"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

De Waarde van de ZP’er deel III: Groei aantal zelfstandigen creëert werkgelegenheid en gaat niet ten koste van aantal vaste banen.

In een nieuwe aflevering uit de serie ‘De Waarde van de ZP’er’ onderzoeken Liesbeth Ruoff en Niels Huismans de stelling: De groei van het aantal zelfstandigen creëert nieuwe werkgelegenheid en is niet ten koste gegaan van het aantal vaste medewerkers.

De zelfstandig professional mag zich verheugen op een groeiende aandacht van politici, opiniemakers, experts en columnisten. Of zp’ers daarbij altijd naar waarde wordt ingeschat is de vraag. In een mooi serie met stevige artikelen onder de titel ‘De waarde van de zp’er’ gaan Liesbeth Ruoff en Niels Huismans op zoek naar het antwoord op wat is de werkelijke waarde van de zp’er is. In deze derde aflevering onderzoeken ze de volgende stelling centraal: De groei van het aantal zelfstandigen creëert nieuwe werkgelegenheid en is niet ten koste gegaan van het aantal vaste medewerkers. 

Vaste banen en vaste zelfstandigen

Wanneer het over zzp’ers gaat valt vaak het argument dat “vaste plekken ingeruild worden voor zzp’ers”. Deze opmerking hebben we zelf getoetst bij de ondernemer/zelfstandige met ons onderzoek naar ‘de waarde van de zp’er’.

Allereerst de resultaten van jullie, lezers van ZiPconomy. In de vorige poll luidde de stelling: voor mijn werkzaamheden hebben mijn opdrachtgevers geen medewerkers in huis met de juiste competenties.  Een kleine meerderheid, 54 %, was het er geheel mee eens en 7 % geheel mee oneens. 39% zat er tussenin.

Officiële cijfers geven het volgende beeld: Het IBO onderzoek  (IBO Zelfstandigen Zonder Personeel, april 2015, gepubliceerd oktober 2015, pag. 1) , stelt dat  “Het aantal zelfstandigen zonder personeel op de Nederlandse arbeidsmarkt het laatste decennium met bijna 50 procent is toegenomen terwijl de werkzame beroepsbevolking redelijk stabiel is gebleven” .

groei werknemers zelfstandigen

 

De laatste gegevens van het CBS (maart 2016) laten zien dat tussen 2007 en 2015 bijna 500 duizend vaste banen verdwenen zijn. Tegelijk is het aantal tijdelijke banen met 390 duizend en het aantal zelfstandigen met 235 duizend toegenomen. Je zou dus kunnen stellen dat er ruim 100 duizend banen zijn bijgekomen. Van de groep die begon in een flexibele rol lukt het 40% om na 5 jaar in vaste dienst te komen. Ruim 14 % is na die tijd nog als zelfstandig professional aan de slag volgens de cijfers van het CBS.

In ons eigen onderzoek (1000 respondenten) werkt de meerderheid (65 %) langer dan 5 jaar als zelfstandige, deze mensen vallen binnen de groep die door het CBS als zp’er worden gerekend.

Van deze groep geeft bijna 12 % aan dat hij/zij iemand vervangt. En maar liefst 83 % geeft aan te werken op projectbasis. Slechts 20 % wordt op een vaste basis ingehuurd en zou dus een plek kunnen bezetten, die eigenlijk ook door een vast werknemer ingevuld kan worden.

aard werkzaamheden

Beweegredenen zelfstandigen

Om meer inzicht te krijgen in de beweegredenen van onze respondenten en te onderzoeken of ze verplicht een vaste plek moesten verlaten hebben we gevraagd naar de  redenen om als zelfstandige aan de slag te gaan:

aanleiding zelfstandigheid

Voor de meerderheid is ‘zelfstandigheid / onafhankelijkheid’ de belangrijkste reden om als zp’er  aan de slag te gaan. Slechts een klein percentage geeft aan geen andere optie te hebben gehad.

Opmerkingen die de respondenten bij de vragen konden plaatsen ondersteunen het idee dat zp’er worden voor hen niet een verplichte actie vanuit de werkgever of de markt was, maar een gewenste keuze. We laten de onderstaande reacties zien omdat we niet kunnen en willen stellen dat de 1000 respondenten representatief zijn voor de ruim 1 miljoen zelfstandigen. Wel zijn het respondenten die de moeite hebben genomen een enquête in te vullen. Het geeft ook aan dat ze bewust de enquête hebben ingevuld en iets wilden zeggen.

De onderstaande rij toont een selectie van de opmerkingen:

  • Afwisseling en variatie
  • Gefrustreerd in vaste baan
  • Ander soort arbeid
  • Bredere kennis ontwikkelen in vakgebied
  • Zelf je opdrachtgevers kiezen en kwaliteitsniveau van je dienstverlening bepalen
  • Willen creëren.
  • Omdat ik het talent heb om zelfstandig te werken
  • Doen wat ik graag doe
  • Raar dat die er niet bij staat, maar inhoudelijk precies doen wat ik in wilde, combi design en communicatie
  • Mogelijkheid om inhoudelijk mijn eigen koers te volgen
  • Een combinatie van alle bovenstaande redenen
  • Gaan doen waar ik in geloof en gelukkig van word
  • Wonen in mooiere omgeving
  • Proactief bijblijven in vakgebied
  • Vaste baan heeft geen toegevoegde waarde
  • Persoonlijke groei
  • Mogelijkheid om inhoudelijk nieuwe loopbaanstap te zetten (starten als coach)
  • Opdrachten met de juiste ‘fit’
  • Zelfontplooiing
  • Geen gezeur meer over reorganisaties en andere HR aangelegenheden.
  • Ik krijg geen vaste baan meer vanwege mijn medisch dossier
  • Idealisme
  • Hobby

De nieuwe stelling

De nieuwe stelling, als input voor het volgende artikel over de Waarde van de ZP’er

Waarom dan die opmars van zelfstandigen en groei inhuur?

Wat kunnen dan wel redenen zijn dat zelfstandigen binnen organisaties de afgelopen jaren zo’n opmars hebben kunnen maken en organisaties vaker kiezen voor de inhuur van zelfstandigen?

Natuurlijk kunnen we er niet omheen dat een eerste reden een financiële kan zijn. Want als je als organisatie wel een opdracht hebt maar er geen fulltime werk van kan maken of dat er slechts sprake is van een tijdelijke rol, ga je kijken of je de vraag in de flexibele schil kunt oplossen. Bovendien is het soms ook gewoon goedkoper en efficiënter om een zp’er in te zetten. Ook kan er door constant wijzigende marktomstandigheden alleen met zeer korte cyclische budgets gewerkt worden. Ook dat is een reden om te kiezen voor een zp’er.

Annet Aris schreef in haar column in het FD van 1o maart over de gemiddelde leeftijd van een bedrijven nu en vroeger. Zij citeerde Richard Foster die voor zijn boek Creative Disruption een analyse maakte van de leeftijd van S&P 500-index. Wat blijkt: in 1962 waren de bedrijven gemiddeld 55 jaar in 2012 is dit nog maar 18 jaar.  Aris schrijft verder: “Op het moment dat bedrijven aan hun levenseinde zijn is er een natuurlijk drang om op zoek te gaan naar nieuwe spannende activiteiten die nog wel groeien. Een bedrijf dat vastloopt bezit niet altijd over de juiste vaardigheden en ervaring om de business optimaal te leiden. Als we deze constatering van Aris koppelen aan onze vraag naar redenen van inzet is dit  misschien ook een reden. Organisaties ontslaan nog niet hun vaste medewerkers, die zorgen voor de “ongoing business” maar deze bedrijven zijn wel op zoek naar medewerkers met andersoortige expertise. Juist in de tijd van onzekerheid kan dit een reden zijn om gebruik te maken van de tijdelijke of unieke expertise, beschikbaar in de pool van de zelfstandigen.

Nieuw organiseren leidt tot meer zelfstandigen

Een andere reden om de groei van zelfstandigen te verklaren ligt misschien bij de grote belangstelling die in Nederland ontstond rondom het boek van Hamal en Prahalad   De strijd om de toekomst”. Zij stellen daarin:  dat bedrijven nieuwe markten moeten creëren, in plaats van steeds te herstructureren. Zij kunnen dat doen door de regels van het spel te veranderen in een bestaande bedrijfstak, de grenzen van de bedrijfstak te verleggen door nieuwe toepassingen te bedenken van bestaande producten, of door geheel nieuwe bedrijfstakken te creëren.

Het lijkt erop dat Nederlandse organisaties dit boek hebben geadopteerd en die nieuwe paden zijn gaan bewandelen. Dit deden ze in een tijd van onzekerheid en met veel veranderingen in de markten om hen heen. Die bedrijven wilden niet al te veel risico lopen. Voor die nieuwe paden maakten zij gebruik van zelfstandigen.

Uit dit zelfde boek is eveneens het begrip ontstaan van de ‘kern competenties’. Volgens dit begrip moeten organisaties vaste arbeidsrelaties aangaan met resources -mensen- die belangrijk zijn voor de kerncompetenties zoals cultuur en winstgevendheid van een organisatie. Resources, die niet tot de kern behoren, kun je met andere arbeidsrelaties aan de organisatie binden onder andere door activiteiten uit te besteden of bijvoorbeeld door het inhuren van zelfstandigen. Ook dit begrip kan verklaren waarom bedrijven voor sommige activiteiten de voorkeur zijn gaan geven aan zelfstandigen.

Die groei van zelfstandigen creëert  zelf overigens weer een nieuwe markt: een markt van locaties als Seats2meet, Spaces en HNK. Hun business model is het zijn van een ontmoetingsplaats ván en vóór zelfstandigen. “Hey! Today there are 116 people working in our location. You can meet people with knowledge about: coaching, wordpress and communicatie” meldt Seat 2 Meet real time op haar website.  Binnen deze locaties kunnen zelfstandigen sparren met andere zelfstandigen én nieuwe kennis opdoen én een eigen netwerk van zelfstandigen opbouwen.

Blij zijn met zelfstandigen

Wat al deze mogelijke redenen voor de groei van het aantal zp’ers laten zien is dat het gerelateerd kan zijn aan positieve ontwikkelingen in de markt en bovendien nieuwe markten creëert. Is het niet onze minister-president die zei dat we ons positief als land ten opzichte van de andere Europese landen onderscheiden in ons economisch herstel na de crisis?

Zouden we in Nederland dus juist niet blij moeten zijn met het feit dat…

  • we een arbeidsmarkt hebben laten ontstaan waarin een grote groep als zelfstandigen aan de slag konden én wilden gaan
  • we hierdoor een veel lager werkeloosheidspercentage hebben dan vele landen om ons heen
  • en dat bedrijven door het inzetten van een flexibele schil sneller veranderingen konden invoeren?

Dit was ook de 5e conclusie van het IBO : Zzp’ers zorgen – samen met flexibele werknemers –  voor aanpassingsvermogen bij bedrijven en in de economie… Er ontstaat waarschijnlijk extra werkgelegenheid, deels doordat de zelfstandigen tegen lagere kosten kunnen of willen werken.

Om dit laatste punt te ondersteunen: in een artikel in Elsevier van 12 maart 2016 staat Linda Woudstra centraal in De Mens Achter. Zij richtte in 2001 regeltante.nl op. De laatste vraag in dit artikel luidt: U zegt dat u niet rijk wordt van regeltante.nl. Wat is uw drijfveer? Woudstra antwoordt: zoveel mogelijk mensen aan het werk houden en daarmee de lokale economie versterken.”

Samenvattend

Samenvattend kunnen wij  in relatie tot onze stelling De groei van het aantal zelfstandigen creëert nieuwe werkgelegenheid en is niet ten koste gegaan van het aantal vaste medewerkers zeggen:

  • Er is in een tijd van crisis nieuwe werkgelegenheid ontstaan.
  • Zelfstandigen kiezen vaak zelf voor de rol en nemen de bijkomende financiële risico’s voor lief, deze wegen op tegen het plezier van onafhankelijkheid.
  • Bestaande bedrijven hebben veranderingen mede door het inzetten van externen kunnen doorvoeren.

 

 

(Eerder afleveringen uit deze serie zijn hier terug te lezen)

Onder de titel ‘De waarde van de zp’er’ bespreken en onderzoeken Liesbeth Ruoff en Niels Huismans een aantal stellingen. Zo maken ze inzichtelijk wat nu echt de waarde van zp’ers is en zetten dit ook in perspectief in de bredere discussie die gevoerd wordt omtrent de gehele zzp populatie. Liesbeth Ruoff bestudeert de arbeidsmarktmarkt al langer. Ze was bij Netive, werkte te als interim-manager bij Flexchange (een MSP), ze zit in de Raad van Advies van StaffingMS en is betrokken bij onderzoek van de Intelligence Group. Niels Huismans ziet zichzelf als een flexibele en ondernemende professional. Hij is iemand van de ‘nieuwe generatie’ die niet zozeer een functie vervult bij een bedrijf. Zo is hij o.a. actief als businessdeveloper bij FastFlex, is hij raadslid namens GBA in de gemeente Alphen-Chaam en helpt hij vanuit Marketives organisaties om een strategische koers te bepalen en te houden. Bekijk alle berichten van De Waarde van de ZP'er

8 reacties op dit bericht

  1. Ongetwijfeld is ook een van de verklaringen van het succes het moeilijkere ontslagrecht in Nederland en de strenge regels ivm uitbetaling van zieke medewerkers. Zo heeft in Belgie een zieke werknemer een gewaarborgd maandloon maar vanaf de 2de maand wordt de vergoeding volledig gedragen door het ziekenfonds. In Nederland blijf je een veel langere tijd betaald door je werkgever.

    Het nadeel is dan dat de werkgever 2 keer salaris betaalt: 1 keer aan de zieke werknemer en 1 keer aan de vervanger.

    • @Michel, ik geloof dat Duitsland nummer twee staan met langste periode van doorbetaling: 6 weken. En dan komt NL met 2 jaar…. Overigens ligt er een adviesaanvraag bij onze SER en is de verwachting dat dit snel zal gaan veranderen.

        • @Hugo-jan en @michel Het plan is inderdaad om dit terug te brengen naar 8 weken. De planning was dat de SER nog voor de zomer 2016 met een advies hierover zou komen. Weet niet wat daar nu de status van is.

  2. Even een paar opmerkingen:
    – we moeten ook kijken naar de werkgelegenheid die makkelijk wordt vernietigd omdat het werk door zelfstandigen wordt uitgevoerd. Dus niet alleen naar ‘baancreatie’, maar ook naar ‘baandestructie’. Al het onderzoek ter zake laat zien dat een meer flexibele arbteidsmarkt (bv. met meer zp’ers) niet tot meer werkgelegenheid leidt.
    – Aan de vooravond van de grote groei van zzp’ers hadden we in Nederland ook al een laag niveau van werkloosheid. Onze relatieve positie in de ranglijst van lage werkloosheid is de afgelopen 8 jaar eerder verslechterd dan verbeterd.

    • @Ronald, We hebben deze discussie wel vaker gehad, miijn inziens gooi je hier iets te gemakkelijke alle vormen van flexarbeid om een hoop. Ik kan me iets voorstellen bij negatief effect van flex-arbeid wanneer er vooral ingezet wordt op tijdelijke contracten zonder utizicht op vast en dat dat negatief effect heeft op organisatie. Als was het maar omdat die groep ook liever een vaste baan wil en vaak laag scoort in werktevredenheid.
      In dit artikel gaat echter het over de ZP’ers, die veelal bewust voor die rol kiezen, en ook hoog scoren als het gaat om werktevredenheid, inclusief engagement bij de opdracht/opdrachtgever (zie onderzoek Arjan van den Born over Goed opdrachtgeverschap).
      Sinds de groep van het aantal zzp’ers (zie het staatje in het artikel) zijn er niet veel vaste banen bijgekomen, maar zeker ook niet verdwenen.
      Wanneer het het hebt over ‘al het onderzoek’ ben ik wel benieuwd welk onderzoek je bedoelt dat specifiek gaat over het groei van het aantal zzp’ers in relatie tot negatief effect op werkgelegenheid (idd ik vind werk van zzp’ers ook onderdeel van werkgelegenheid).

    • Ronald, Ik begrijp je betoog. Ik ons artikel gaan we echter sterk in op de zelfstandige professional. Dit is een groep binnen de gehele zzp populatie. Het gaat er in dit artikel daarnaast ook niet zozeer om dat een flexibelere arbeidsmarkt voor meer werkgelegenheid zorgt maar dat opkomst en de groei van de zelfstandige professional eerder voor werkcreatie heeft gezorgd en dit niet altijd ten kosten is gegaan van vast banen.