Annet Maseland 13 november 2025 0 reacties Print Eerste Kamer stemt in met toelatingsstelsel (Wtta)De Eerste Kamer heeft de Wet toelating terbeschikkingstelling van arbeidskrachten (Wtta) aangenomen. Op 1 januari 2027 gaat de wet in.Het wetsvoorstel Wtta bepaalt dat uitzenders en andere uitleners van personeel per 2027 alleen nog actief mogen zijn op de markt als zij officieel zijn toegelaten door de minister. Hiervoor moeten zij aan tal van voorwaarden voldoen, zoals een uitgebreid verplicht normenkader en een waarborgsom van € 50.000 (voor starters) tot € 100.000. Het wetsvoorstel werd ingediend door demissionair minister Mariëlle Paul (VVD) van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Tijdpad Op 1 januari 2027 gaat de wet in. Bedrijven die werknemers willen blijven uitlenen, moeten zich vóór die datum melden bij de Nederlandse Autoriteit voor de Uitleenmarkt (NAU). Vanaf 1 januari 2028 gaat de Nederlandse Arbeidsinspectie handhaven. Uitleners die zonder toelating actief zijn op de arbeidsmarkt krijgen een boete. Ook inleners riskeren een boete als zij personeel inhuren van een niet-toegelaten bureau. BBB: ‘Ineffectieve wet’ Een ruime meerderheid stemde op 11 november vóór de wet. Als enige grote partij stemde de BBB tegen, de grootste fractie in de Eerste Kamer. Robert van Gasteren (BBB) sprak van een bureaucratische wet die niet gaat werken. Hij pleitte ervoor om bestaande regels beter te handhaven, in plaats van een nieuwe wet op te tuigen. Hij verwees naar het oordeel van de Adviescollege toetsing regeldruk (ATR) die de wet ineffectief noemde: ‘De nieuwe regels nemen de misstanden bij het ter beschikking stellen van arbeidskrachten niet weg, simpelweg omdat deze zich voordoen bij ondernemers die zich weinig of niets aan (administratieve) procedures en eisen gelegen laten liggen. Dan helpen nieuwe procedures en eisen niet.’ Problemen voor kleine ondernemers en detacheerders Hoewel er grote steun was in de Eerste Kamer, voorzagen Kamerleden ook problemen, vooral voor kleinere uitzendbureaus en detacheerders. ‘We ontkomen niet aan de verhoging van de lastendruk’, antwoordde de minister. ‘Maar om onnodige lasten te voorkomen zijn onder meer een ontheffingsregeling, de uitzondering voor collegiale uitleen en de mogelijkheden tot sectorale uitzonderingen opgenomen in het wetsvoorstel. Ze zegde toe tijdens de invoering signalen uit de praktijk te verzamelen. ‘De kleine goedwillende ondernemers hier niet de dupe van mogen worden. Die signalen nemen we nadrukkelijk mee.’ De minister legde nog eens uit dat de brede reikwijdte van het toelatingsstelsel noodzakelijk is voor de effectiviteit en de handhaafbaarheid. ‘Eerder is onderzocht of de reikwijdte te beperken is tot alleen uitzendbureaus, maar dan wordt het te gemakkelijk om het stelsel te ontduiken, bijvoorbeeld door een uitzendbureau te combineren met een ander bedrijf, waardoor de discussie ontstaat of de onderneming nog wel een uitzendbureau is. De handhaving wordt dan heel moeilijk; de Arbeidsinspectie heeft dat ook aangegeven. Ze moeten dan namelijk niet alleen de individuele overtredingen van de wet onderzoeken, maar meteen het hele bedrijf, want alleen zo kan de Arbeidsinspectie vaststellen of de onderneming toelatingsplichtig is.’ Een ander punt van zorg is de mazen in de wet die malafide bedrijven keer op keer weten te vinden. afgelopen jaren keer op keer bewezen dat zij razendsnel nieuwe mazen weten te vinden. Parlementariërs zien schijnconstructies ontstaan, onder andere via de route van zzp. ‘Het is voor de effectiviteit van de Wtta ongelooflijk belangrijk om de impact van uitzonderingen en eventuele schijnconstructies te monitoren’, zei de minister. ‘Ik kan u toezeggen dat ik dit meeneem bij de evaluatie van de wet.’ Inspectiecapaciteit Zorgen waren er ook of de inspectiecapaciteit wel op tijd op orde zal zijn; zowel over de uitbreiding van de Arbeidsinspectie naar 135 fte als over de private inspectiecapaciteit die nog helemaal opgebouwd moet worden. Die zorgen kon de minister niet volledig wegnemen. ‘Op 1 januari 2027 is het toelatingsstelsel nog niet volledig af. Er zal een overgangsperiode zijn, waarin we uitleners geleidelijk gaan controleren, want er is op dat moment nog niet voldoende inspectiecapaciteit om iedereen direct te controleren. Dat betekent overigens niet dat uitzenders achterover kunnen leunen als ze aan het wachten zijn op een controle.’ De kracht van het stelsel is volgens de minister dat verschillende partijen met elkaar samenwerken. In de aanloop naar de inwerkingtreding zal de Belastingdienst informatie delen over boetes voor het niet betalen van het minimumloon. Dat kan leiden tot het schorsen, weigeren of zelfs intrekken van een toelating als het niet op tijd hersteld wordt. Nederlandse Autoriteit voor de Uitleenmarkt (NAU) Voor de beslissing over de toelating wordt de Nederlandse Autoriteit voor de Uitleenmarkt (NAU, voorheen: de toelatende instantie) opgetuigd. Bij de beoordeling of een uitlener het normenkader naleeft moet de NAU weten of de inspectie-instelling overtredingen heeft geconstateerd. Ook verzamelt de autoriteit signalen uit de markt en adviseert over verbeteringen. Daarnaast wijst de NAU de inspectie-instellingen aan die controleren of uitleners voldoen aan alle wet- en regelgeving. De NAU begint vanaf 2026 met haar eerste werkzaamheden, zoals het aanwijzen van inspectie-instellingen en het openen van het aanmeldloket voor uitleners. Op dit moment mogen werkgevers maximaal 25 procent van het minimumloon in rekening brengen voor huisvestingskosten van arbeidsmigranten. Toenmalig minister Van Hijum (SZW) wilde per se hier een eind aan maken omdat de ‘inhoudingsmogelijkheid voor huisvesting een verdienmodel in de hand kan werken waarbij arbeidsmigranten worden uitgebuit’. Het verbod op inhoudingen op het minimumloon voor huisvesting sluit volgens Van Hijum ook aan bij het advies van de Commissie Roemer (en het SER-MLT advies) om wonen en werken te ontkoppelen (scheiding bed en baan). Inhouding minimumloon voor huisvestingskosten Diverse kamerleden uitten hun onvrede over het besluit van de minister om het eerder aangekondigde verbod op inhoudingen op het minimumloon voor huisvestingskosten los te laten. De VVD-bewindspersoon draait het besluit terug vanwege zorgen over de woningmarkt en mogelijke nadelige gevolgen voor arbeidsmigranten. Hoewel dit besluit buiten de Wtta valt, vonden parlementariërs het toch van belang voor dit debat, omdat het net als het toelatingsstelsel deel uitmaakt van het advies van de commissie Roemer. Vijf partijen dienden daarop een motie in om álle aanbevelingen van de commissie Roemer over te nemen. Sectoraal uitleenverbod als stok achter de deur Eveneens buiten dit wetsvoorstel, maar daarmee wel verband houdend, is de mogelijkheid tot een sectoraal uitleenverbod. Het kabinet heeft besloten om als stok achter de deur een in- en uitleenverbod voor te bereiden voor de vleessector, zo deelde de minister mee. De daadwerkelijke invoering ervan is aan het nieuwe kabinet. De landsadvocaat heeft aangegeven dat een verbod juridisch mogelijk is, wanneer de overtredingen stelselmatig en wijdverspreid zijn. Moties Tijdens het debat zijn vier moties ingediend. Stemming daarover vindt plaats op 18 november 2025. Motie Stoplichtsysteem (PVV/FvD) In deze motie wordt de regering verzocht voor 15 december 2025 tot een KPI-besluit te komen met een stoplichtsysteem: groen (>80% certificering) doorgaan oranje (50-80% certificering) waarschuwen en bijsturen rood (<50% certificering) leidt tot automatische 12 maanden uitstel Motie Jaarlijkse tussentijdse rapportages (PVV/FvD) Motie om jaarlijks voor 1 juli een tussentijdse voortgangsrapportage aan de Kamer te sturen met concrete indicatoren zoals het aantal geconstateerde schijnconstructies per sector, de doorlooptijd van handhavingsacties en de voortgang van toelatingsaanvragen. Motie Alle aanbevelingen Roemer overnemen (SP/CDA/D66/OPNL/GL-PvdA) In deze motie wordt verzocht om alle aanbevelingen van het Aanjaagteam Bescherming Arbeidsmigranten zo snel mogelijk uit te voeren, onder meer door het ontkoppelen van arbeidscontracten en huurcontracten. Motie Voorzichtig omgaan met nieuwe uitzonderingen, monitoren van signalen (SP/D66/OPNL/GL-PvdA) nieuwe uitzonderingen alleen overwegen in bijzondere gevallen en onder strikte voorwaarden, waarbij misbruikrisico’s vooraf gericht worden getoetst middels advies vanuit de praktijk, consultatie en onderzoek. de Arbeidsinspectie, de belastingdienst en de NAU als stelselpartijen regulier aan de Minister te laten rapporteren op basis van monitoring van signalen over (nieuwe) constructies om de Wtta te omzeilen, vanaf het moment dat de wet is aangenomen. Lees ook: “De Wtta kent nog wel enkele losse eindjes” Tweede Kamer stemt in met toelatingsstelsel uitzendbranche (Wtta) Eerste Kamer, wet tta, wtta Print Over de auteur Over Annet Maseland Annet Maseland is redacteur bij ZiPconomy. Bekijk alle berichten van Annet Maseland