"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Verplichte AOV volgens zzp-partijen: toegankelijk, betaalbaar en misschien wel voor iedereen

De sociale partners bespreken met zzp-organisaties hoe een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor zzp’ers eruit moet zien. Waar zijn ze het over eens en waarover niet? ZiPconomy inventariseert de standpunten.

In het pensioenakkoord heeft het kabinet met werkgevers- en werknemersorganisaties afgesproken dat er een verzekeringsplicht voor zelfstandigen tegen het arbeidsongeschiktheidsrisico komt. De Stichting van de Arbeid – het landelijk overlegorgaan van sociale partners – moet met een voorstel komen voor deze verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering (AOV).

In de werkgroep zitten vertegenwoordigers van de vaste polderpartijen: VNO-NCW, MKB NL, LTO, FNV, CNV en VCP. Omdat het over zzp’ers gaat, zit PZO ook aan tafels namens werkgeversorganisatie VNO-NCW en namens FNV schuift FNV Zelfstandigen aan. Deze polderpartijen willen ook de visie horen van zelfstandigenorganisaties die niet vertegenwoordigd zijn in de werkgroep. Daarom zijn die donderdag 21 november uitgenodigd voor een bijeenkomst.

Gedeelde visie van PZO en ZZP Nederland: AOV voor iedereen

Directeur Maarten Post van ZZP Nederland geeft die dag een inleiding namens PZO en ZZP Nederland. Die hebben zelf natuurlijk ook wel een idee over hoe die AOV eruit moet zien. Post: “Volledige langdurige arbeidsongeschiktheid kan iedereen overkomen en zorgt individueel voor een zeer grote financiële last, wat een toekomstig maatschappelijk risico kan vormen. Dat risico kan beter op collectieve wijze worden verzekerd voor alle werkenden.”

PZO en ZZP Nederland vinden dus er een publiek basisinkomen moet komen voor alle werkenden die langdurig ongeschikt zijn. In hun gezamenlijk Manifest Moderne Arbeidsmarkt staat hoe dat eruit ziet. Daarbij hoort dan een eigenrisicoperiode van twee jaar. Zelfstandigen kunnen zelf kiezen hoe ze zich voor die periode verzekeren. Post: “Bijvoorbeeld buffervorming, aanvullend verzekeren of deelname aan schenkkringen.”

Directeur Margreet Drijvers (PZO) benadrukt dat ze samen met Post vooral een voorzet doet. “We zijn echt op zoek naar input van de andere organisaties. We willen een open debat.”

FNV Zelfstandingen: AOV voor zzp’ers met een inkomensafhankelijke premie

Marjan van Noort van FNV Zelfstandigen is op dezelfde manier als PZO onderdeel van de werkgroep. FNV pleit vooral voor een ‘betaalbare verzekering’ voor zzp’ers. Die moeten met zo’n AOV dezelfde bescherming tegen de financiële gevolgen van langdurige ziekte en arbeidsongeschiktheid krijgen als werknemers.

“De premielasten horen in het tarief te worden doorberekend aan de opdrachtgever”, schrijft Van Noort aan ZiPconomy. FNV Zelfstandigen heeft ook een lijst met uitgangspunten voor de verzekering.

Zo moeten verzekeraars iedereen verplicht accepteren, zal de duur van de eigenrisicoperiode afhankelijk zijn van betaalbaarheid en draagvlak en gaat de Belastingdienst de premie innen. FNV Zelfstandingen vindt namelijk dat de kosten van de verzekering afhankelijk moeten zijn van het inkomen van de zelfstandig ondernemer.

Zzp’ers in de zorg willen collectieve basisvoorziening

Solopartners is één van de genodigde zzp-organisaties. Lex Tabak van branchevereniging voor zzp’ers in de zorg noemt een collectieve verzekering ‘wenselijk’. “Veel zelfstandigen zijn onverzekerd omdat ze niet geaccepteerd worden of de premie te hoog is. Een collectieve basisvoorziening lost dat op.”

Net als PZO en ZZP Nederland, pleit Solopartners voor een AOV die toegankelijk is voor alle werkenden. Tabak: “Zelfstandigen kunnen zich dan indien nodig en wenselijk individueel bijverzekeren, voor werknemers kan deze basisvoorziening onderdeel zijn van de bestaande WIA. Bij overgang van werknemer naar zelfstandige en vice versa blijft men deelnemen aan de basisvoorziening.”

Lage premie voor iedereen

In tegenstelling tot FNV Zelfstandigen, wil Solopartners dat de premie voor elke werkende hetzelfde is. De zzp’ers in de zorg willen “een nominaal vastgestelde premie, blijvend laag en niet afhankelijk van het inkomen”.

Daar is Roos Wouters van de Werkvereniging het mee eens. Zij dacht mee over het voorstel van PZO en ZZP Nederland, maar besloot geen apart voorstel van de Werkvereniging in te sturen naar de Stichting van de Arbeid. De Werkvereniging is namelijk tegen de ontwikkeling van deze nieuwe regel.

“We vinden het zonde van ieders energie om te sleutelen aan een stelsel dat stuk is”, legt ze uit. “In plaats daarvan helpen we liever bij het ontwikkelen van een stelsel dat goed aansluit bij deze tijd en de behoeften van alle werkenden.” 

‘Damage control’

Ze wil liever een heel nieuw stelsel, maar weet ook dat dit er niet zomaar is. De bijdrage aan het voorstel van PZO en ZZP Nederland is volgens haar ‘hulp om te schade te beperken’. “Het is meer damage control dan dat we de traditionele polder steunen.”

Als er dan toch een verplichte AOV moet komen, wat wil de Werkvereniging dan? Een aov als basisvoorziening voor alle werkenden, schrijft Wouters. De premie moet voor iedereen gelijk en betaalbaar zijn. Het moet een verzekering zijn die bedoeld is voor langdurige arbeidsongeschiktheid die pas twee jaar uitkeert. “De tussentijd overbrug je zelf.”

Overeenkomsten en verschillen

Afgezien van het standpunt van de Werkvereniging, komen de visies van de belangenbehartigers grotendeels overeen. De partijen vinden allemaal dat er een betaalbare, toegankelijke verzekering moet komen voor langdurige arbeidsongeschiktheid. Zzp’ers mogen zelf bepalen hoe ze de eigenrisicoperiode (waarschijnlijk twee jaar) opvangen: met een eigen spaarpot, een aanvullende verzekering of zoiets als een broodfonds. En de Belastingdienst int de premies.

Terwijl PZO, ZZP Nederland, Solopartners en de Werkvereniging vinden dat die toelage voor iedereen hetzelfde moet zijn, wil FNV Zelfstandigen juist een inkomensafhankelijke bijdrage. Ook is FNV voor een aparte AOV voor zzp’ers, in plaats van een collectieve regeling voor alle werkenden.

Het voorstel van de Stichting van de Arbeid is niet alleen afhankelijk van dit overleg. De sociale partners halen ook informatie op bij het ministerie van SZW, UWV, het Verbond van Verzekeraars, de Kroonleden van de SER en schenkkringen, zoals broodfondsen. Begin 2020 komt de Stichting met een voorstel.

2 reacties op dit bericht

  1. Zo’n 25.000 zzp’ers in Nederland zitten in een broodfonds en zijn de eerste twee jaar verzekerd van een stuk inkomen. Zij willen over het algemeen geen verplichte aov, daarom zitten ze in een broodfonds. Wat vinden jullie van hun oplossing?

    • Alle beetjes helpen het risico te beperken, maar een broodfonds kan dus worden gekwalificeerd als een:
      a) een tijdelijke oplossing;
      b) voor een ander probleem ( arbeidsongeschiktheid kan langer duren dan twee jaar);
      c) voor ongeveer 2,5% van de ongeveer 1 mln. mensen, over wiens sociale belangen deze discussie gaat.

      Juist door de omvang van de groep van allemaal individuen en de aard van het langdurige arbeidsongeschiktheidsrisico behoeft dit binnen onze sociale context collectieve aandacht.