"Exploring the future of work & the freelance economy"
SLUIT MENU

Overheid, ken uw beperkingen!

Tijdens de formatie staat vast en zeker de arbeidsmarkt hoog op de agenda. Stef Witteveen houdt zijn hart vast. “De overheid is helemaal niet in staat om de arbeidsmarkt te hervormen”. Hij ziet drie uitgangspunten die de overheid moet hanteren en roept op innovatie vooral over te laten aan de markt.

Tijdens de formatie staat vast en zeker de arbeidsmarkt hoog op de agenda. Stef Witteveen (Uniforce) houdt zijn hart vast. “De overheid is helemaal niet in staat om de arbeidsmarkt te hervormen”.

Hij ziet drie uitgangspunten die de overheid moet hanteren bij haar benadering van de arbeidsmarkt en roept op innovatie vooral over te laten aan de markt. 

Arbeidsmarkthervorming en de formatie

De onderhandelaars aan de formatietafel stellen veel moois in het vooruitzicht. De nieuwe regering gaat de ‘echte’ problemen van de mensen adresseren. De mensen moeten er iets van gaan merken dat we uit de crisis zijn. Er wordt gesproken over zekerheid van werk en inkomen, over verbetering van de zorg, over veiligheid en over duurzaamheid.

Voor ons als partners en lezers van ZiPconomy zal het regeerakkoord sowieso boeiend zijn, want er gaat in elk geval gewerkt worden aan zowel het belastingstelsel als de arbeidsmarkt en beide staan op onze agenda.

De overheid is helemaal niet in staat om de arbeidsmarkt te hervormen

Zodra de overheid zich voorneemt om de arbeidsmarkt te hervormen, houd ik echter mijn hart vast. De overheid is namelijk helemaal niet in staat om de arbeidsmarkt te hervormen. Dat kan de arbeidsmarkt alleen zelf. De overheid kan hooguit het kader zetten waarbinnen de ontwikkelingen zich kunnen en mogen voltrekken en het is zelfs noodzakelijk of minimaal zeer wenselijk dat de overheid een dergelijk kader zet. Het algemeen belang wordt tenslotte niet automatisch als een soort natuurwet gediend dus zaken als rechtsgelijkheid en solidariteit moeten van de overheid komen. Juist om die reden hoop ik dat onze nieuwe regering realistische uitgangspunten kiest en haar eigen mogelijkheden niet overschat.

Drie uitgangspunten benadering arbeidsmarkt

Hieronder noem ik drie uitgangspunten die de overheid bij haar benadering van de arbeidsmarkt gerust kan kiezen:

  1. De economie is leidend.
  2. Verandering gaat vooruit.
  3. Alle ambtelijke neuzen dezelfde kant uit.

Hieronder geef ik een nadere toelichting op deze punten:

1. Veranderingen op de arbeidsmarkt zijn altijd in eerste instantie economisch.

Het gaat er eerst om dat de mens zo productief mogelijk is tegen zo laag mogelijke kosten. Dat levert namelijk de meeste economische groei op. De overheid moet de begrenzingen daarvan aangeven zonder de natuurlijke ontwikkelingen te frustreren. Andere maatschappelijke doelen als emancipatie, rechtszekerheid, veiligheid, gelijkheid of solidariteit komen op zijn vroegst op de tweede plaats en dienen dus door de overheid geadresseerd te worden. Het gaat er daarbij vooral om dat de ontwikkelingen die economisch noodzakelijk zijn niet teveel gefrustreerd worden anders ontstaan er ongewenste en onverwachte bijwerkingen. Dit zagen we bij de Wet Werk en Zekerheid toen grote groepen mensen met een tijdelijk dienstverband voor 6 maanden in de WW werden geduwd omdat werkgevers zich niet lieten verplichten om tegen wil en dank mensen een vast dienstverband aan te bieden. Iets dat sociaal is zal niet gebeuren als het economisch slecht uitkomt en er een vluchtweg is.

2. Veranderingen moeten altijd vooruit en nooit achteruit.

Als de arbeidsmarkt behoefte heeft aan andere vormen dan zijn dat nooit de vormen van vroeger. Iedereen terug naar een dienstbetrekking van onbepaalde tijd en een levenslang dienstverband kan vanuit een bepaalde invalshoek aantrekkelijk lijken maar het komt echt niet meer op dezelfde manier terug. Het gaat er altijd anders uitzien en de politicus die de oude vormen terug wil halen komt altijd bedrogen uit. Het is veel wijzer als de overheid de onderliggende belangen probeert na te streven zonder de ruimte voor nieuwe vormen weg te nemen. Ruimte voor de echte freelancer dus, maar ook de rechtsgelijkheid en de solidariteit herstellen. Want waarom heeft een schijnzelfstandige geen recht op het sociaal stelsel en wordt hij fiscaal anders behandeld dan een werknemer?

3. Veranderingen van het belastingstelsel en veranderingen op de arbeidsmarkt dienen elkaar te versterken.

Door ze in elkaars verlengde te organiseren zodat ze elkaars doelen dienen, worden de positieve effecten aan beide kanten sterker. Het lijkt zo logisch maar de inspanningen van verschillende ministeries zijn lang niet altijd op elkaar afgestemd en soms werken ze zelfs tegen elkaar in. Als Economische Zaken een stimulerende regeling voor eenmanszaken afspreekt met de Belastingdienst (ondernemersaftrek) maar er wordt vervolgens niet gecontroleerd op een goede toepassing en ondertussen wordt wel het werkgeverschap erg duur gemaakt, dan wordt die voordelige regeling al gauw misbruikt door werkgevers en werknemers die zich voordoen als respectievelijk opdrachtgevers en opdrachtnemers.

Overheid voor de kaders, de markt voor innovaties

De noodzakelijke innovaties komen van de markt en vaak van de relatief kleine spelers. Ik heb zowel voor grote arbeidsmarktspelers als voor hele kleine gewerkt en ik ben ervan overtuigd dat de toekomstige vernieuwing van de kleinere zal moeten komen.

De overheid moet er eigenlijk alleen op toezien dat er rechtsgelijkheid en solidariteit blijft bestaan en verder vooral ruimte geven aan de innovaties. Er zullen altijd mensen en groepen blijven die tegen de willekeur van de markt of zelfs tegen zichzelf in bescherming genomen moeten worden. De Arbeidswet stamt uit 1907 en bedoelde de rechten van de werknemers te beschermen maar kwam destijds vooral tot stand omdat de werkgevers in die tijd een groeiend economisch belang hadden om de goeie arbeidskrachten aan zich te kunnen binden. De Wet kwam er op dus op economische gronden maar de overheid zorgde ervoor dat de één tegen het misbruik van de ander werd beschermd. Dat bedoel ik met een kader.

Het kan best zijn dat er inmiddels, 110 jaar later een goeie economische reden is om die Wet te herzien maar dan niet omdat de mens in zijn wezen is veranderd. Er is misschien helaas nog steeds alle aanleiding om de één te beschermen tegen de ander en soms zelfs tegen zichzelf. Als de overheid nu de rechtsgelijkheid en de solidariteit beschermt en de economische ontwikkelingen ondersteunt, hervormt de arbeidsmarkt zichzelf wel.

Stef heeft in zijn loopbaan ervaring opgedaan met aangelegenheden van de arbeidsmarkt in binnen- en buitenland. De carrière van Stef is begonnen bij IKEA en Allied Breweries, daarna heeft hij als CEO bij o.a. Randstad België/Luxemburg, Randstad USA en CED Europe jarenlang gewerkt in de uitzend- en outsourcingssector. Momenteel is Stef Algemeen Directeur van Uniforce Solutions B.V. (www.uniforce.nl ) en Partner van W&RK advies. Bekijk alle berichten van Stef Witteveen

3 reacties op dit bericht

  1. Een behartigenswaardig betoog, dank daarvoor.

    Een dingetje: “geen recht op het sociale stelsel” is me wat te algemeen geformuleerd. Het fundament van het sociale stelsel zijn de volksverzekeringen en die gelden voor iedere NL’er. Daarnaast hebben we de werknemersverzekeringen. Het zijn niet de schijnzelfstandigen maar de echte zelfstandigen die daar niet onder vallen.

    Schijnzelfstandigen hebben juist vaak wél recht op bescherming vanuit de werknemersverzekeringen. Die vallen namelijk voor een groot deel onder de fictieve dienstbetrekkingen. Daar wordt dan ook gewoon premie voor afgedragen, dus is er daar ook geen fiscaal probleem. En dan wordt binnenkort ook nog eens de Wml van toepassing op de overeenkomsten van opdracht (in ruime zin) voorzover het niet om echte zelfstandigen gaat.

    Blijven als fiscaal probleem alleen over de gevallen waarin mensen zich ten onrechte als zelfstandigen presenteren (of door hun werkgever zo worden gepresenteerd). Daar zijn we vanaf als het kabinet gehoor geeft aan de wens van de Eerste Kamer om te zorgen voor een eenvoudig verificatiemiddel (lees: een praktisch alternatief voor de modelovereenkomsten). Dat hoeft niet te wachten op een herijking van het arbeidsrecht, want daar zit het probleem niet.

  2. Het gaat er eerst om dat de mens zo productief mogelijk is tegen zo laag mogelijke kosten?
    Als dat het belangrijkste is dan is de schijnzelfstandige toch de beste innovatie van de laatste decennia?

  3. Ben het eens met je Pierre. Het gaat dus om duidelijke regelgeving en om consequente handhaving.

    Ja Eddy. Dat is juist. Er zijn er niet voor niets zoveel inmiddels. Puur om economische motieven. De overheid heeft alleen verzuimd om de rechtsgelijkheid en de solidariteit op de arbeidsmarkt te beschermen. Die dingen worden niet als vanzelf door de markt opgepakt.