"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Brancheorganisaties reageren op kamerbrief over handhaving van de Wet DBA. ‘Het kan en moet sneller’.

Het kabinet wil schijnzelfstandigheid ‘in samenhang’ aanpakken en daar sociale partners en relevante stakeholders bij betrekken. Brancheorganisaties komen met suggesties.

Zzp-organisaties PZO, VZN en FNV Zelfstandigen zijn ontevreden over de inhoud van de kamerbrief over handhaving van de Wet DBA. Zij vinden onder andere dat ondernemers onevenredig hard getroffen worden door de fiscale maatregelen. Ook vinden ze dat minister Karien van Gennip (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en staatssecretaris Marnix van Rij (Fiscaliteit en Belastingdienst) wel erg lang de tijd nemen.

Dienstverleners verenigd in ABU, Bovib, I-ZO Nederland, NBBU, RIM en VvDN zijn blij dat het kabinet marktpartijen uitnodigt mee te denken over duidelijke wetgeving en vinden voorlopig uitstel van handhaving een goed idee. “Handhaving, verduidelijking en vernieuwing van regels moeten inderdaad hand in hand gaan,” schrijven zij in een gezamenlijke brief aan de minister en staatssecretaris. In die reactie doen ze ook suggesties voor beleid. 

Lees ook: Handhaving Wet DBA nog ‘uiterlijk 2,5 jaar’ opgeschort. Kabinet wil eerst werken aan duidelijkheid

Kabinet: eerst duidelijkheid regels

Van Gennip en Van Rij reageerden vorige week op twee onderzoeken over het gebrek aan handhaving op schijnzelfstandigheid door de Belastingdienst. Van Gennip en Van Rij benadrukken dat zij schijnzelfstandigheid ‘in samenhang’ willen aanpakken. Eerst wil het kabinet duidelijke regels rondom de inhuur van zzp’ers, een gelijker speelveld tussen werknemers en zelfstandigen en onderzoek naar de gevolgen van handhaving voor controlerende instanties. Tot er meer duidelijkheid is, blijft het handhavingsmoratorium op de Wet DBA bestaan.

FNV Zelfstandigen: ‘wel erg royale deadline’

Irene van Hest van FNV Zelfstandigen begrijpt dat het even duurt om de handhaving op te starten, maar vindt dat het kabinet ‘zichzelf wel een heel erg royale deadline geeft (1 januari 2025 of zoveel als eerder mogelijk)’. “Dat kan en moet sneller om weer rust en duidelijkheid op de arbeidsmarkt te brengen”, zegt Van Hest.

Het feit dat er nauwelijks handhaving plaatsvindt is onwenselijk, benadrukt ze. “Dat vinden zowel de werknemers- en werkgeversbonden. Deze breed gedragen gezamenlijke visie is reeds in de zomer van 2021 vastgelegd in het SER MLT-advies.”

Van Hest is blij dat het kabinet het middellangetermijnadvies van de Sociaal Economische Raad (SER) als leidraad neemt voor vernieuwing. Ze is ontevreden over de manier waarop de minister en staatssecretaris de fiscale verschillen tussen werknemers en zelfstandigen verkleinen. “Er worden diverse regelingen voor zelfstandigen afgeschaft, terwijl zelfstandigen geen redelijk alternatief wordt geboden. Dat past niet bij een eerlijk speelveld.”

PZO en VZN: ‘Verbaasd over het gebrek aan actie’

Ook zzp-belangenorganisaties PZO en VZN zijn ontevreden over de manier waarop het kabinet de fiscale voordelen van zelfstandigen afbouwt. “Hierdoor stijgen de lasten van zelfstandigen, maar niet direct hun inkomsten”, zeiden zij vrijdag. “Kortom, hiermee wordt de zelfstandige getroffen en de opdrachtgever ongemoeid gelaten. Dan is het de vraag of er daadwerkelijk een gelijk speelveld ontstaat. Of dat juist de kwetsbare zelfstandigen nog verder de armoede in raken.”

Ze vinden het goed dat het kabinet met schijnzelfstandigheid aan de slag gaat, maar zijn verbaasd over de inhoud van de brief. “Er wordt helemaal niet ingegaan op de broodnodige nieuwe wet- en regelgeving.”

De zzp-organisaties stellen voor het ondernemerschap weer in de beoordeling van de arbeidsrelatie terug te brengen. Ze benadrukken dat in het coalitieakkoord staat dat ondernemers de ruimte moeten krijgen. “Daarbij is het noodzakelijk ze te onderscheiden van werknemers. Niet door ze als werknemer te beoordelen, maar juist als ondernemer.”

Dienstverleners: ‘Neem voorbeeld aan België’

De ABU, Bovib, I-ZO Nederland, NBBU, RIM en VvDN adviseren het kabinet rekening te houden met ‘contextuele omstandigheden rond het ondernemerschap’. Samen suggereren de detacheerders, uitzenders, interim-managementbureaus en intermediairs een voorbeeld te nemen aan de structuur van de Belgische Arbeidsrelatiewet.

“In de structuur van de Belgische wet wordt de arbeidsrelatie beoordeeld op criteria die specifiek horen bij de situatie dat een werkende ingehuurd wordt door een opdrachtgever”, schrijven de dienstverleners. “Op deze manier ontstaat meer duidelijkheid, zonder aanpassing van het arbeidsrecht en zonder aantasting van rechten van werknemers.”

De Belgische Arbeidsrelatiewet bestaat uit getrapte criteria die te maken hebben met de vraag of iemand als zelfstandig ondernemer mag werken voor organisaties. Naast algemene criteria gelden aparte, strengere regels voor sectoren met een hoger risico op misbruik. “Deze sectorale benadering vergroot de effectiviteit van handhaving en doet recht aan de diverse behoeftes van branches.”

In de kamerbrief staat dat het kabinet werkenden wil helpen hun rechtspositie op te eisen, onder andere ‘via een rechtsvermoeden van werknemerschap’. De dienstverleners vinden het een ‘prima uitgangspunt’, mits het rechtsvermoeden gekoppeld is aan criteria die niet voor discussie vatbaar zijn. Zij staan bijvoorbeeld achter het SER-advies om te werken met een rechtsvermoeden van werknemerschap onder een bepaald uurtarief.

  • Luister ook: podcast met gesprek Frederieke Schmidt Crans (Bovib) en Hugo-Jan Ruts over de kabinetsplannen.

Werkvereniging: ‘Houd het doel voor ogen’

Terecht dat handhaving verder wordt opgeschort, vindt Roos Wouters van de Werkvereniging. “Het kabinet erkent dat de huidige regels niet voldoen. Als je die toch zou handhaven, ondermijn je alleen maar je geloofwaardigheid”, zegt zij.

Zij adviseert het kabinet het doel voor ogen te houden als het gaat om vernieuwing. “Het doel is niet van iedereen werknemers maken”, zegt zij. “Het gaat om bescherming van zwakkere werkenden en een betaalbaar sociaal stelsel voor iedereen. Zolang de discussie blijft gaan over zaken als gezagsverhouding, komen we niet verder.”

Zij benadrukt dat werkenden steeds meer behoefte hebben aan ‘autonomie, duidelijkheid, wendbaarheid, weerbaarheid en wederkerige solidariteit’. Om te zorgen voor meer zekerheid, pleit de Werkvereniging ervoor zekerheden te koppelen aan de werkenden zelf. “Laat mensen zelf bepalen hoe ze willen werken”, zegt Wouters. “Regel daarbij zekerheden voor iedereen. Zet werkenden en het werk centraal, niet het stelsel en de contractvorm.”

Eén reactie op dit bericht

  1. In 2016 waren ze al bezig. Incompetentie ten top. Het zal mij verbazen als ze het lukt om in een decennium(!) tijd een paar regeltjes te bedenken.