FNV blij met conclusies werkgroep ministeries: wet DBA werkt Geplaatst 23 mei 2017 door ZiPredactie FNV is blij met de conclusies op hoofdlijnen over de wet DBA, die een ambtelijke werkgroep van de ministeries van Sociale Zaken, Economische Zaken, Veiligheid en Justitie en Financiën in een rapport heeft vervat dat gisteren naar de Tweede Kamer is gestuurd. Volgens de FNV trekt de commissie de conclusie dat de wet op hoofdlijnen werkt. Opvallend, zo uitgesproken lijkt de commissie toch niet in haar beschrijvende rapport. Daarbij meldt de commissie ook dat er volgens haar geen aantoonbaar effect van de Wet DBA te meten is. FNV: geen aanpassing arbeidsrecht FNV vindt dat het arbeidsrecht met rust moet worden gelaten omdat de wet werknemers tegen werkgevers beschermt. De wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties is noodzakelijk om duidelijkheid te bieden aan zzp’ers en te verhinderen dat de zelfstandige is overgeleverd aan de grillen van werkgevers die graag willen kiezen tussen opdracht en arbeidsovereenkomst. De wet DBA maakt daar terecht een einde aan, zo stelt de vakbond. Arbeidsvoorwaardencoördinator Mariëtte Patijn van FNV : ‘Opdrachtgevers klagen er nu over dat ze medeverantwoordelijk zijn en moeten nadenken of ze wel echte zelfstandigen inhuren. Ze proberen zich daar onderuit te draaien door te zeggen dat de wet niet werkt. Maar hebben een ander motief, want ze willen vaak kosten besparen door zogenaamde zelfstandigen in te huren. Het kostenverschil tussen zelfstandigen en werknemers is veel te groot, dat moet echt worden verkleind.’ Leden FNV Zelfstandigen stuk minder enthousiast over Wet DBA Overigens zijn de leden van FNV Zelfstandigen een stuk minder enthousiast over de Wet DBA. Bijna de helft (48%) van de leden van FNV Zelfstandigen geeft in een eigen enquête aan dat de Wet DBA afgeschaft moet worden. Bijna 24% vindt dat een aanpassing voldoende is. De 16% die andere oplossingen heeft draagt onder meer aan: ‘duidelijkheid creëren en onzekerheid bij opdrachtgevers wegnemen’, inbouwen van een sociale structuur waarbij een sociaal vangnet wordt gecreëerd’, en ‘per branche bepalen waarvoor de Wet DBA geldt’. Ook de opties ‘zelf een keuze maken om als ondernemer bestempeld te worden of niet’, ‘terug naar de VAR’, ‘minder administratieve rompslomp zonder DBA’ worden genoemd. Geplaatst in ZP en Ondernemen | Tags wet dba, Wet deregulering beoordeling arbeidsrelatie | 3s Reacties
10 alternatieven voor Wet DBA gepresenteerd aan informateur. Geplaatst 22 mei 2017 door Hugo-Jan Ruts Onderzoek varianten kwalificatie arbeidsrelatie Ambtenaren van vier ministeries hebben hun rapport voor een uitweg rond de Wet DBA gepresenteerd. In hun `Onderzoek varianten kwalificatie arbeidsrelatie‘ komen ze met 10 verschillende varianten om duidelijkheid te scheppen over wie nu wel en wie niet als ‘echte’ zzp’er gezien wordt. Een keuze daartussen is aan een volgend kabinet. Opvallend is dat de ambtelijke commissie in haar benadering van dit vraagstuk een stuk verder is gegaan dan sec de ontstane problematiek rond de Wet DBA. Het debat rond de Wet DBA verzandde eind vorig jaar geheel. Een expertcommissie onder leiding van professor Boot sabelde de gekozen strategie neer van de Belastingdienst (door sec te kijken naar of geen gezag of geen persoonlijke arbeid). De ‘polder’ liet in een hoorzitting in de Kamer zien dat het totaal verdeeld kijkt naar mogelijke oplossingen. In een rommelig Kamerdebat bleek daarna ook geen begin van een Kamermeerderheid te vinden voor een van de aangedragen oplossingen uit dit debacle. Vervolgens werd een ambtelijke commissie, met ambtenaren vanuit de vier betrokken ministeries, aan het werk gezet om alle varianten op een rij te zetten. Na gesprekken met belangenbehartigers en experts, is deze commissie nu met een eindrapport gekomen. 10 varianten Terecht merkt de werkgroep op dat ‘het huidige moratorium op handhaving geen bestendige oplossing is’. Maar wat dan wel? De werkgroep komt daarom met een lijst van 10 opties waaruit het volgend kabinet een keuze kan maken. Die 10 opties zijn verdeeld in twee groepen. Bij de ene groep kan de Wet DBA – zonder dat andere wettelijke criteria aangepast hoeven te worden – worden uitgevoerd, zoals ook de commissie Boot bepleit. Bij de andere groep varianten moeten wél wettelijke criteria worden aangepast (vooral in het arbeidsrecht). I Uitvoering/handhaving Wet DBA zonder wijziging van de wettelijke criteria. Variant A: Overgaan tot handhaven (nuloptie) Variant B: Oordeel over de status van een arbeidsrelatie (OSA) Variant C: Criteria voor het mogen gebruiken van een modelovereenkomst (variant-Boot) Variant D: Rechtsvermoeden voor het ontbreken van een dienstbetrekking II Varianten die een wijziging van de wettelijke criteria vereisen. Variant E: Nadere invulling van het criterium ‘persoonlijk verrichten van arbeid’ Variant F: Fictieve dienstbetrekking met uitzondering voor ondernemers Variant G: Sectorale eis van arbeidsovereenkomst Variant H: Opt-out van de loonheffingen en de werknemersverzekeringen Variant I: Ondernemersverklaring voor een selectieve groep ondernemers Variant J: Gelijke beloning opdrachtnemers en werknemers Bij de eerste groep varianten gaat het dus om oplossingen bínnen de Wet DBA. Die kunnen dus relatief snel tot stand komen. Bij de tweede groep gaat het om meer fundamentele aanpassingen die ook extra tijd zullen kosten. Al deze criteria worden uitgewerkt in het uitgebreide rapport van 116 pagina’s. De commissie zet als samenvatting alle voors en tegen in een schema (dat onder dit artikel te vinden is). Daarin wordt ook maar weer eens duidelijk dat geen van deze varianten een simpele oplossing bevat. De werkgroep ziet per variant vaak meer belemmeringen dan mogelijkheden. Effect Wet DBA volgens commissie niet te meten De werkgroep noemt verder dat volgens haar niet duidelijk te maken is wat de effecten van de huidige Wet DBA zijn. “Macrocijfers laten geen verslechtering zien in het opdrachtvolume of aantal gewerkte uren voor zzp’ers. De beschikbare onderzoeken over het effect van DBA geven een gemengd beeld.” De werkgroep maakt zich er wat makkelijk vanaf met een weinig inhoudelijke beoordeling van die verschillende onderzoeken. Terecht wijst de werkgroep erop dat de beoordeling in hoeverre er een ongewenst effect is van de Wet DBA nog ingewikkelder is. “Er is geen eensluidend en politiek neutraal beeld te construeren over het maatschappelijk beeld van een arbeidsverhouding.” De werkgroep laat het onbenoemd, maar dit is nu precies de kern waarom Wiebes zo in de problemen is gekomen met de Wet. Dat debat over wat we nu wel en niet een arbeidsrelatie vinden, of omgekeerd ‘wat nu wel of niet een ‘echte zzp’ers’ is’ is in de politiek nooit gevoerd. En het gaf vervolgens de Belastingdienst -zoals eerder beschreven in dit artikel – alle ruimte om daar zo zijn eigen invulling aan te geven. Meer dan alleen de arbeidsrelatie Opvallend is verder dat de commissie in haar beoordeling van alle varianten allerlei overwegingen meeneemt die in het hele Wet DBA debat nooit ter sprake zijn geweest. Waar de politieke discussie altijd is gegaan over het afgebakende onderwerp ‘aanpak schijnzelfstandigheid’, en voor partijen als VVD en D66 vooral om ‘aanpak gedwongen schijnzelfstandigheid’, trekken de ambtenaren de discussie rond de Wet DBA met regelmaat in een veel bredere context. De commissie schrijft zelf dan wel dat “De taakopdracht is beperkt tot het vraagstuk van de kwalificatie van de arbeidsrelatie.” En dat “herzien van de fiscale, sociale zekerheids- en arbeidsrechtelijke instituties van de in de wetgeving onderscheiden groepen (…) geen deel uitmaakte van de opdracht.” Toch wordt met regelmaat in het stuk verwezen naar ‘budgettaire consequenties’ of effecten op wel/niet groei van het aantal zzp’ers. Opvallend, maar misschien niet onterecht. Staatssecretaris Wiebes is herhaaldelijk gemaand eerst een bredere discussie te voeren over ‘de zelfstandigen’, bijvoorbeeld via bespreking van de uitkomsten van het IBO-zzp-rapport. Daar wilde hij nooit aan. Met alle gevolgen van dien. Veel varianten, snelle oplossing ver weg. De werkgroep schrijft in haar inleiding dat dit een complex onderwerp is dat de nodige voorkennis vereist. En gelijk hebben ze. Waarmee de groep nog eens het ongelijk van Wiebes bewijst, in zijn vasthoudende opstelling dat de Wet DBA slechts ging om een minimale aanpassing van de handhaving. De 10 beschreven varianten lijken volledig. Ze lopen alleen zo ver uiteen en een aantal heeft zulke vergaande consequenties dat een keuze uit een van de opties, laat staan een snelle keuze, niet erg voor de hand ligt. Daarbij lijkt dus ook een snelle oplossing voor de groep zelfstandigen die zich nu – al dan niet terecht – gedupeerd voelt door de Wet DBA verder weg dan ooit. De 10 varianten op een rij De 10 varianten – inclusief voor- en nadelen – staan hier uitgewerkt: Klik om toegang te krijgen tot Overzicht-varianten-Wet-DBA.pdf Overzicht varianten Wet DBA (integraal overgenomen uit rapport). Geplaatst in Professioneel inhuren | Tags wet dba, Wet deregulering beoordeling arbeidsrelaties | 4s Reacties
Zelfstandige, pensioen en verzekeren. Helemaal individueel of toch een beetje collectief? Geplaatst 22 mei 2017 door ZiPredactie Voor werknemers in dienst bestaan allerlei collectieve regelingen. Denk aan pensioenfondsen, sectorale scholingspotjes en gezamenlijke arbeidsongeschiktheidsverzekeringen. Voor ZZP’ers zijn zulke voorzieningen er niet. Zulke kosten verwerk je maar in je tarief, zo is de gedachte. Een logische gedachte misschien, die op macroniveau soms evenwel tot problemen leidt: zelfstandigen die bijna geen pensioen opbouwen, te dure arbeidsongeschiktheidsverzekeringen, gebrek aan training en ontwikkeling. Cijfers en feiten ontbreken Zou de overheid hier dan toch een rol in moeten pakken? Of moeten juist opdrachtgevers hierin meer verantwoordelijkheid krijgen toebedeeld? Is er überhaupt wel een probleem? Is het niet prima zoals het is, nu de bal bij de zelfstandige ligt? Cijfers en feiten ontbreken vaak in de discussie. Beter onderbouwen Masterstudent Nienke de Bruijn probeert dat gat te vullen met een groot onderzoek onder ZP’ers. Namens TNO, en samen met de Tilburg University, roept ze zoveel mogelijk zelfstandigen op een vragenlijst in te vullen. Daarmee wil ze verschillende groepen zelfstandigen identificeren, en kijken hoe zij denken over collectieve arrangementen. Ze wil de behoefte van de ZP’ers in kaart brengen, om zo de discussie beter onderbouwd te kunnen voeren. Doe nu zelf mee! Wil jij meewerken en je mening geven? Klik dan hier. De vragenlijst invullen duurt ongeveer 8 minuten. De resultaten van het onderzoek worden begin september openbaar gemaakt op monitorarbeid.tno.nl. Meer weten? Stuur een mail naar Nienke de Bruijn. Geplaatst in ZP en Ondernemen, ZP en Politiek | Tags nieuw onderzoek, Tilburg Univerity, TNO | 2s Reacties
Waarom banen zo snel verdwijnen: AI Geplaatst 22 mei 2017 door Bas van de Haterd Kunstmatige intelligentie. De reden dat vele banen veranderen, en ook echt verdwijnen. Er zijn veel sussende geluiden uit allerlei hoeken, maar telkens zie je daarbij het onbegrip over de mogelijkheden van technologie en kunstmatige intelligentie. Nee, geen algemene AI zoals iRobot of Skynet uit Terminator. Dat duurt nog wel een tijd. Echter, wel AI op deelgebieden, zoals spraakherkenning, data processing en dergelijke. En de snelheid van die ontwikkeling is krankzinnig. Een concreet voorbeeld hiervan gaf Google recent op zijn developers conference. (meer…) Geplaatst in Uitstervende beroepen | Laat een reactie achter
Hoe sociaal zijn de vakbonden eigenlijk nog? Geplaatst 22 mei 2017 door PZO ‘Meer mensen aan het werk’. Dat is tenminste één doel waarover zowel de bonden als de werkgeversorganisaties het eens zijn. Maar hoe daar te komen? Daar zit een grote kloof tussen de routes die beide kiezen. Werk- of baanzekerheid? Bewandelen we de weg van de baanzekerheid? Of toch liever die van zekerheid van werk? Bij PZO, het Platform Zelfstandige Ondernemers, zijn we van mening dat het heilig verklaren van de vaste banen boven werkzekerheid een averechts effect heeft op de gezamenlijke wens om zoveel mogelijk mensen aan het werk te krijgen. Werk moet immers aangeboden worden door ondernemers. Het zijn ondernemingen die als werkverstrekker de samenwerking willen aangaan. Dat kan als werknemer, maar natuurlijk ook als opdrachtnemer. Deze werkverstrekkers worden in hun keuze geremd door de hoge kosten en risico’s die vaste werknemers met zich meebrengen. Door de WWZ en de langdurige loondoorbetaling tijdens ziekte is het werkgeverschap de laatste jaren heel onaantrekkelijk geworden. Willen we de werkgelegenheid echt een impuls geven, dan moeten we niet vasthouden aan het mantra van de vaste baan, maar het werkgeverschap stimuleren. Ook veel zelfstandige ondernemers huren daarom tegenwoordig liever andere zzp’ers in, in plaats van dat ze een baan voor hen organiseren. Met de huidige regels bedenk je je wel 10 keer voordat je die stap neemt. Als het gaat om het niveau van het minimumloon, is een werkgever 40 procent (!) duurder uit met een werknemer dan met een zzp’er, blijkt uit onderzoek. Werkgeverschap stimuleren Willen we de werkgelegenheid echt een impuls geven, dan zouden we niet zo moeten vasthouden aan het mantra van de vaste baan, maar kunnen we beter het werkgeverschap stimuleren. Werknemers én opdrachtnemers zijn in ‘dienstenland’ Nederland het kapitaal van de ondernemer. Waarom dan toch een continu wantrouwen uitspreken jegens werkgevers en ervan uitgaan dat een werkgever bij de eerste de beste gelegenheid iemand op straat zet? Het probleem is juist veel meer dat werkgeverschap zo duur en risicovol is geworden dat iemand niet snel meer aangenomen wordt voor een vaste baan. Ondernemerschap ligt dan meer voor de hand. De werkgever durft het risico niet aan, maar nodigt wel uit om het werk te komen verrichten. Dan maar als vrije ondernemer. Onvrijwillig ondernemerschap Hier ontstaat vervolgens een nieuw probleem: onvrijwillig ondernemerschap. Een vrij grote groep die graag een dienstverband wil, maakt dan een keuze die niet van harte is, om pragmatische redenen. Juist deze groep zou de positieve aandacht van de vakbonden zo goed kunnen gebruiken. De bonden kunnen dit doen door te helpen de belemmeringen voor een dienstverband zo klein mogelijk te maken. In een eerder interview heb ik me al eens uitgesproken voor een sociaal vangnet voor deze groep onvrijwillige, of min of meer gedwongen zelfstandigen. Deze groep moet volgens mij brede support krijgen, in plaats van door de vakbonden te worden verketterd. Zij verdienen steun, omdat hun keuzes voortkomen uit halsstarrig arbeidsmarktbeleid. Ik roep de vakbonden op een duidelijk en overtuigend standpunt in te nemen over gedwongen ondernemerschap Ik roep de vakbonden op hierover een duidelijk en overtuigend standpunt in te nemen. Deze groep wil geholpen worden met een dienstverband. Maar omdat voor een potentiële werkgever de risico’s onacceptabel groot zijn geworden, vangen zij tot op heden bot. De bonden blijven hangen in een idee-fixe over wat zij noemen: een gelijk speelveld op de arbeidsmarkt. Maar het is een arbeidsmarkt waar zij zelf de spelregels zo maken dat deelname aan het spel belemmerd wordt. Minimumtarieven: geen oplossing Het idee om dan terug te vallen op minimumtarieven, zoals wel wordt gesuggereerd, is geen antwoord op dit vraagstuk. Die invalshoek is erop gericht een te hoge prijs van arbeid in stand te houden, bestemd voor een vakbondselite met een lange historie. Maar juist als het gaat om de mensen met het laagste verdienvermogen laten de vakbonden zich niet meer zien. Bij PZO zijn we vóór arbeidsparticipatie van iedereen die wil werken. Of zij dat ook mogen van de bonden? Dat is twijfelachtig. Dus bonden: graag een duidelijk standpunt. Kan de categorie onvrijwillig of gedwongen zelfstandigen bij jullie ook rekenen op sociale kansen? Zo ja; neem dan de drempels om mensen in dienst te nemen zoveel mogelijk weg, in plaats van ze te verhogen. Denis Maessen, voorzitter van PZO, het Platform Zelfstandige Ondernemers. Geplaatst in ZP en Ondernemen, ZP en Politiek | Tags verkiezingen 2017, zzp-beleid | Laat een reactie achter
Waarom leeftijd bij ondernemers geen rol speelt Geplaatst 19 mei 2017 door Magnit ‘Leeftijd bestaat niet in ondernemerschap’, zegt Leni Minderhoud stellig. De initiatiefnemer van het platform 45plusondernemer.nl gelooft niet dat hoe oud je bent verschil maakt voor je kansen als ondernemer. ‘Echt niet’, zegt ze. ‘Ik ben op mijn 52ste voor mezelf begonnen, na jarenlang in loondienst te hebben gewerkt. Ik heb gewoon mijn baan opgezegd. Nu ben ik 60. Maar ik krijg nog volop opdrachten. En nooit, in al die jaren, heeft er ook maar één opdrachtgever naar mijn leeftijd gevraagd.’ De beeldvorming over ouderen kent ze zelf goed. Ouderen zouden minder flexibel zijn, minder aanpassingsvermogen hebben, eerder ziek en eerder moe. ‘Allemaal niets van waar’, zegt Minderhoud. ‘Maar die beeldvorming bestaat al zo lang, die verander je natuurlijk niet zomaar.’ Eén voordeel: als ondernemer heb je dus ook een stuk minder last van die beeldvorming. Gewoon, omdat het helemaal niet speelt. Over 2 jaar is de helft 55-plus In 2019, dus al over 2 jaar, is de helft (!) van de Nederlanders 55-plus. De arbeidsmarkt past zich langzaam aan die onvermijdelijke demografische trend aan. De gemiddelde leeftijd waarop we met pensioen gaan stijgt, steeds meer ouderen werken langer door. Of het nou in loondienst is, of als zelfstandige. Want dat het juist de ouderen zijn die verantwoordelijk zijn voor de groei van het aantal zzp’ers in Nederland, dat is wel duidelijk. Was in 2004 de helft van de zzp’ers boven de 45 jaar, in 2014 was dat al opgelopen tot 55 procent, en de trend zet door. Zzp’ers zijn relatief ouder dan de rest van de beroepsbevolking: 58 procent is boven de 45, tegen 42 procent van de andere werkzame personen. Toegegeven: vaak gaat het om min of meer ‘gedwongen’ zzp-schap, door bijvoorbeeld ontslag en daarna geen regulier werk meer kunnen vinden. Maar even zo vaak gaat het om de goed presterende hoogopgeleide, die meer kansen ziet als zelfstandig adviseur dan bij een baas. https://www.cbs.nl/nl-nl/nieuws/2016/46/toename-aantal-zzp-ers-stokt Het tarief stijgt ook Op de reguliere arbeidsmarkt kampen ouderen met het imago dat ze duur zijn (in verhouding tot hun productiviteit). Op de flexmarkt speelt dat veel minder: zelfstandigen zien hun tarief gemiddeld zelfs stijgen totdat ze 56 jaar zijn, zo blijkt uit onderzoek. Pas daarna neemt het tarief geleidelijk af. De opdrachtgever is bij zelfstandigen dus blijkbaar wel bereid om iets meer voor een oudere te betalen. Het gaat als zelfstandig ondernemer dan ook nooit om je leeftijd, maar altijd om de kennis en expertise die je inbrengt Van een profvoetballer weten we: die heeft zijn piek echt wel voordat hij 30 is. Maar hoe geldt dat voor de zelfstandige professional? Over de productiviteit van ouderen is veel te doen, en het is ook vaak onderzocht, maar het is moeilijk harde conclusies te trekken. Je IQ is betrekkelijk constant tot je 65ste, dat is zeker. Dus daar hoef je niet bang voor te zijn. Andere vaardigheden nemen wel (iets) af. Zo is er in ieders leven wel een fase te ontdekken dat je op de toppen van je kunnen presteert, waarna een zeker verval optreedt. Maar wanneer die piek precies ligt? En hoe groot dat verval is? Dat is voor iedereen anders. En na die ene piek zijn er ook weer nieuwe pieken mogelijk, op andere gebieden. Kennis en expertise altijd voorop ‘Het gaat als zelfstandig ondernemer dan ook nooit om je leeftijd, maar altijd om de kennis en expertise die je inbrengt’, aldus Minderhoud. Eind juni verschijnt van haar een boek over (en voor) ervaren professionals die de stap naar ondernemerschap zetten. ‘Ik begeleid zelf dertigers, veertigers, vijftigers in de eerste stappen op het ondernemerschap. Sommigen zijn ontslagen, sommigen hebben gewoon nog een baan. Ik zie zelden dat leeftijd een rol speelt bij of ze succesvol zijn of niet. Juist de mensen met veel bagage schoppen het vaak ver. Het is ook erg afhankelijk van je vakgebied. Ik zit zelf in de coaching. Daar helpt wat levenservaring over het algemeen wel, ja. Maar dat geldt natuurlijk niet overal even sterk.’ Klaar met doormodderen Volgens Minderhoud liggen er desondanks ‘altijd kansen, oplossingen en mogelijkheden om je talenten en creativiteit in te zetten’. Haar boek is naar eigen zeggen dan ook vooral bedoeld voor ‘ervaren professionals’ die ‘klaar zijn met doormodderen, doodlopende wegen, reorganisaties en (dreigende) ontslagen’. Ze wil mensen vooral oproepen ‘serieus werk te maken van hun talenten en verlangens.’ De nieuwe economie heeft namelijk meer creatieve ondernemers nodig, zegt ze. ‘En iedereen is creatiever dan hij of zij zelf vaak beseft. Ondernemen is voor iedereen te leren, daar ben ik van overtuigd. Als je maar een open mind hebt’. En, zo houdt ze met name de oudere starter voor:’… het merendeel kun je al!’ (tekst: Peter Boerman) Geplaatst in ZP en Ondernemen | Tags Brainnet, ondernemerschap, Oudere ondernemers | Laat een reactie achter