"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Koen Frenken: ‘Nederland reageert best ontspannen op platformeconomie’

Het leidt vaak tot verhitte discussies, maar over het algemeen reageert de Nederlandse overheid ‘eigenlijk wel ontspannen’ op de platformeconomie, stelt hoogleraar Koen Frenken.

Gedoe rond de bezorgers van Deliveroo? De praktijken van Airbnb die aan banden worden gelegd? Of de taxichauffeurs die een strijd leveren met Uber? Voorbeelden dat de ‘platformeconomie’ tot behoorlijke ontwrichting kan leiden zijn er inmiddels genoeg.

En ook op het gebied van het arbeidsrecht zorgen al die digitale platformen die vraag en aanbod bij elkaar brengen voor flinke hoofdbrekens van de beleidsmakers. Want in het traditionele plaatje van óf werknemer óf ondernemer passen de werkenden voor die platforms maar moeilijk. Met als gevolg een nogal grote onduidelijkheid voor de freelancer, onvoldragen wetten zoals de Wet DBA, en een permanent hete aardappel die steeds maar weer naar voren lijkt te geschoven: de vraag ‘hoe hierop als overheid wél te reageren?’

Maar volgens Koen Frenken, de Utrechtse hoogleraar innovatiestudies, valt de Nederlandse overheid eigenlijk niet zoveel te verwijten. ‘Ik vind dat de Nederlandse overheid er eigenlijk wel ontspannen mee omgaat’, zei hij vorige week, tijdens een minisymposium in Rotterdam over de platformeconomie. We moeten als samenleving ook niet te snel harde antwoorden verwachten, zegt hij. ‘Het heeft ook 30 jaar geduurd voordat de uitzendmarkt was geïnstitutionaliseerd. En grappig genoeg lijkt de uitzendbranche nu wel de grootste verdediger van de gevestigde belangen geworden. Maar met de platfomeconomie kan het dus ook wel eens zo lang gaan duren voordat het beeld helder is.’

Vier beleidsopties

Volgens Frenken zijn er grofweg vier beleidsopties mogelijk om te reageren op de vragen die de platformeconomie stelt:

  • Verbieden
  • Ad-hoc reguleren
  • Dereguleren
  • Gedogen

‘Als je strikt de huidige wetten handhaaft, moet je veel initiatieven verbieden’, zegt hij. ‘Tenminste: het platform verbied je dan niet, wel wat mensen doen via het platform. Maar in de praktijk is dat vaak heel lastig, en moet je bijvoorbeeld duizenden individuen identificeren. Daarom zie ik nu vaak ad-hoc regulering, waarbij je het niet helemaal vrijlaat, maar ook niet verbiedt. Zoals rondom Airbnb in Amsterdam gebeurt.’

Eerlijk delen

Frenken is een van de hoofdauteurs van Eerlijk delen, een eind vorig jaar verschenen rapport van het Rathenau Instituut over de platform-, deel- en gig– of kluseconomie, zoals hij het noemt. Het is overigens geen nieuw fenomeen, benadrukt hij. ‘Voor internet lieten we ook al wel eens mensen gebruik maken van onze spullen. En in Amsterdam had je toen ook al veel illegale hotels, en dat werd destijds ook echt al als probleem gezien.’

Waar platforms echter vooral verschil maken is als ze werk makelen. Een platform heeft een gezagsrelatie met een werker die via het platform actief is, en is dus eigenlijk gewoon een werkgever, zegt Frenken. ‘Daar kom je eigenlijk niet onderuit, zeggen ook de meeste arbeidsjuristen. Maar dan ontstaat de fundamentele discussie die nu aan de hand is: moeten we daarvoor het huidige arbeidsrecht updaten, of moeten we het gewoon handhaven?’

Er zijn ook kansen

Volgens Frenken moet de overheid in dat debat niet de kansen uit het oog verliezen die de platformeconomie biedt. ‘Het kan bijvoorbeeld best een goed deel van de oplossing zijn tegen het zwartwerk in de schoonmaakbranche. Of een manier om heel flexibel vrijwilligerswerk in te kunnen vullen.’

Hij wil maar zeggen: de platformeconomie is zeker niet altijd een bedreiging voor de samenleving. En ook zeker niet de enige reden om als samenleving eens goed door te denken over de toekomst van werk. ‘Door de platformeconomie komen de internet- en fysieke wereld steeds dichter bij elkaar. Daardoor wordt de huidige regelgeving onder druk gezet en soms genegeerd. Maar voor mij staan platformen voor iets groters dat aan de hand is. Steeds meer mensen gaan freelancen. Die platformen maken dat alleen maar makkelijker. En in die zin zetten ze de echte discussie rondom zzp nog meer op scherp.’

Meer lezen/weten:

 

Peter Boerman was tussen 2016-2018 (eind)redacteur bij ZiPconomy. Hij is hoofdredacteur van Werf& ; over arbeidsmarktcommunicatie en recruitment. Hij is gefascineerd door de vraag hoe menselijk talent en organisaties bij elkaar worden gebracht, en wil met zijn verhalen bijdragen aan een wereld waarin mensen zoveel mogelijk van hun potentie kunnen verwezenlijken. Bekijk alle berichten van Peter Boerman