Wilmar Dik 6 november 2025 18 reacties Print In 5 stappen naar een eerlijke en duurzame zzp-marktNaast de controle op schijnzelfstandigheid vormen te lage tarieven ook een grote uitdaging voor zzp’ers. Volgens Wilmar Dik, fotograaf en belangenbehartiger bij de NVJ, kunnen sectorale minimumtarieven en een minimum-inkomensbescherming zelfstandigen financieel beschermen.De zzp-markt kent twee grote uitdagingen. De eerste draait om schijnzelfstandigheid, de tweede om lage inkomsten voor sommige zelfstandigen. Beide raken niet alleen de zzp’er zelf, maar ook de samenleving als geheel. De Commissie Borstlap kwam in 2020 met een helder advies: zorg voor een minimum-inkomensbescherming, zodat werken altijd loont. Helaas loont werken voor een aantal zelfstandigen nog steeds niet altijd. In bepaalde sectoren zijn tarieven structureel te laag, en dat gaat ten koste van buffers die nodig zijn voor pensioen en verzekeringen. Hoe kunnen we tot een eerlijke en duurzame oplossing komen? In dit opiniestuk neem ik je mee langs de knelpunten en draag ik een oplossing aan waarmee werken loont en niet afhankelijk is van de sector waarin iemand werkt. Schijnzelfstandigheid is een probleem voor de schatkist én de zzp’er Schijnzelfstandigheid is hardnekkig. De betreffende mensen werken in de praktijk als werknemer, maar worden ingehuurd als zelfstandige. Voor de overheid betekent dat iets minder belastinginkomsten, en de zelfstandige die werkt voor lage tarieven is financieel kwetsbaar. Wie als zzp’er werkt voor lage tarieven houdt na belasting, kosten en onbetaalde tijd vaak te weinig over. Ruimte voor pensioen of een arbeidsongeschiktheidsverzekering is er dan onvoldoende. Omdat die zaken (nog) niet verplicht zijn, besparen zzp’ers daar vaak als eerste op. Lees ook: ZiP Factcheck. Zzp’ers spekkopers? Over de fiscale verschillen tussen zelfstandigen en werknemers Te lage tarieven zijn een probleem voor de zzp’er In sommige sectoren worden zelfstandigen nog altijd ingehuurd tegen tarieven die te laag zijn. Kom je uit loondienst en kreeg je toen €22 per uur, en nu als zzp’er €32? Dan lijkt dat winst, maar dat is schijn. Werkgevers besparen op werkgeverslasten, pensioenafdracht en loondoorbetaling bij ziekte. De winst ligt bij het bedrijf, de risico’s bij de zelfstandige. In de praktijk blijft het netto-inkomen in bepaalde sectoren onder het minimumloon. En ja, de freelance ondernemer is zelf verantwoordelijk voor zijn tarieven. Maar als werken niet altijd loont en afhankelijk is van de sector waarin je werkt, lukt sparen niet. Wie weinig overhoudt, bouwt geen buffer op, spaart niet voor pensioen en stelt een arbeidsongeschiktheidsverzekering uit. Veel zelfstandigen zagen hun reserves door corona bovendien al slinken. Waarom de markt dit niet zelf oplost Inmiddels ligt het wetsvoorstel VBAR, waarin schijnzelfstandigheid strenger wordt getoetst, bij de Tweede Kamer. Tegelijk blijft het advies van de Commissie Borstlap liggen. De markt corrigeert zichzelf niet, want opdrachtgevers hebben belang bij lage tarieven. Het vrijwillige pad en de gedachte ‘de sector lost het zelf wel op’, blijken vooral te leiden tot eindeloos overleg en rapporten, maar nog niet tot echte verbetering. Lees ook: VBAR naar de Tweede Kamer: Wat betekent dit voor zelfstandigen? Het doet mij denken aan de opwarming van de aarde: ook daar werd lang gedacht dat de markt het zou oplossen. Dat bedrijven vanzelf zouden verduurzamen als de vraag er maar was. Er wordt vooral nog steeds veel gepraat, terwijl bedrijven megawinsten boeken en de uitstoot te hard blijft stijgen. Partijen die geen belang hebben bij veranderingen zullen altijd alleen blijven praten. De toekomst van werk In 2020 bracht de Commissie Borstlap een duidelijk rapport uit over de toekomst van werk: ‘In wat voor land willen wij werken?’ De boodschap: het Nederlandse arbeidsstelsel is uit balans. Werknemers, flexwerkers en zzp’ers opereren onder totaal verschillende regels. Voor zelfstandigen pleitte de commissie voor vier ingrepen: Een minimuminkomensbescherming, zodat werken altijd loont Een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering Afbouw van fiscale voordelen, zoals de zelfstandigenaftrek Betere handhaving op schijnzelfstandigheid Jammer dat de Rijksoverheid niet is begonnen bij punt 1. Aandacht voor de andere drie punten is er volop, maar juist bij het eerste punt ontbreekt die. Werken loont in een aantal sectoren nog steeds niet. Heeft punt 1 zich vertaald naar een bedrag voor rechtsvermoeden? Declarabele uren Helaas werkt een dergelijk vast bedrag niet als inkomensbescherming richting zzp’ers uit zeer diverse sectoren. Ga maar na: er zijn best veel zzp-beroepen die resulteren bij fulltime werk in 700 tot 1000 declarabele uren per jaar. Ga je die afrekenen op basis van €37, dan kom je na afdrachten uit op een maandbedrag ver onder het minimumloon. Veel partijen zijn blij dat zelfstandigen zo flexibel ingezet kunnen worden, maar dat kan gevolgen hebben voor declarabele uren. Een one-size-fits-allbenadering werkt alleen in sectoren waar de cijfers gelijk zijn aan die in de volgende berekening. De correctie voor niet-declarabele uren is voor een aantal sectoren ondermaats. Ben je zelf zzp’er en wil je een gezond uurtarief berekenen, rekening houdend met vakantiedagen, uitval en flexibiliteit, dan kan dat met de interactieve ZZP-uurtariefcalculator voor elk freelance beroep. Sectorale minimumtarieven bestaan al lang Voor werknemers bestaat het wettelijk minimumloon al sinds 1969, juist om te garanderen dat werken loont. Daarnaast bestaan er in vrijwel elke sector cao’s waarin werkgevers en werknemers afspraken maken over minimumlonen, vergoedingen en werktijden. Die systematiek laat zien dat het goed mogelijk is om op sectorniveau eerlijke ondergrenzen vast te stellen. Alleen zelfstandigen vallen nog buiten die bescherming. Minimumtarieven zijn niet in elke sector nodig. Maar er zijn sectoren waar werken nu niet altijd een inkomen oplevert waarvan je kunt leven. De meest duurzame manier om werk altijd te laten lonen, is het invoeren van sectorale minimumtarieven. Vooral in specifieke sectoren waar bedrijfskosten en declarabele uren behoorlijk afwijken van de VBAR-uurtariefberekening. Rechtsvermoeden In de VBAR wordt gesproken over een zogenoemd rechtsvermoeden: wie als zelfstandige minder verdient dan een bepaald bedrag, wordt vermoed in loondienst te zijn. Het rechtsvermoeden is een civielrechtelijk vangnet. De werkende zelf kan zich er bij de rechter op beroepen, waarna de bewijslast verschuift naar de opdrachtgever. Een prima signaal, maar het zorgt er niet voor dat werken altijd loont. Daarvoor is méér nodig. Een minimumbedrag heeft pas betekenis als het daadwerkelijk leidt tot een minimaal leefbaar inkomen. Of dat lukt, hangt nu te sterk af van de sector waarin je werkt. De oplossing is om per sector te bepalen wat een realistisch tarief is, op basis van het gemiddelde aantal declarabele uren per jaar binnen een sector en de gemiddelde bedrijfskosten in die sector. Minimumtarieven Door ook voor zelfstandigen sectorale minimumtarieven te introduceren, sluit het stelsel beter aan op de bestaande praktijk: één arbeidsmarkt met basisvoorwaarden voor iedereen die eraan deelneemt. Om zelfstandigen bescherming te bieden, moet je kijken naar de markt waarin zij opereren. Je ziet tegenwoordig dat er veel vergelijkingen worden gemaakt tussen cao-lonen en freelance-tarieven. Vanuit een cao-loon berekent men dan hoe hoog een freelance-tarief zou moeten zijn. Maar als je niet goed kijkt naar de specifieke markt waarin een freelancer zich bevindt, kunnen de uitkomsten krom zijn. Cijfers over declarabele uren en tarieven zijn vast nog niet volledig, maar als een commerciële partij als Knab via haar Tarievenboekje al een goed beeld weet te schetsen, zou het voor de overheid geen groot probleem moeten zijn om hier structureel naar te kijken. Minimuminkomensbescherming voor een eerlijk zzp-schap Als we willen dat alle zelfstandigen verantwoordelijkheid kunnen nemen voor hun eigen vangnet, moeten de randvoorwaarden daarvoor ook kloppen. Dat begint bij toereikende tarieven: pas als je voldoende verdient, kun je sparen, investeren en je verzekeren tegen arbeidsongeschiktheid. Ik denk niet dat minimumtarieven ervoor zorgen dat die tarieven de standaard worden. Dat doet het ook niet bij beroepen in loondienst. Minimumtarieven kunnen een bodem leggen waarboven echte zelfstandigheid kan bestaan. Het is geen bedreiging voor ondernemerschap. Want tarieven bereken je als zzp’er echt zelf. Maar in bepaalde sectoren zijn nu tarieven die niet resulteren in een omzet waarvan je kunt leven. Dan is een minimumtarief een duidelijke ondergrens, net zoals er voor mensen in loondienst een ondergrens is. Op die manier kunnen alle zzp’ers in alle sectoren bijdragen aan sociale zekerheid en de continuïteit van hun onderneming waarborgen. Oproep Een verpleger, arts, filmmaker, timmerman, marketeer, fotograaf, docent of hovenier dragen allemaal bij aan onze economie. Ik vind dat goede zelfstandigen die hun vak verstaan, ongeacht de sector, ook echt moeten kunnen rondkomen. Wie goed werk levert, hoort niet structureel onder het bestaansminimum te leven. Mijn tip: Rijksoverheid, ga aan de slag en kijk naar sectoren waar zzp’ers voor te lage tarieven werken. Neem de gemiddelde declarabele uren en bedrijfskosten mee en bepaal dan een minimumtarief voor die sectoren. Laat zzp’ers niet werken voor bedragen die lager liggen. Overweeg bovendien zzp’ers als beloning toegang te geven tot sociale voorzieningen. Dan heb je meteen een goede stok achter de deur. minimumtarief, wet minimumbeloning zzp Print Over de auteur Over Wilmar Dik Wilmar Dik is freelance fotograaf en cameraman. Daarnaast schrijft hij over fotografie en ondernemen en zet hij zich in voor de belangen van (freelance) fotografen. Bij de NVJ is hij vertegenwoordiger beleidsteam Werkvoorwaarden namens ledengroep NVF/Beeldmakers. Daarnaast is hij als zelfstandig specialist betrokken bij de Ketentafel Fotografie (fairPACCT) en behartigt daar de belangen van freelance fotografen. Bekijk alle berichten van Wilmar Dik
Dit is precies het probleem. Men wilt een probleem oplossen aan de onderkant van de markt, maar kiest ervoor iedereen hiermee lastig te vallen. Beantwoorden
Wie goed werk levert, hoort niet structureel onder het bestaansminimum te leven: “De Auteursbond reageert op nieuw onderzoek van KVB Boekwerk waaruit blijkt dat 80 procent van de boekvertalers in Nederland met vertalen als hoofdberoep het minimumloon of minder verdient. Een aanzienlijk deel zit zelfs onder het bestaansminimum. Slechts een kleine minderheid haalt een modaal inkomen, en dat aantal neemt af.” Geen gebrek aan dit soort toestanden in de cultuursector mede mogelijk gemaakt door de overheid. Beantwoorden
Helemaal met je eens Natasha. Er zijn veel voorbeelden te noemen van sectoren die niet lonen. In sectoren die zo uit balans zijn dat werken niet meer loont, zouden minimumuurtarieven een veilige ondergrens kunnen bieden. Er zijn veel partijen die profiteren van te lage tarieven in bepaalde markten. Dat zijn vaak bedrijven, maar soms ook de overheid zelf. In delen van de creatieve sector is het verdienmodel structureel scheefgetrokken. Soms met publieke middelen in de keten en belangen die niet liggen bij zelfstandigen. Zolang goed werk niet eerlijk betaald wordt, kun je niet spreken van echte zelfstandigheid of ondernemerschap. Want geen enkele zelfstandige besluit zelf om te gaan werken voor 37 of 41 euro per uur; het zijn meestal de opdrachtgevers die dat soort lage tarieven bepalen. Beantwoorden
Punt 1 inkomensgarantie is niet te geven, omdat er ook geen urengarantie is. Van mijn uurtarief moet ik ook mijn halfuur, heftruck, bus, lasapparatuur, gereedschap en machines bekostigen. Verder komen daar energie, brandstoffen, verzekeringen en vakantie of ziektebeeld kosten bij en moet je een oudedagsvoorziening zien op te bouwen. Verder loop je risico met slechte of wanbetalende bedrijven etc. Dat uurtarief van 37,00 geeft dan netto bij 32 uur/week, mits je regelmatig werk hebt, amper meerd dan het minimumloon.. Blijft er voor verzekeren niets over. Ik ben bijna 64 en kom bij bijna geen verzekeraar aan bod, of met een of 2 jaar eigen risico, of met een zware medische keuring, of tegen hoger tarief tegen uitgesloten dekkingen. Wat moet ik daar dan no Verder mee. Ik heb gelukkig wat buffer voor een maand of wat, maar dat gaat dan ten koste van mijn oudedag sparen. ….. Regelgeving deugt van veel kanten niet. Eisen zijn dan ook bijzonder eenzijdig in dit voorstel. Beantwoorden
Dank voor je reactie Wim. Je beschrijft precies waarom het huidige systeem voor veel zelfstandigen niet werkt: er is geen vangnet, verzekeringen zijn vaak onbetaalbaar of onbereikbaar, en het risico ligt volledig bij de zelfstandige. Mijn punt in het artikel is juist dat we een systeem nodig hebben waarin die risico’s eerlijker verdeeld worden tussen zelfstandige, opdrachtgever en overheid. Zonder zo’n herverdeling blijven tarieven te laag en is er geen ruimte om te investeren in buffers of verzekeringen. Een “inkomensgarantie” in de letterlijke zin is inderdaad niet mogelijk, maar meer inkomenszekerheid wél bv via eerlijke tarieven, sectorale afspraken en toegankelijke voorzieningen. Dat is de richting waarin ik hoop dat het beleid zich gaat ontwikkelen. Beantwoorden
Aanvullend / erratum; Ik heb nog een bedrijfspand waarvoor huurbetaling en stookkosten etc voor betaald worden, tevens nog een hypotheekrenteaftrek af te lossen, Geen werk of ziekte en vakantie of loze uren leveren op dat moment ook meteen een inkomstenonderbreking op. Advies is voor ZZPers dan ook. Maak niet alles op wat je verdient, maar werk aan een buffer voor mindere tijden. Beantwoorden
Ik ben niet voor overheidsingrijpen bij ondernemers. Een minimuminkomensbescherming voor ondernemers is gewoon raar. Werken moet lonen voor iemand in loondienst. Een ondernemer moet gewoon voldoende waarde toevoegen zodat hij een stevige factuur kan sturen. Kan je dat niet, ga dan in loondienst werken. Een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering is net zo zot. Echte ondernemers zorgen voor zichzelf. Afbouw van fiscale voordelen, zoals de zelfstandigenaftrek heb ik niet zo’n moeite mee. Betere handhaving op schijnzelfstandigheid vind ik dan wel weer dubieus. Iemand zou vrij moeten zijn om zelf de keuze te maken in de werkvorm. Probleem is dat opdrachtgevers in sommige sectoren je dwingen om als zelfstandige te werken, dan is het geen vrije keus. Datzelfde geldt als de overheid je dwingt om in loondienst te gaan werken. Dit vind ik een lastige. Beantwoorden
Bedankt voor je reactie, Dennis. Ik pleit ook niet voor een minimuminkomensbescherming, want dat kan niet en is inderdaad raar. Maar wel voor minimumtarieven in bepaalde markten. Zodat er een inkomen kan ontstaan waar je ook echt van kan leven, rekening houdend met de realiteit van die markt. De Nederlandse overheid heeft grondwettelijk en beleidsmatig de plicht om te zorgen dat iedereen in Nederland in zijn of haar levensonderhoud kan voorzien. Werken moet lonen voor iemand in loondienst, maar dus ook voor een zelfstandige. Beleid moet zo ingericht worden dat werkenden een reëel inkomen kunnen verdienen. In verschillende sectoren is dat nu niet het geval. Werken loont daar simpelweg niet altijd. Beantwoorden
Niet rond kunnen komen, en dus failliet gaan, hoort bij falend ondernemerschap. Ondernemingen die te weinig waarde toevoegen gaan over de kop. Zo hoort dat in het kapitalisme. Werken hoort dus niet altijd te lonen. Werknemers krijgen betaald naar inspanning, ondernemers alleen naar resultaat. Jouw standpunt vind ik te socialistisch. Beantwoorden
laat de markt de markt. als seen zelfstandige een klus wile hebben voor een laag tarief dan is dat zijn recht. stop met betuttelen en minimum tarieven. laat de zelfstandige zelf zijn uurtarief bepalen! Joke Beantwoorden
De markt werkt niet in sommige sectoren en in die sectoren loont werken niet. En dat is wel een opdracht voor de overheid. Vrijheid is belangrijk, maar een markt werkt alleen als die ook eerlijk is. In veel sectoren is die balans zoek: tarieven worden niet bepaald door onderhandeling, maar door macht en prijsdruk van (grote) opdrachtgevers. Minimumtarieven zijn geen betutteling, maar een ondergrens om te voorkomen dat mensen structureel onder kostprijs moeten werken en veel te weinig overhouden. Ik denk dat een zelfstandige graag zijn eigen tarief wil bepalen en er nooit zelf voor zou kiezen om voor veel te lage tarieven te werken. Wie wil nou werken voor een te laag tarief die resulteert in een inkomen waar je niet van kan leven? Beantwoorden
Dan moet je een andere markt gaan zoeken, je beter onderscheiden, of meer waarde gaan toevoegen. Als er teveel aanbod is zijn de prijzen laag. Moet je dus wat anders gaan doen. Beantwoorden
Als je als ondernemer een klus aanneemt ben je geheel vrij in het bepalen van je tarief. Daar is geen gemoeienis van iets of iemand van nodig. Beantwoorden
Ik ben zelfstandig geworden om mensen en bedrijven te helpen. Niet om zo veel mogelijk te verdienen. Ik schaam me zelfs voor al die mensen die succes zien in veel geld verdienen. En ik begrijp ook dat als je zo goed verzekerd bent dat niet werken hetzelfde geeft als werken je natuurlijk voor niet werken gaat. Als ze dan zeggen dat je ziek bent neem je natuurlijk op de koop toe. Beantwoorden
Je helpt mensen door waarde toe te voegen. De graadmeter daarvoor is vaak geld, voor ondernemers dan. Euro’s zijn eigenlijk bedankbriefjes. “Dank je dat je ons verder hebt geholpen “. In de publieke sector mag dat anders zijn. Maar is dat dan nog ondernemen? Beantwoorden
Wat ik persoonlijk ontzettend jammer vind is dat er eerst een heksenjacht plaats vindt bij de overheid op freelancers en daarna mag je bij gods gratie in dienst komen voor een loon wat een oprechte belediging is. Heb je keuze? Nee want de schoorsteen moet blijven roken. Ik hoop oprecht dat we terug kunnen naar een eerlijke, rechtvaardige markt waarin freelancers gemotiveerd en ontspannen mogen doen waar ze goed in zijn. Beantwoorden
Ondernemen doe je voor eigen rekening én risico! Tenminste, dat was altijd het uitgangspunt … Gezond ondernemen als ZZP’er is volgens mij NOOIT mogelijk als en zolang ZZP’ers als een homogene groep gezien worden. Ten eerste is een ZZP’er iemand met een Eenmanszaak. De alleenwerkenden met een BV horen daar dus níet bij. Ten tweede lopen alleen ZZP’ers die hun uren aan (grote) organisaties verkopen door werk te doen dat ook gedaan wordt door werknemers, grote kans om als schijnzelfstandige te worden beoordeeld. De alleenwerkende groentenboer met een EZ en stenen winkel of marktkraam loopt dat risico nooit. De ZZP-coach die online klanten begeleidt in groepen of 1:1, ook niet 😉 Pas als dat onderscheid wordt gemaakt, kan er verder worden gesproken over hoe schijnzelfstandigheid aan te pakken. Een verplichte AOV hoort daar nog steeds niet – en wat mij betreft nooit – bij. Schijnzelfstandige? Alsnog in loondienst. Geen schijnzelfstandige? Zelfstandig ondernemer, die onderneemt voor eigen rekening en risico. Dat zijn wat mij betreft alle smaken die voorhanden hoeven te zijn. En die branches die met (te) lage uurtarieven werken? Dat komt omdat degene die dergelijk werk als zelfstandige willen doen, geen ondernemers zijn. Ze bieden lagen tarieven aan (of accepteren ze) omdat ze bang zijn anders zonder klus te zitten. Zo zijn ze bezig met een race naar het putje – de tarieven zullen dan alleen nog maar lager worden. Beantwoorden