"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

“Nieuwe gezagscriteria zzp’ers hebben forse ongewenste gevolgen.” Brancheorganisatie Bovib stuurt brandbrief aan Tweede Kamer.

Zonder overleg in de Tweede Kamer is een notitie bijlage van een Kamerbrief van minister Wouter Koolmees (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) beleid geworden. En dat zorgt voor veel verwarring, schrijven Holla Advocaten en branchevereniging voor intermediairs Bovib. De wijziging heeft volgens hen ongewenste gevolgen voor de arbeidsmarkt. De in het regeerakkoord beloofde duidelijkheid blijft uit.

“Een weloverwogen besluitvormingstraject met inspraak van de Tweede Kamer was op zijn plaats geweest”, zegt  Boris Emmerig, belastingadviseur bij Holla Advocaten en specialist op dit dossier. Het gaat om een notitie waarin de minister een aantal criteria opsomt waarmee de Belastingdienst kan bepalen of er een gezagsverhouding bestaat tussen een werknemer en een werkgever.

Als een zzp’er voldoet aan die criteria, betekent dit dat de Belastingdienst hem niet ziet als zelfstandige maar als werknemer. Met alle gevolgen van dien.

Scherp blijven

“Nederland is murw geslagen door de slepende discussie over zzp’ers en de wet DBA”, zegt Tjebbe van Oostenbruggen namens de Bovib. “De minister schuift het dossier maar vooruit. Maar we moeten scherp blijven. De regels zijn namelijk enorm belangrijk en impactvol voor zzp’ers, opdrachtgevers en intermediairs.”

Woensdag 26 november hebben Koolmees (Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid) en Snel (Staatssecretaris van Financiën) in een Kamerbrief laten weten dat de verduidelijking van het begrip gezag versneld wordt ingevoerd per 1 januari 2019. De notitie is opgenomen in het Handboek Loonheffingen en geldt nu als beleid voor de Belastingdienst.

‘Meer onzekerheid’

In de notitie beschrijft de minister in acht pagina’s hoe de belastinginspecteur kan beoordelen of er sprake is van een gezagsverhouding. Als dat zo is, mag iemand niet werken als zzp’er. Dan moet de werkgever dus loonheffing inhouden en afdragen.

Dit leidt juist tot nog meer onzekerheid

“Bovib wil graag meer duidelijkheid, maar dit leidt juist tot nog meer onzekerheid”, zegt Van Oostenbruggen. “De beoordeling aan de hand van meer dan veertig indicatoren is te complex en dubbelzinnig. Bij hoeveel indicatoren gaat het om een dienstverband? Hoe zwaar tellen de indicatoren? Er blijft veel interpretatieruimte voor de belastinginspecteur.”  

Bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering

“En er staan hele vreemde dingen in de notitie,” vindt hij. Als voorbeeld noemt hij de bedrijfs- of beroepsaansprakelijkheidsverzekering als indicator voor een gezagsverhouding. Als een opdrachtgever zzp’ers verplicht zich te verzekeren, dan wijst dat volgens het Handboek op een gezagsverhouding.

“Een beroepsaansprakelijkheidsverzekering als indicator voor een dienstverband, daar klopt toch niets van?” zegt Van Oostenbruggen. “Het is logisch dat sommige bedrijven dit van zzp’ers eisen, ze willen niet in de problemen komen als er iets mis gaat.”

Tegenstrijdige criteria

“Bovendien spreekt het bepaalde modelovereenkomsten tegen”, zegt belastingadviseur Emmerig. “Daarin staat dat een beroeps- of bedrijfsaansprakelijkheidsverzekering juist het ondernemerschap bevestigt. Dit leidt dus tot verwarring in de praktijk.”

Een andere indicator die zij vreemd vinden, is het aansturen van werknemers. Als een zelfstandige leiding geeft, wijst dat op een dienstverband. “Dat komt niet overeen met huidige jurisprudentie”, zegt Emmerig. “En het zou kunnen betekenen dat een interim-manager niet meer als zelfstandige kan werken. Dat kan niet de bedoeling zijn.”

Wettelijke basis

De belastingadviseur mist ook de wettelijke grondslag van veel indicatoren. “Waar halen ze het vandaan?” vraagt Emmerig zich af. “Dat de minister probeert duidelijkheid te scheppen, dat is vooruitgang. Maar we zijn er nog niet. Sommige elementen zijn zo dubbelzinnig dat alleen rechters en arbeidsrechtelijke specialisten ze kunnen begrijpen. En dan nog valt over de uitkomst te discussiëren.”

De Kamer moet aansturen op een zorgvuldig, weloverwogen beleid

Behalve dat bepaalde punten tegenstrijdig zijn, is de lijst indicatoren niet volledig. Emmerig: “Daar begint dus al de onduidelijkheid: wat ontbreekt er dan?”

Oproep aan de Tweede Kamer

Van Oostenbruggen merkt nu al dat bedrijven hun inhuurbeleid aanpassen op basis van het nieuwe handboek voor de fiscus. “Daardoor komt een groep zzp’ers onterecht niet meer aan het werk”, zegt hij. “Daarom roepen we de Tweede Kamer op om vragen te stellen aan minister Koolmees en staatssecretaris Snel. De Kamer moet aansturen op een zorgvuldig, weloverwogen beleid. Een beleid dat echt zorgt voor meer duidelijkheid op de arbeidsmarkt.”

Branchevereniging Bovib heeft donderdag een brief gestuurd aan de vertegenwoordigers van de politieke partijen. De brief is hier te lezen.

5 reacties op dit bericht

  1. Ook medisch professionals als huisartsen, medisch specialisten en tandartsen maken zich ernstig zorgen over de mogelijke effecten van deze beschrijving van de criteria voor het bepalen van een gezagsverhouding. Deze groep zorgt voor de continuïteit van zorg bij ziek en piek, maar verricht altijd kernactiviteiten, stuurt mensen aan, heeft eigen risico-verzekeringen en dergelijke.
    (Semi)loondienst maakt waarnemen minder interessant!

  2. Als inkoopafdeling leggen wij aan alle contractleveranciers de verplichting op om zich afdoende te verzekeren. Ongeacht de aard van de leveringen of dienstverlening en ongeacht de bedrijfsvorm of omvang.

  3. Dat van die aansprakelijkheidsverzekering moet haast wel een vergissing zijn. Als iemand een aansprakelijkheidsverzekering heeft betekent dit juist dat deze persoon begrijpt dat hij/zij verantwoordelijk kan zijn voor schade als gevolg van geleverde diensten. Ook het hebben van een arbeidsongeschiktheidsverzekering lijkt me een indicator van ‘geen gezag’. Daaruit blijkt immers dat de zelfstandige begrijpt dat de opdrachtgever geen werkgever is (dus geen rol speelt in het herstelbeleid en loondoorbetaling) en dat sociale zekerheid zoals WIA niet op hem/haar van toepassing is.

    Grootste probleem blijft gewoon de inspecteur. Hoe meer variabelen hoe meer willekeur er ontstaat en die inspecteurs zijn ook niet allemaal even slim cq begrijpen soms jouw business niet.

    • Het gaat denk ik om het feit dat de opdrachtgever de zzp’er verplicht om een av after te sluiten, dat is wat anders als wanneer deze dat zelf al gedaan heeft ..