"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Ambtenaren nog zoekende naar oplossing zzp-vraagstuk, merken brancheverenigingen

Brancheverenigingen voor zelfstandigen PZO, VZN en de Werkvereniging zitten geregeld om de tafel met minister Van Gennip en haar ambtenaren om te praten over de zzp-plannen. Wat is hun indruk van de besprekingen en welke kant gaat het op met de wetgeving rondom de inhuur van zzp’ers?

Hoe gaat de wetgeving rondom de inhuur van zzp’ers er na 2025 uitzien? Brancheverenigingen en Haagse ambtenaren hebben regelmatig overleg sinds minister Van Gennip en staatssecretaris van Rij in december hun plannen presenteerden. De ambtenaren zijn nog zoekende, merken zowel PZO, als VZN en de Werkvereniging. Hoe zit het bijvoorbeeld als iemand op jaarbasis meerdere opdrachtgevers heeft, maar wel 4 maanden fulltime een werknemer vervangt die met zwangerschapsverlof is?

Zoektocht naar ondernemerscriteria

Het is vooral een zoektocht naar de ondernemerscriteria, geeft Margreet Drijvers, directeur bij het Platform Zelfstandige Ondernemers (PZO), aan. Wanneer iemand een werknemer is, is op papier wel duidelijk (onder meer bij inbedding en gezagsverhouding). Maar wanneer is iemand evident een ondernemer?

Drijvers spreekt over nuttige sessies met de ambtenaren van het ministerie. “Er zit schot in en ik heb het idee dat ze goed naar onze input luisteren.”

“Over ondernemerscriteria is al veel gesproken en veel staat ook in het handboek loonheffingen. Maar welke weging krijgt iets? Als een zelfstandige bijvoorbeeld vier maanden lang iemand vanwege zwangerschapsverlof vervangt, dan ga je precies hetzelfde doen als de zwangere werknemer deed. Je kunt dan niet volhouden dat er geen gezag en inbedding is. Maar als diezelfde zzp’er op jaarbasis meerdere opdrachtgevers heeft en zich voor aansprakelijkheid heeft ingedekt. Is het dan geen ondernemer?”

De vraag of iemand ‘evident ondernemer’ is, is eigenlijk maatwerk

De vraag of iemand ‘evident ondernemer’ is, is eigenlijk maatwerk, weet ook Drijvers. Het is een balans van allerlei criteria. Toch zijn er wel patronen in zichtbaar. “Kijk bijvoorbeeld naar de expertise van iemand, dat is ook belangrijk. Als iemand veel kortlopende opdrachten heeft, is het niet zo ingewikkeld. Maar een verandermanager of een organisatieadviseur zit soms een jaar of langer bij één bedrijf. Wat geldt dan? Is het vanwege zijn expertise toch een ondernemer? Samen met de ambtenaren zijn wij als branchevereniging zoekende.”

Complex en onduidelijk

Cristel van de Ven van de Vereniging Zelfstandigen Nederland, geeft aan dat ze merkt dat het ministerie ‘nog steeds – na al die jaren’- erg zoekend is in de uitwerking van de voorgenomen plannen’.

“Voor de criteria gezag, inbedding en ondernemerscriteria vragen ze om input van ons, maar aangezien ze zelf nog niet goed weten hoe ze die criteria willen en kunnen invullen, lijken de overleggen mijns inziens (te) vaak op een continue herhaling van zetten. Ieder berijdt stokpaardjes, en we gaan steevast uiteen met de constatering dat het complex en onduidelijk is. Kortom, het schiet niet op. En er verandert per saldo weinig of niks. En dat terwijl duidelijkheid nu echt nodig is.”

De minister en haar ambtenaren willen wel degelijk de input van zelfstandigen horen, en ook uit eerste hand.

Toch wil ze niet over ‘stroeve onderhandelingen spreken. “Stroef is niet het woord dat ik voor die overleggen zou gebruiken. De minister en haar ambtenaren willen wel degelijk de input van zelfstandigen horen, en ook uit eerste hand.”

Als het aan Van de Ven ligt wordt er ‘vooral gefocust op het scherper definiëren van de ondernemerscriteria’. “Daar liggen namelijk al concrete en meetbare handvatten voor in de ondernemerscriteria die de Belastdienst hanteert voor de inkomstenbelasting. Als je op basis van die criteria kunt aantonen dat je ondernemer bent, hoef je de ingewikkelde slag naar modernisering van het gezagscriterium en uitwerking inbedding helemaal niet meer te maken. Maar op die fiets lijkt het ministerie vooralsnog niet te zitten.”

Verkeerde denkrichting

Roos Wouters van de Werkvereniging is niet tevreden over de gang van zaken bij het overleg. Ze stuurde zelfs deze maand een brief aan de ambtenaren waarin ze zegt er geen vertrouwen meer in te hebben.

“Ik heb fundamentele bezwaren. Dermate fundamenteel, dat ik eerst helder wil krijgen hoe de plannen en uitgangspunten gaan verbeteren. Zo lang dat niet helder is heb ik weinig te zeggen ten aanzien van de bespreekpunten over de uitwerking middels criteria,” zo staat in haar brief.

Het lijkt er daarmee op dat Wouters van tafel loopt. Toch is dat niet zo, legt ze uit. “Dan heb ik helemaal geen zicht meer op wat er gebeurt. Maar ik heb er geen vertrouwen in dat er sprake is van een dialoog. Er is echt iets mis met de manier waarop het kabinet denkt. Ik begrijp dat ze niet willen dat mensen uitgebuit worden en tegelijkertijd willen zorgen dat het sociale zekerheidsstelsel overeind blijft. Maar ze hebben daarbij de verkeerde denkrichting gekozen.”

Loondienst aantrekkelijker maken

Het kabinet probeert de hoeveelheid zzp’ers terug te dringen, onder meer door de zelfstandigenaftrek versneld af te bouwen en door de inhuur van zzp’ers die ingebedde werkzaamheden doen te verbieden. Wouters: “De vraag is allereerst of zzp’ers aan de onderkant, bijvoorbeeld maaltijdbezorgers, straks wel aangenomen gaan worden. Je duwt mensen in een driehoeksrelatie waarbij de middenpartij profiteert. Je helpt hier alleen uitzendbureaus mee die zullen floreren, maar uitzendwerk biedt ook niet de zekerheid voor werknemers die het kabinet voor ogen heeft.” Om te voorkomen dat deze groepen werkenden onderbetaald worden, ziet Wouters meer heil in collectieve onderhandelingen.

Het kabinet moet kijken waarom bedrijven mensen niet in dienst willen nemen.

Het kabinet moet kijken waarom bedrijven mensen niet in dienst willen nemen, meent Wouters. “Je moet nu een zieke werknemer twee jaar lang doorbetalen. De risico’s voor werkgevers zijn groot. En ook zou gekeken moeten worden waarom mensen in bijvoorbeeld zorg en onderwijs zo graag als zelfstandige werken. Die willen meer vrijheid, niet uren bezig zijn met papierwerk en vergaderingen. Je moet het voor zowel werkgevers als werknemers aantrekkelijker maken om in loondienst te werken,” aldus Wouters.

Veel zzp’ers gelukkig

Mensen worden volgens haar door het kabinet de arbeidsmarkt uitgeduwd. “Als je door alle nieuwe regels niet meer als zelfstandige kunt werken, gaan die mensen echt niet in loondienst. Ze zullen eerder andere werkvormen gaan zoeken. Zo gaan wij kijken of we een coöperatiemodel een oplossing biedt voor zelfstandigen die ingebed of zij-aan-zij werk doen. Ook zullen ze de sector verlaten, zo geven ze in verschillende onderzoeken aan. En dan heeft flinke gevolgen voor sectoren zoals de zorg waar nu al een personeelstekort is.”

Het kabinet laat zich leiden door verhalen over ongelukkige zelfstandigen zoals pakketbezorgers, meent Wouters. Daarbij wordt vergeten dat veel zzp’ers gelukkig zijn met hun werk en inkomen, zo haalt ze een onderzoek van TNO aan. “Het kabinet moet een oplossing voor de zzp’ers zoeken die graag in loondienst willen, zonder dat het zzp’ers lastig valt die zelf voor een zelfstandig bestaan kiezen.”

Het Belgische model

Wouters stelt dat ze graag met het kabinet meedenkt over een goede oplossing. “Maar dan moet wel een andere beleidsrichting gekozen worden.’

De criteria die het kabinet wil gaan hanteren, zijn niet haalbaar, meent ze. Zo zou bij de vraag of iemand organisatorisch is ingebed gekeken gaan worden of de zelfstandige een mailadres van de opdrachtgever gebruikt. “Maar sommige organisaties zijn niet ingericht op het werken met mensen buiten de organisatie. Voor sommige opdrachten moet je toegang hebben tot het Intranet of een Teams-omgeving en dat kan niet anders dan met een e-mailadres van die organisatie. Het probleem van de organisatie (niet ingericht op modern werken) wordt op het bordje van de zzp’er gelegd.”

Het probleem van de organisatie (niet ingericht op modern werken) wordt op het bordje van de zzp’er gelegd.

Als het aan de Werkvereniging ligt, kiest de Nederlandse overheid voor het Belgische model waarbij belangrijker is wat werkenden zelf willen. “Mij is nog altijd onduidelijk wat er mis zou zijn met het wettelijk kader van dat model. De Belgen laten ons juist zien hoe je het ook op kan lossen.”

Dienstverband geen oplossing

De Nederlandse overheid vergeet ook dat er veel beroepsgroepen zijn waarin je als werkgever geen volledig dienstverband kunt bieden, stelt Wouters. “Denk aan muzikanten, yoga-docenten, een geluidstechnicus. Dat gaat per klant om een paar uur per week. Juist daarom werken ze voor verschillende opdrachtgevers. Daarvoor is een dienstverband geen oplossing, terwijl zij wel zij aan zij werk doen, met de systemen van de opdrachtgever werken en hun kleding met logo dragen. Zij zullen vooral last hebben van deze wetgeving om een duurzame carrière op te bouwen in de sector waar zij voor opgeleid zijn.”

Financiering sociale zekerheid

Wat haar ook dwars zit: het kabinet gaat er nog altijd vanuit dat zelfstandigen minder belasting betalen en dus minder bijdragen aan de financiering van de sociale zekerheid. “Volgens mij doen we daar via de inkomstenbelasting volledig aan mee. Alleen niet aan het deel waar we ook geen recht op hebben (namelijk werknemersverzekeringen WW en WIA).”

Ze heeft het ministerie gevraagd om een berekening te maken hoeveel werknemers en zelfstandigen bijdragen. “En dan zonder belastingen en premies voor werknemersverzekeringen onterecht op één hoop te gooien zoals tot nu toe steeds gebeurt.”

De kans dat dit gebeurt is echter klein. Wouters heeft namelijk inmiddels antwoord op haar brief gekregen. Daarin valt te lezen dat de richting die het kabinet gekozen heeft anders is dan de beleidsrichting waar Wouters zich wel in kan vinden. Teleurstellend, zegt Wouters. “Er zijn meer stakeholders en Kamerleden die bezwaar hebben.”

Malini Witlox is redacteur ZP & Politiek bij ZiPconomy Bekijk alle berichten van Malini Witlox

Eén reactie op dit bericht

  1. “De minister en haar ambtenaren willen wel degelijk de input van zelfstandigen horen, en ook uit eerste hand.”…..

    Ditnis waar t om gaat….”uit de eerste hand”……dus van de ZZP-ER zelf en niet van op afstand zittende bestuurders van brancheorganisaties……!!!!!