zorg, interviewde veel verpleegkundigen. Ze vroeg onder andere wat ze zouden doen als ze niet meer als zelfstandige in de zorg konden werken. “Ze zeggen allemaal: als ik in dienst zou moeten dan ga ik in een andere sector aan de slag.”

Als ik in dienst zou moeten, ga ik in een andere sector aan de slag.

Onvoldoende oog voor tijdgeest?

Is er bij de discussie over zelfstandigen in de zorg – maar ook andere sectoren, zoals het onderwijs – onvoldoende oog voor de huidige tijdgeest? Uit alle onderzoeken blijkt keer op keer: de belangrijkste reden om als zelfstandige aan de slag te gaan is niet zozeer het meer verdienen, maar wel meer autonomie en flexibiliteit. Meer kunnen bepalen welke diensten je draait, meer afwisseling van werkomgeving, minder administratieve werkzaamheden en meer onafhankelijkheid.

Zo zag Joachim Berkenbosch van GGZ instelling Care to Change vooral zorgmedewerkers bij grote organisaties die gek werden van de bureaucratie, regeldruk en processen. ‘’Om die reden kozen ze ervoor om als zelfstandige verder te gaan.’’ Die wens is alleen maar sterker bij Gen Z. De aanwezigen horen hoe de jongste generatie op de arbeidsmarkt nog meer waarde hecht aan autonomie en vrijheid om de werktijd zelf in te delen.

Operatieassistent versus ouderenverzorger

Hans Krikke, werkzaam als consultant in de zorg en HR en tweede spreker van de middag, ziet dat sommige functies in de zorg makkelijker door een zelfstandige ingevuld kunnen worden dan andere functies. Neem als voorbeeld een operatieassistent. Iemand onder narcose heeft geen idee wie daar staat. Daarentegen is in de ouderenzorg continuïteit belangrijker. Het is niet wenselijk dat er elke dag iemand anders aan je bed staat.

Als Krikke aan iemand in de zorg vraagt waarom hij of zij ontslag neemt om zich vervolgens als zzp’er te laten inhuren, hoort hij steevast: meer vrijheid. Hoe dan ook, het lijkt er vooral op dat werknemerschap in de zorg aantrekkelijker gemaakt moet worden voordat het zzp-schap onaantrekkelijker gemaakt wordt. Anders is de kans groot dat ook zelfstandige zorgverleners de zorg vaarwel zeggen.

“Hero kijkt terug op een succesvolle dag waar vanuit diverse invalshoeken veel kennis, ervaringen en situaties zijn gedeeld.”

Geplaatst in Professioneel inhuren | Tags , , , , | 1 Reactie

Onderzoek: risico op waterbedeffect van nieuw arbeidsmarktbeleid ‘valt mee’

Het kabinet werkt op basis van advies van de adviescommissie Regulering van Werk (Commissie Borstlap) aan de hervorming van de arbeidsmarkt. De Commissie Borstlap waarschuwt daarbij voor de ‘onbedoelde effecten’ van nieuwe wet- en regelgeving. Aanscherping van wet- en regelgeving van één vorm van flexibele arbeid (zoals uitzendwerk) kan ertoe leiden dat andere, nog flexibelere, arbeidsvormen populairder worden. Het kan zelfs ten koste gaan van de werkgelegenheid.

Zulke zogenaamde ‘waterbedeffecten’ vallen mee, concludeert SEO Economisch Onderzoek. In opdracht van minister Karien van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) onderzocht het bureau hoe relevant waterbedeffecten nu echt zijn in Nederland. Het rapport verschijnt daags voor een belangrijk debat over hervormingen op de arbeidsmarkt.

Meer oorzaken voor verschuivingen

Het nieuwe arbeidsmarktbeleid leidt inderdaad tot onbedoelde verschuivingen op de arbeidsmarkt, concludeert SEO. Maar die verschuivingen hebben meer verklaringen. Dat het aantal zelfstandigen groeit, komt niet alleen omdat de regels voor andere flexcontracten strenger worden. De onderzoekers schrijven ‘ongeveer de helft’ van die groei toe aan toe andere ontwikkelingen, zoals vergrijzing en het opleidingsniveau van de werkzame beroepsbevolking.

De onderzoekers houden wel wat slagen om de arm. Zo is er beperkt praktijkonderzoek over deze ontwikkelingen in Nederland. Daarbij veranderen de regels zo snel, dat het volgens de onderzoekers lastig is te bepalen wat nu precies het effect van welk beleid is.

Waterbedeffect van beleid op arbeidsmarkt

SEO definieert het waterbedeffect als ‘niet-beoogde verschuivingen tussen verschillende vormen van arbeid, werkloosheid en inactiviteit die het gevolg zijn van overheidsbeleid’. Dat wil zeggen dat beleid soms averechts werkt, bijvoorbeeld wanneer flexibilisering van de arbeidsmarkt juist toeneemt in plaats van afneemt.

Zo kan strengere ontslagbescherming er bijvoorbeeld toe leiden dat minder mensen ontslagen worden, maar tegelijkertijd flexcontracten aantrekkelijker maken voor werkgevers. En als uitzendkrachten inhuren ingewikkelder en duurder wordt, leidt dat mogelijk tot meer inzet van zzp’ers. Het kabinet komt binnenkort met veel nieuwe wetten en maatregelen tegelijkertijd. Daarom adviseert de Commissie Borstlap te waken voor zulke niet-beoogde effecten.

Welke effecten kunnen dat zijn? Het SEO-rapport geeft inzicht op basis van analyses van Nederlands en internationaal onderzoek.

Ontslagbescherming moet soepeler

Zo blijkt uit internationale studies dat meer ontslagbescherming zorgt voor minder ontslagen, maar ook tot onbedoelde gevolgen zoals meer flexcontracten en meer inhuur van zzp’ers. Het leidt overigens niet tot minder werkloosheid. Uit onderzoek blijkt dat werkgevers wel minder mensen ontslaan, maar zijn tegelijkertijd terughoudender worden om vaste contracten te geven.

Verder neemt de dynamiek op de arbeidsmarkt af door strengere ontslagregels, schrijft SEO. Mensen met een baan behouden die baan vaker en mensen zonder baan komen moeilijker aan de slag.

Nederland heeft in vergelijking met andere landen een relatief grote ontslagbescherming, zie onderstaand plaatje uit het rapport van SEO.

Tegelijkertijd heeft Nederland weinig regels om flexwerk te reguleren.

Het SEO Onderzoek bevestigt hiermee het advies van de Commissie Borstlap dat het ontslagrecht soepeler moet worden om ervoor te zorgen dat werkgevers meer vaste contracten geven en minder flex en zzp inzetten. Dit advies heeft minister Van Gennip niet overgenomen in haar arbeidsmarktplannen.

Meer zelfstandigen, geen waterbedeffect

Overheidsbeleid lijkt een relatief grote rol te spelen bij de groei van het aantal zelfstandigen sinds 2004, schrijft SEO. Sindsdien werd het eenvoudiger om te starten als zelfstandige (door afschaffing Vestigingswet, Startersregeling WW), financieel aantrekkelijker (door afschaffing Waz, fiscale aanpassingen, zoals een hogere zelfstandigenaftrek) en kwam er meer zekerheid over de arbeidsrelatie (door introductie en aanscherping VAR).

In dit geval is er geen sprake van een waterbedeffect, want de meeste van deze beleidswijzigingen waren bedoeld om ondernemerschap te stimuleren. Bovendien komt ongeveer de helft van de groei in het aandeel zelfstandigen sinds 1996 door oorzaken als vergrijzing en een hoger opleidingsniveau van de werkzame beroepsbevolking.

Groei tijdelijke contracten: macrotrends meer effect dan beleid

Volgens de onderzoekers speelden macro-trends als technologische ontwikkelingen ‘vermoedelijk’ een grotere rol bij de groei van tijdelijke contracten dan beleid. Uit het rapport: “Er zijn relatief weinig verschuivingen naar oproepcontracten en uitzendcontracten. Wel lijkt beleid – in algemene zin – van relatief grote invloed te zijn op de daling van de inactiviteit en toename van de arbeidsparticipatie.”

Weinig regelgeving op het gebied van flex leidt alleen op korte termijn tot meer werkgelegenheid, op lange termijn is dat effect verwaarloosbaar.

De onderzoekers zien een paar voorbeelden van waterbedeffecten bij regelgeving rondom flexwerk. Zo zorgt een gebrek aan regels dat werknemers langer in flexcontracten blijven werken. Verder ziet SEO verschuivingen tussen verschillende soorten flexibele contracten. Als de regels voor een bepaald type flex strenger worden, groeit de populariteit van andere soorten flexcontracten.

Effecten Wet Werk & Zekerheid

De onderzoekers besteedden speciale aandacht aan de effecten van de Wet Werk & Zekerheid. In die wet staat bijvoorbeeld dat werkgevers iemand maximaal twee jaar tijdelijke contracten mogen geven, in plaats van drie jaar. Voor 23% van de werkenden had de WWZ het niet-beoogde effect dat ze sneller werkloos werden.

Effect beleid op hervorming arbeidsmarkt

Minister Van Gennip stelt een breed pakket arbeidsmarkthervormingen voor. Daarmee loopt zij risico op meerdere waterbedeffecten.

Leidt de afschaffing van oproepcontracten op lange termijn tot meer vaste contracten? Of zorgt het op korte termijn tot meer uitzendconstructies? Leiden beperkingen rondom uitzendwerk tot meer inhuur van zzp’ers?

Zorgen strengere regels rondom flexibele arbeid echt voor meer vaste banen? Of moeten werkgevers om dat voor elkaar te krijgen toch ook meer wendbaarheid krijgen, zoals de Commissie Borstlap adviseert? Dit onderzoek is een argument voor het laatste.

Geplaatst in ZP en Politiek | Tags , , , | Laat een reactie achter

CBS ziet aantal zelfstandigen met arbeidsongeschiktheidsverzekering verder dalen

In 2019 betaalde 13,9% van de zelfstandig ondernemers premie voor arbeidsongeschiktheidsverzekering. In 2013 lag het percentage nog op 22%. Dat blijkt uit een onderzoek van het CBS in opdracht van het Ministerie van Sociale Zaken. Recentere cijfers heeft het CBS niet.

Grote verschillen

De verschillen tussen groepen zelfstandigen zijn groot.  Zo zijn er maar heel weinig jongeren met een aov. Dat geldt ook voor 65plussers, die hebben immers vaak ook al een basisinkomen uit aow en pensioen.

Bron: CBS / Bewerking ZiPconomy

Naast leeftijd speelt ook inkomen een grote rol. Zelfstandigen met een hoger inkomen hebben veel vaker een arbeidsongeschiktheidsverzekering.

De verschillen per sector zijn ook opvallend. De bouwsector scoort het hoogst. Risico’s zijn daar natuurlijk hoger, maar dat geldt ook voor de premies.

De kunstensector staat onderaan.

 

Andere buffers

Deze cijfers van het CBS liggen overigens wel fors lager dan een ander CBS/TNO onderzoek, namelijk de Zelfstandigen Enquête Arbeid (ZEA). Volgens dat onderzoek lag het percentage in 2019 op bijna 23,5% (en in 2021 nog iets hoger).

Dat onderzoek maakt ook duidelijk dat zelfstandigen ook andere vormen hebben om zich te beschermen tegen inkomensverlies als gevolg van arbeidsongeschiktheid, zoals sparen, beleggen of een broodfonds. Beleidsmakers wijzen er vaak op dat die buffers niet altijd voldoende zijn om langdurig inkomensverlies op te vangen.

ZAE 2019 (TNO/CBS)

 

 

Geplaatst in ZP en Ondernemen | Tags , , , | 1 Reactie

Senna Maatoug: Voor Groenlinks is aov zelfstandigen tussenstap naar regeling voor alle werkenden

Het kabinet wil dat zelfstandigen over een paar jaar een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (aov) afsluiten. Hiermee wil het kabinet voorkomen dat zelfstandigen die ernstig ziek worden of een zwaar ongeval krijgen, een beroep moeten doen op de bijstand. Voor zelfstandigen met een BV geldt de verplichting niet, maar als het aan Tweede Kamerlid Senna Maatoug (GroenLinks) ligt, komt er uiteindelijk een aov voor alle werkenden.

Dat zegt Maatoug in ZiPtalk, de podcast van ZiPconomy, waarin ze spreekt over een verzekering ‘voor de gehele kring van werkenden’. “Ik vind dat we in het politieke debat de contractvorm te belangrijk maken. De kern van sociale zekerheid is dat iedereen meedoet, ook mensen die dat misschien niet willen. Ik zie de aov voor zzp’ers dus als tussenstap naar een verzekering voor iedereen. Dat laatste is politiek nog niet haalbaar, het eerste wel.”

AAW

Maatoug verwijst terug naar de AAW, de Algemene Arbeidsongeschiktheidswet, de volksverzekering tegen arbeidsongeschiktheid, waarop in beginsel iedereen in Nederland een beroep kon doen.

“We vergeten het vaak, maar we hebben in Nederland heel lang een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor alle zelfstandigen gehad. De premies waren enorm laag. Waarom die zo laag waren? Omdat iedereen mee betaalde. Werknemers en alle vormen van zelfstandigen. De hele kring was verzekerd. Toen de AAW werd afgeschaft was de Raad van State al heel kritisch, ‘je levert solidariteit in’, aldus de Raad.”

De AAW is in 1998 afgeschaft, daarna kwam er een aparte regeling voor zelfstandigen, de WAZ, die in 2004 weer werd stopgezet.

Bij de beoordeling van de inrichting van een aparte regeling voor zelfstandigen nu, wil Maatoug meenemen of daarna de vervolgstap gemaakt kan worden: “Maak je je het makkelijk om daarna de stap te zetten naar een algemene arbeidsongeschiktheidsverzekering voor alle werkenden?”

Premie betaalbaar houden

“Elke discussie rond zelfstandigen begint met de vraag welke dingen je gezamenlijk moet regelen en in welke dingen ondernemers vrij zijn. Ik ben daar heel duidelijk in. Hoe meer mensen er meedoen, des te betaalbaarder het wordt. Maar het is ook voor de zelfstandigen belangrijk dat ze een uitkering hebben om op terug te vallen. Ik zie op LinkedIn steeds vaker inzamelacties voor zelfstandigen die niet verzekerd zijn voor ziekte en waarbij dan iets heftigs gebeurt. Bijvoorbeeld dat iemand ongeneeslijk ziek blijkt te zijn en geen vangnet heeft. Dat is heftig en ik hoor dat steeds vaker.”

Om de premie betaalbaar te houden kijkt Maatoug ook naar de afbouw van de zelfstandigenaftrek en het geld dat daardoor vrij komt. “Ik vind het niet erg als we als Rijksoverheid de premie een beetje drukken om zekerheid te geven in de eerste fase.”

Debat

Op 30 mei en 1 juni praat Minister Van Gennip en de Tweede Kamer verder over de kabinetsplannen voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zelfstandigen. De regeling zal niet voor 2027 beschikbaar zijn.

Meer over hoe die plannen er uitzien, wat het kost en welke uitkering er tegenover staat lees je in dit artikel.

Lees ook:


Beluister de podcast met Senna Maatoug op Spotify, met meer over haar visie op de aov, haar zorgen over de uitvoerbaarheid en hoe ze aankijkt tegen het bredere politieke debat over de arbeidsmarkt. Of bekijk de opname op YouTube.

Geplaatst in ZP en Politiek | Tags , , , | Laat een reactie achter